Maar in de documentaire Man on Wire die regisseur James Marsh een aantal jaren geleden over deze beroemde daad maakte, vertelt Petit wel over zijn beweegredenen. Hij vond het een ‘artistieke misdaad’.

In The Walk borduurt regisseur Robert Zemeckis voort op dit idee. Petit (Joseph Gordon Levitt) bereidde zijn ‘misdaad’ tot in de puntjes voor, onder meer door als het meesterbrein achter een bankoverval een bonte verzameling medewerkers te rekruteren die hij steevast aansprak als accomplices, dat wil zeggen ‘mededaders’.

In ieder geval pasten Petit en zijn team perfect in de tijdgeest. Want niet zo lang geleden was er een ándere misdaad in Amerika die je met een beetje verbeelding ook tamelijk ‘artistiek’ had kunnen noemen, al is het maar vanwege de vermetelheid ervan: Watergate.

De sfeer van verhulling, paranoia en surveillance heerst wanneer Petit en zijn vriendin Annie (Charlotte Le Bon) op de luchthaven in New York arriveren. Gepast worden ze begroet door een portret van Richard Nixon op de achtergrond. Frappant detail: slechts een dag nadat Petit zijn ‘artistieke misdaad’ had uitgevoerd, sprak Nixon het Amerikaanse volk op televisie toe over zijn aftreden als gevolg van het Watergate-schandaal. Het is een interessante vraag of Zemeckis met dat portret een vergelijking wil maken tussen Petits ‘artistieke misdaad’ en de misstappen van Nixon. ‘ _I am not a crook__ ’_, zei Nixon. Niemand geloofde hem, hoewel hij sindsdien het onderwerp is van talloze boeken en films waaruit juist grote bewondering voor hem spreekt.

Nostalgie en rehabilitatie hangen als een deken over The Walk heen: hits uit de jaren zeventig gezongen in het Frans, stadspleinen in Parijs waar artiesten als Petit onschuldige acts opvoeren en, wanneer Petit en zijn team de Atlantische oceaan oversteken, de Twin Towers.

The Walk is vooral een film over deze beroemde gebouwen. Dezelfde vraag als die van de reporters aan Petit zou je aan Zemeckis kunnen stellen: waarom deze artistieke daad? Dat is te meer relevant omdat de gebouwen zo duidelijk als majestueuze objecten worden neergezet, bijvoorbeeld in een prachtige scène waarin Petit aan de voet van een van de torens staat en met zijn kin tegen het gebouw aan gedrukt naar boven kijkt.

Het is onmogelijk niet aan 9/11 te denken, en vooral aan wat er verloren is gegaan op die dag. Wanneer Petit tussen de torens aan het koorddansen is, ontstaat er iets van spiritualiteit. Beethoven klinkt, F _ü__ r Elise._ Het is alsof Zemeckis wil zeggen dat de menselijke geest ertoe in staat is het banale te overstijgen, zelfs dat we de harde werkelijkheid kunnen tarten, met als bewijs hiervoor de onmogelijk hoge torens en de vermetele artistieke misdaad van Petit.

In het licht van deze thematiek is het opvallend dat de driedimensionale vormgeving van The Walk uitzonderlijk goed werkt. De toegepaste 3D-techniek, de meest effectieve in een lange tijd, creëert diepte en authenticiteit. De compositie plaatst de kijker naast Petit op zijn high wire, zodat participatie de plaats inneemt van het passief observeren. Dit is wat de criticus J. Hoberman de nieuwe ‘ _real-ness in cinema__ ’_ noemt, juist ingegeven door de tragedie die zoveel levens heeft gekost op de plaatst waar de gekke Fransman nu op de wolken loopt. Zo is The Walk opwindend en inspirerend om te aanschouwen, om aan deel te nemen. De film zet een klein stapje in de richting van verlossing van het trauma. Dát is de misdaad: Zemeckis’ ambitie om via cinema in te grijpen in een collectieve ervaring. Why? Er is wel degelijk een why.

The walk is nu te zien


Beeld: Still uit The walk. Foto IMDB