Harry Styles tijdens het BBC Radio Weekend, 29 mei 2022 ©  Ian West/ ANP

Zaterdagavond. Ik zit in de trein richting Bijlmer Arena voor het concert van popsensatie Harry Styles. Hoewel het plaatsvindt in de Ziggo Dome, een van de grootste concerthallen van het land, voelt het toch alsof ik onderweg ben naar een zeer exclusief feestje. Na maanden een doorverkoopsite te hebben ververst – bijna dertigduizend gezochte tickets tegen nul aangeboden – heb ik tóch nog op de valreep een kaartje weten te bemachtigen. Het kostte ongeveer net zoveel als een kleine vakantie aan zee; een bedrag waarvan mijn vriend zei dat hij ‘het nog niet zou betalen voor Jimi Hendrix die uit zijn graf herrijst’.

Niet iedereen heeft zoveel mazzel gehad. Onderweg stappen drie Amerikaanse meisjes de coupé in. Game recognizes game: medefans. Online hebben ze bot gevangen, dus gaan ze hun geluk beproeven voor de deur. De kans is klein dat ze binnenkomen.

‘Hoe bereid zijn we om vanavond gearresteerd te worden?’ vraagt één.

‘I’ll climb on the roof’, antwoord haar vriendin bloeddorstig.

Recalcitrantie staat in sterk contrast met het imago van Styles. Styles is een cowboy zonder revolver, een rockster zonder gevaar, de patriarch zonder het patriarchaat. Hij is een haast synthetisch sympathieke charmeur. Hoe kan de natuur zo’n man hebben geschapen? ‘He seems written by a woman’, zeggen zijn fans over hem. Attent, zorgzaam, zachtaardig en bescheiden. Een man die heus wel stoer en getatoeëerd kan zijn, maar tegelijkertijd in contact staat met zijn emoties en zich feminien kleedt.

In een strak, oranje-wit pak bezaaid met spiegeltjes danst Styles heupwiegend door de Ziggo Dome. Dit is vanavond Harry’s House, en wij mogen in onze handen knijpen dat we erbij zijn. Wanneer Styles tijdens Keep Driving met een handgebaar hint op een seksuele handeling – ‘cocaine, side boob/ choke her with a sea view’ – ontploft de pit vooraan haast van vreugde en dankbaarheid.

Maar liefst 794 dagen moesten de fans wachten op dit optreden. De pandemie gooide twee keer roet in het eten. Dat heeft het enthousiasme niet gedrukt – integendeel. Het genot van de voorpret op het concert, zo maken de fans van Styles als geen ander duidelijk, is minstens evenveel waard als het genot van de ervaring zelf. Zijn grootste aanbidders lagen al dagen in tentjes onder een brug in de rij en staan nu, dankzij deze inzet, helemaal vooraan bij Styles de longen uit hun lijf te zingen.

Dit soort gedrag kan van oudsher rekenen op hoon. Fangirls – zeker die van boybands – zijn wat dat betreft laaghangend fruit: ze zouden hysterisch zijn, en hormonaal. Vrouwelijke liefhebbers van The Beatles, Elvis, Take That, Justin Bieber en ook popgroep One Direction – dezelfde fans die nu naar Styles’ solowerk luisteren, maar dan jaren voordat Styles salonfähig werd – zijn allemaal het makkelijke mikpunt van collectieve spot geweest. Steevast gaat het in mediacommentaren over hoe zij ‘gillend’ en ‘krijsend’, met het kwijl in de mond en vocht in de onderbroekjes in katzwijm vallen voor charismatische jongemannen.

Wie beter kijkt, zou van ze kunnen leren over het goede leven. De fangirls vertonen ongebreideld enthousiasme, waarbij het gezamenlijke afwachten deel is van het feest. Al in de rij zingen ze samen liedjes, delen ze hun water en crackers en koekjes met elkaar, houden elkaars plekje in de rij bezet als iemand moet plassen. Ze hebben hun best gedaan op hun outfits, en dragen combinaties van glitterbroeken, felgekleurde topjes en veren boa’s. Aan andere bezoekers delen ze glowsticks en gekleurde vloeipapiertjes uit, om voor de zaklamp te plakken tijdens Lights Up, zodat de hele concertzaal zal fonkelen in een regenboogvlag van lichtjes. Ze leren elkaar danspasjes voor Treat People With Kindness. In de Ziggo Dome vieren de meisjes vanavond niet alleen Harry Styles, maar ook hun vrijheid, hun jeugd, hun kwetsbaarheid en hun vriendschap. Elkaar.

Harry Styles faciliteert dit als geen ander. Tijdens Love on Tour hangt de hele avond een genderneutrale kumbayasfeer, waarin Styles ons als een mentale doula naar de saamhorigheid leidt. Hij vraagt zijn publiek elkaar een hand te geven, links en rechts te kijken, en een lief woord tegen elkaar te zeggen. Net als bij eerdere shows ruimt hij ook in de Ziggo Dome tijd in om een aantal spandoeken eruit te pikken, en zijn fans van datingadvies te voorzien of een hart onder de riem te steken. Een jarige Australische fan wordt door de hele zaal getrakteerd op oer-Hollandse verjaardagsliedjes. Op verzoek van twee meisjes in vak 102 brengt Styles Medicine ten gehore. En dan is er natuurlijk de fan die vraagt of Styles haar zou willen helpen met haar coming-out. Zou hij alsjeblieft haar vader willen bellen om te zeggen dat zij op meisjes valt? Styles belt, stilletjes en zonder microfoon achter op het podium, terwijl de zaal de adem inhoudt. Dan volgt de ontlading en de blijdschap. Eventjes daalt het cynisme in de wereld met een paar procentpunten.

‘Mijn concerten zijn een plek waar mensen zich veilig genoeg voelen om die grote momenten te delen, bovendien met een kamer vol mensen’, zei Styles eens in een radio-interview. ‘Het voelt zo veilig. Het is als een familie vol vreemden. De fans creëren die sfeer meer dan ik. Ik zou niet zeggen dat ik daarvan de katalysator ben. Eerder een spiegel. Ik voel me op het podium vrij om te zijn wie ik ben, alleen omdat mijn fans die omgeving voor mij hebben gecreëerd.‘ Ik zei het al: attent, zorgzaam, zachtaardig. En bescheiden.