Op 20 oktober leidt de Hongaarse componist en dirigent Peter Eötvös het Koninklijk Concertgebouworkest in de première van zijn Multiversum voor orgel, hammondorgel en orkest. Daarnaast dirigeert hij Viviers Orion, Stravinsky’s Symfonie in drie delen en van zijn landgenoot György Ligeti (1923-2006) het baanbrekende Atmosphères voor groot orkest zonder slagwerk (1961). En dat stuk blijft ondanks zijn duur van een kleine tien minuten een monumentaal keerpunt in de geschiedenis van de nieuwe muziek.
Terwijl binnen de Europese avant-garde het serialisme de nieuwe muziek domineert met hyperactieve constructivistische partituren komt Ligeti met een op het eerste gehoor vrijwel roerloze klankimpressie zonder melodie en ritme. Dichte klankwolken ballen zich samen tot de sciencefictionachtige soundscape die Stanley Kubrick prompt gebruikt voor 2001: A Space Odyssey. De muziek verhoudt zich tot Stockhausen en Boulez zoals new age tot Beethoven en Bach.
‘In Atmosphères’, verklaarde Ligeti, ‘heb ik geprobeerd mij los te maken van het “structurele” compositorische denken, dat het motivisch-thematische afloste, en zo een nieuwe vormvoorstelling te verwezenlijken.’ Hij had gezocht naar een muziek waarin ‘geen gebeurtenissen maar alleen toestanden voorkomen en geen contouren en vormen meer aanwezig zijn, maar alleen de onbevolkte, denkbeeldige muzikale ruimte’. Dat klinkt mystiek. Dat is het niet. Dit is juist geen new age. De eenvoud is schijn en de ‘welluidendheid’ is auditief bedrog, escheriaanse misleiding. Atmosphères is extreem geconstrueerd en extreem dissonant, maar de micropolyfone texturen zijn zo geraffineerd geïnstrumenteerd, de inzetten zo onhoorbaar, de overgangen tussen de 22 secties van het werk zo vloeiend dat de clusterachtige toonstapelingen versmelten tot één inderdaad ‘atmosferisch’ totaalgeluid van esoterisch-geheimzinnige pracht. Je ziet een melkweg in de verte. Alles leeft en beweegt, maar het oog is te ver om het te zien. Dat is de ware sensatie van ruimte.
De schoonheid van het stuk is één. Maar in zulke stukken bewonder je ook de daad, het wonder dat iemand dit heeft kunnen maken. Alleen de sterkste figuren hebben de innerlijke vrijheid zo buiten hun tijd te treden. In dat perspectief staat Atmosphères op één lijn met Beethovens Eroica, Stravinsky’s Sacre, Bergs Wozzeck en Stockhausens Gruppen.
De première in Donaueschingen onder leiding van Hans Rosbaud werd in oktober 1961, ongebruikelijk voor avant-garde, een ongelooflijk succes; het stuk werd zelfs herhaald. Inmiddels hoor je het nooit meer, dus ga. Overigens klinkt op 30 september in de NTR-Matinee nog zo’n bezwerend klankstuk van de componist, het zes jaar later voltooide orkestwerk Lontano. Ook een wonder.
Atmosphères,György Ligeti, Concertgebouw, Amsterdam, donderdag 19 oktober, 20.15 uur