1. Het is Kerst. Hoe viert u het?

a) Wij vieren liever Sinterklaas (hoe denkt u over Zwarte Piet?)

b) Het gourmetstel staat klaar, we zingen al mee met Last Christmas (wat vindt u ervan dat Kerst wel een nationale feestdag is en het Suikerfeest niet?)

c) O Tannenbaum! Onze kerstboom fonkelt als nooit tevoren (wist u dat er elk jaar 2,5 miljoen kerstbomen in Nederland worden gekapt en de CO2-uitstoot per gekapte kerstboom gelijk staat aan 25 kilometer autorijden? Dat zijn 62,5 miljoen autokilometers)

d) We gaan naar de Nachtmis (denkt u dan aan de vele duizenden monddood gemaakte slachtoffers van seksueel misbruik binnen de katholieke kerk?)

2. Het is Kerst. Wat ligt er onder de boom?

a) Een nieuw setje van de Hunkemöller (wat vindt u van het schoonheidsideaal dat door lingeriemerken op vrouwen wordt gedrukt?)

b) Een nieuwe tablet (onmisbaar voor een digital native – maar hoe weet u of er in uw tablet geen ‘conflictmineralen’ zitten, grondstoffen die gewonnen worden door kinderarbeid en door dictatoriale regimes worden verkocht?)

c) Een nieuwe trui (leuk, maar is die trui nodig? In vergelijking met vijftien jaar geleden kopen we zestig procent meer kleding en komt een kledingstuk gemiddeld niet vaker dan zeven keer van de plank, en dat terwijl de mode-industrie verantwoordelijk is voor tien procent van alle CO2-uitstoot wereldwijd)

d) Een lekker boek. Dat van Rob van Essen schijnt heel goed te zijn (inderdaad, maar bestelt u het dan online? Giganten als bol.com en Amazon verkopen en versturen boeken tegen zo’n lage prijs dat ze de zelfstandige middenstand kapotconcurreren, waardoor de winkels in de binnensteden in toenemende mate leeglopen)

e) Een Squatty Potty! Het is de hype van het jaar! (Yuk. Too much information)

3. Het is Kerst. Wat gaat u deze vakantie doen?

a) Uitrusten, lekker op de bank, House of Cards uitkijken (wat knap dat u dat kunt, probleemloos kijken naar het werk van een massaverkrachter)

b) Eindelijk eens naar het verbouwde Tropenmuseum (naar het museum van geroofde cultuur, bedoelt u? Moeten al die oude beelden niet terug naar de landen waar ze vandaan zijn gehaald?)

c) Met het gezin naar Artis (o leuk, opgesloten dieren in kleine hokken! Precies zoals de natuur het heeft bedoeld)

d) Naar de Efteling (de lievelingsbestemming van Geert Wilders! Vindt u het geen bezwaar dat uw kinderen dan worden blootgesteld aan de racistische stereotypes van Carnaval Festival en Monsieur Cannibal?)

e) Naar de Oostvaardersplassen (om uit te waaien of om een boswachter met de dood te bedreigen?)

Hoe word je een goed mens? In zekere zin is de vraag het beginpunt van de westerse beschaving zoals we die kennen, tenminste als je het beginpunt plaatst tussen de olijfbomen, in rotsachtig Griekenland, waar Plato en Aristoteles de oorsprong van de filosofie vonden. Hoewel de filosofie sindsdien duizend-en-één zijtakken heeft gekregen, draaide de oorspronkelijke stroom om vragen helder als bronwater: wat is waar? Wat is echt? En als je weet wat waar is, hoe handel je daar dan juist naar? Wanneer ben je rechtschapen?

Het goede heeft een zekere spectaculaire uitwerking, op omstanders, op kijkers. In een van de sterkste films van de afgelopen jaren, Locke (2013), krijgt de hoofdpersoon te horen dat een vrouw met wie hij een buitenechtelijke one night stand had en daarbij zwanger raakte nu een vroegtijdige spoedbevalling tegemoet gaat. Hij stapt in zijn auto en rijdt ’s nachts naar het ziekenhuis. Al rijdend belt hij zijn vrouw om haar over de situatie te informeren, en zijn baas om te zeggen dat hij morgen, wat de belangrijkste dag uit zijn carrière zou worden, verstek laat gaan. Zijn huwelijk en zijn carrière overleven de film niet, des te glorieuzer is het hem het juiste te zien doen.

Het goede heeft een spectaculaire uitwerking op onszelf, als jij het bent die het goede begaat. De goede moraal is meer dan een idee, schreef Emile Durkheim, het is een wetmatigheid, een bevel vanuit onszelf. ‘Als de plicht heeft gesproken, kan men enkel gehoorzamen.’ Natuurlijk doen mensen vaak het goede omdat het moet, omdat ze anders wetten overtreden – maar dat zegt niets over hun moraliteit, slechts dat ze niet in de problemen willen komen met de collectieve moraal van de wet en de maatschappij. Er bestaat ook een individuele moraal, bestaande uit ‘morele feiten’, die men buiten de wet om volgt. Men kan niet anders, vanuit zichzelf. Hierin zit het onderscheid tussen de plicht (de wet) en het goede (de moraal): de plicht reguleert, het goede motiveert. Locke toont hoe het goede het wint van de plicht.

Aan het begin van de twintigste eeuw zag Durkheim het individualisme toenemen, hij zag meerdere levensstijlen samensmelten in de maatschappij, zag religieuze verplichtingen afnemen, en daardoor allerlei provinciale of etnische profielen minder uitsluitend worden. Waar veel mensen deze individualisering als een bedreiging voor de natiestaat zagen, zag hij het ideaal van de mensheid. Als de mens alleen nog zijn mens-zijn deelt, kan er iets gemeenschappelijks ontstaan. In dit ideaal zou ieder zijn individualiteit, en die van de ander, als een verheven, sacraal iets beschouwen. Zo kan er een moraal ontstaan als een godsdienst, waarbij de mens tegelijkertijd gelovige en god is.

In zijn uitweidingen over de ‘moraalsociologie’ knipte Durkheim de moraal zodoende in twee delen:

1. Aan de ene kant de objectieve moraal, bestaande uit een geheel van regels die de moraal van de groep vormen.
2. De geheel subjectieve manier waarop ieder individueel bewustzijn zich die moraal voorstelt.

In een ideale wereld zit er tussen die twee nauwelijks een speldenprik aan ruimte. Maar wat als die twee te ver uit elkaar drijven? Hoe vind je dan nog de juiste moraal om op te varen?

4. Leest u dit stuk ook met een kopje koffie erbij?

a) Tuurlijk. Een lekker bakkie troost (wellicht troost het wat minder om te weten dat de prijs van de veel gebruikte arabicaboon in twee jaar is gedaald van 1,55 dollar per pound naar één dollar; de toch al arme koffieboeren zien elf miljard dollar aan inkomen verdampen, daar kan geen enkel ontwikkelingsprogramma tegenop, grote kans dat de koffieboeren liever de cocaplant gaan verbouwen met alle gevolgen van dien)

b) Een soja cappuccino, grande, alsjeblieft (wat vindt u ervan dat Starbucks door de Nederlandse overheid elk belastingvoordeel denkbaar krijgt toegereikt, terwijl uw laagste btw-tarief van zes naar negen procent gaat? En ze schrijven je naam altijd verkeerd)

c) Geen fastfood-koffie voor dit lijf. Wij schenken thuis alleen ‘kopi loewak’, tussen de tweehonderd tot zeshonderd dollar per kilo (ah, de koffiebes die zijn bijzondere smaak krijgt doordat de civetkat de bes eet, verteert, uitpoept – wist u dat er gruwelijke fabrieken bestaan waarin civetten niet heel anders worden behandeld dan ganzen in foie gras-fabrieken?)

5. Wat eet u vanavond?

a) Het enige wat mijn kinderen lusten, ‘geitenkip’, oftewel kipfilet gevuld met geitenkaas, groene asperges en zongedroogde tomaat, opgerold met een plakje parmaham, te braden in roomboter, af te blussen met madeira (geitenkaas? Wist u dat in Nederland bijna alle geitjes hun leven lang binnen staan op stal? Dat de jonkies meteen bij hun moeders worden weggehaald? Dat bijna alle geiten worden onthoornd? Mè-è-è… Of dacht u dat ze zo hard blaten van plezier? Asperges? In deze tijd van het jaar? Of bedoelt u die bundeltjes treurgroente die moeten worden ingevlogen vanuit Peru of China? Zongedroogde tomaat? Haal dat zon- er maar af als u ze in een potje koopt, en ook als u ze zelf droogt. Parmaham. Really? Moeten we het hier nog over het gevoeligste en slimste beest ever hebben? Lekker hoor, roomboter, een lekkere dikmaker ook. Madeira my dear! Hoe oud zijn uw kinderen? En hoe heten ze? Amalia, Alexia, Ariane?)

b) Een voedzame quinoasalade (hip! Maar het kwaad in Peru is al geschied. Sinds quinoa een paar jaar geleden als superfood werd ontdekt, is de prijs vertienvoudigd en is de arme Andesbevolking zelf noodgedwongen overgestapt op de allergoedkoopste en allerongezondste pasta)

c) Geroosterde groentes opgerold in een injera (u bedoelt een Ethiopisch pannenkoekje op basis van teffmeel, met de kennis dat een ondernemer in Drenthe zich het ‘Abessijnse liefdesgras’ heeft toegeëigend, door voor een appel en een ei het patent op verwerking van het teffmeel te hebben afgekocht bij de Ethiopiërs)

d) We bestellen vanavond iets (bij een van die bedrijven die hun uitgebuite, onderbetaalde, rechteloze bezorgers via een algoritme onder de zweep houden, wier stress en wanhoop voor stelselmatige gevaarlijke verkeerssituaties zorgt? Bon appetit)

6. Houdt u van sport?

a) Heerlijk, een weekje skiën (u heeft het over massatoerisme op kleine kwetsbare gebieden)

b) Wat is Frenkie de Jong een heerlijk joch (kunt u door alle matchfixing heen kijken, en corruptie van de Fifa negeren?)

c) In de zomer sta ik op de Ventoux (gelooft u na alle dopingschandalen nog in wielrennen?)

d) Onehundredandeighty! (Maar wat vindt u ervan dat darten de enige sport is die stug vasthoudt aan de seksistische rondemissen?)

Terugblikkend op Durkheims tijd denken we vanuit deze eeuw: wat was het toen overzichtelijk. Wat was het aantal mensen ten opzichte van wie men zich moest verhouden beperkt. Wat zaten er veel uren in de dag. Wat was de tijd nog een groot geheel, geen versnipperde berg minuten die samen 24 uur moeten vormen.

De 21ste-eeuwse mens heeft ook een individuele moraal, maar de vraag is of hij die zelf nog kan bijbenen.

In een interview onlangs haalt terrorismedeskundige Beatrice de Graaf een verhaal van Tolkien aan over een kunstenaar die zijn leven lang bezig is de perfecte boom te schilderen. Tegen de tijd dat hij op zijn sterfbed ligt heeft hij ondanks zijn geploeter maar één blaadje af gekregen. Eenmaal in de hemel ziet hij die prachtige boom en denkt: maar ik had die boom toch niet af gekregen?

Beatrice de Graaf haalt het verhaal aan om te illustreren hoezeer zij zelf last heeft van het gevoel: wat ik doe is nét niet genoeg. Zij ondervindt troost aan het verhaal van de kunstenaar die in de hemel te horen krijgt dat hij al die tijd op aarde bezig is geweest met het grotere geheel.

We moeten van alles, niet op de laatste plaats van onszelf; ook zonder een besef van de erfzonde is de mens een schuldig dier, belast met het leven, belast met hoe hij de planeet nalaat voor de volgende generatie. Het heilige moeten, waaraan in principe geen enkele heiligheid meer te pas hoeft te komen, is een vorm van modern ongeluk. Naarmate de mens vrijer is om te doen en te laten wat hij of zij wil, nemen onbehagen, neuroses en vervreemding toe.

Mensen lijden niet zozeer aan werkstress als wel aan leefstress, volgens psychiater en filosoof Damiaan Denys. Het verdwijnen van God en andere autoriteiten heeft het bestaan er niet lichter op gemaakt; zelfopgelegde dwang is meedogenlozer dan van buiten opgelegde dwang. Er is niets meer wat ons te wachten staat als beloning of compensatie voor het aardse tranendal, het moet allemaal gebeuren in deze korte tijd. Niet alleen de kalmte is voorgoed verdwenen, maar ook de morele leidraad. Wat is een goed leven, wanneer ben je een goed mens?

De mens lijkt er niet op toegerust aan zichzelf genoeg te hebben; het alledaagse leven wordt beheerst door ‘een retorica van het moeten’, zoals de Duitse socioloog Hartmut Rosa het noemt. Zie het als de individuele moraliteit die als een tweede stem in je hoofd tegen je aan praat: je moet nog langs je moeder in het verpleegtehuis, je moet nog die mails beantwoorden, je moet de nieuwe van Alfonso Cuarón nog zien, je moet meer tijd voor je kinderen maken, en hé, je moet ook nog even een unieke reis maken want je hebt maar één leven weet je wel.

De zee van ruimte, tijd en mogelijkheden maakt de vraag naar de zin van het leven, en de voortdurend op de loer liggende zinloosheid, pregnanter.

Paradoxaal genoeg wordt het gevoel van onoverzichtelijkheid volgens cultuurfilosoof Herman Lübbe veroorzaakt door een sensatie van Gegenwartsschrümpfung, oftewel een ‘krimp van het heden’. Daarmee bedoelt hij dat het heden, als de tijdruimte waarin wij ons leven op een morele, betekenisvolle manier – in termen van ons verleden – kunnen begrijpen en daaraan richting kunnen geven, in een almaar veranderende wereld voor ons gevoel steeds kleiner wordt.

Zo veel voornemens, zo veel mogelijkheden, zo weinig tijd; hoe kunnen we ons niet schuldig voelen?

7. U komt een aantrekkelijk persoon tegen. Wat doet u?

a) Niet aanspreken, wie weet zit die ander niet op u te wachten (u eindigt eenzaam en alleen. Singles betalen meer belasting, moeten eenpersoonstoeslagen betalen op vakantie, maken volgens het Sociaal en Cultureel Planbureau meer kans om depressief te worden, een burn-out of een alcoholverslaving te krijgen)

b) Gewoon erop af stappen, niet geschoten altijd mis! (waarom denken mannen toch dat ze altijd op elk moment het recht hebben vrouwen te benaderen, alsof mannen maar de jagers zijn en vrouwen de prooi, heeft u niets geleerd van MeToo?)

c) Heel voorzichtig aanspreken (hoezo leuk? Baseert u dat alleen op het uiterlijk? Hoe oppervlakkig kun je zijn?)

d) Ik ken die ander al iets langer, dus ik probeer het voorzichtig (hoe oud bent u zelf? Waar kent u haar of hem van? Is er een machtsverhouding? Is het de stagiair? Hoe zou u het vinden als het uw dochter of zoon was?)

8. Het klikt! Jullie houden van elkaar. Geweldig. Hoe kopen jullie een huis?

a) Onze ouders schieten financieel te hulp (dus volgens Thomas Piketty’s wetmatigheid dat mensen met kapitaal meer kapitaal verkrijgen waardoor het voor starters onmogelijk is de woningmarkt te betreden?)

b) We houden voorlopig een van onze huizen aan en verhuren dat (asociaal, ordinair bovendien)

c) De hypotheek is hoog, dus voorlopig Airbnb’en we ons souterrain (asociaal, ordinair bovendien)

9. Gefeliciteerd! Jullie zijn zwanger!

a) Dank je wel! (er zijn al zeven miljard mensen. Tussen 1950 en 2010 steeg de wereldbevolking met 143 procent. Per dag komen er 209.000 bij. De VN verwachten dat we in 2050 met negen miljard zijn. Er bestaat geen kans dat we met zoveel mensen deze levensstandaard kunnen volhouden)

b) Dank je wel! (je kunt uitsluitend met het OV reizen, geen dag vlees eten, je afval scheiden en zelf je garen spinnen en je eigen truien breien – niets van dat alles weegt op tegen de CO2-uitstoot die met elk nieuw mens gepaard gaat)

c) Dank je wel! (in Californië is het inmiddels verboden een pup bij een hondenfokker te kopen; het is immoreel aangezien de asielen uitpuilen met puppies. Volgens Unicef zitten er een miljoen weeskinderen in China op adoptie te wachten)

d) Dank je wel! Ik hoop dat hij de neus van zijn moeder krijgt

10. Gefeliciteerd! Hoe gaat u uw kind noemen?

a) Elizabeth (net als de koningin – maar is de naam niet zo vrouwelijk dat u uw kind direct in een vastomlijnd genderhokje plaatst en haar aldus de kans ontneemt zelf te ontdekken hoe fluïde haar geslacht is?)

b) We noemen hem naar zijn opa: Ernst-Jan (mooi traditioneel, maar speelt u niet heel erg in op het white privilege dat als vanzelfsprekend bij zo’n naam komt kijken?)

c) Ramses (sterke naam, grote farao – maar mag u zich wel de naam en daarmee de cultuur van een ander volk toe-eigenen?)

11. U heeft een kind. Wat een kleine druktemaker. Hoe voedt u dat behoorlijk op?

a) Ik ben voor Elizabeth drie dagen minder gaan werken (wist u dat vrouwen in Nederland de minste uren werken van Europa: 29 uur per week? Doordat vrouwen vroeg in hun carrière niet lean in, om Sheryl Sandberg te parafraseren, stijgen er minder vrouwen naar de top van het bedrijfsleven, wat het feminisme niet helpt)

b) Het is puzzelen met de schema’s, maar we brengen kleine Ernst-Jan van en naar al zijn activiteiten (ah, de helikopterouder. Wist u dat de huidige, door hun ouders geïnfantiliseerde, doodgeknuffelde generatie – de zogenaamde iGen – steeds minder haar vleugels spreidt? Ze heeft steeds later haar rijbewijs, wordt later verliefd, heeft minder relaties, is onzekerder, gaat vaker naar psychiaters)

c) Zonder onze au pair Imelda zouden we nergens zijn (natuurlijk, maar wie voedt op de Filipijnen háár kinderen op?)

d) Godzijdank heb ik een tablet, dan is kleine Ramses weer even zoet (nou en of. Maar de iGen is al meer online dan ooit en uit alle onderzoek blijkt dat hoe langer jongeren online zitten, hoe ongelukkiger ze zich voelen. Het aantal tieners dat elke dag met hun vrienden afspreekt is tussen 2000 en 2015 met veertig procent gedaald. Bouwt Ramses nog wel een wereld buiten zijn tablet op?)

Het schuldcomplex dat de mens heeft over zichzelf is een persoonlijke strijd. Maar wat als de schuld zich naar de rest van de wereld toe vertaalt?

Hegel kwam met de filosofische categorie van de totaliteit. Om de wereld te kunnen begrijpen moest je proberen te zien hoe elk onderdeel samenhing met het geheel, en omgekeerd, hoe het geheel samenhing met elk onderdeel. Wat de totaliteit inhoudt is makkelijker voor te stellen; het plastic tasje dat je elke dag bij de supermarkt koopt hangt samen met de plastic soep ter grootte van Frankrijk in de Stille Oceaan, door die trui met uw creditcard te betalen werkt u mee aan de enorme schuldberg die een volgende economische crisis kan veroorzaken, terwijl die trui wellicht het resultaat is van kinderarbeid in Bangladesh; uw vliegvakantie naar Barcelona draagt bij aan de opwarming van de aarde en de uitholling van een stadsidentiteit die door massatoerisme wordt weggevaagd.

Geïnspireerd door Hegel sprak Theodor W. Adorno dan ook niet alleen van de totaliteit, maar van een ‘totale Schulzusammenhang’: in een kapitalistische vrije samenleving hangt alles met alles samen, waardoor je als individu nooit schone handen kunt houden. Het leidde tot Adorno’s oneliner ‘Es gibt kein richtiges Leben im falschen.’ Het goede leven leiden kan niet in een onware – of eigenlijk een valse, immorele – wereld.

In De grote vlucht inwaarts (2017) beschrijft Thijs Lijster hoe het idee van de totaliteit aan terrein verloor. Het valt volgens hem af te lezen aan wat je het ‘eindisme’ van de tweede helft van de twintigste eeuw kunt noemen, toen denkers kort na elkaar het einde van de mens (Michel Foucault), de ideologie (Daniel Bell), de filosofie (Richard Rorty), de grote verhalen (Jean-François Lyotard), de geschiedenis (Francis Fukuyama), de moderniteit (Gianni Vattimo) en de kunst (Arthur Danto) afkondigden. De wereld werd in fragmenten opgeknipt, totaliserend denken stond gelijk aan totalitair denken en zou geen recht doen aan de grote diversiteit van culturele en sociale relaties.

In plaats van een totaliteit kwam er een ‘netwerk’, dat klinkt in ieder geval een stuk positiever. In een netwerk staat alles op zichzelf, terwijl het tegelijk met andere in contact staat, zonder dat daarbij een verticaal of hiërarchisch verband bestaat. De wereld, in de woorden van Thomas Friedman, werd plat, grenzen vervaagden, iedereen werd global citizen, een nomade. ‘Work in one continent, live in another’, was een slogan die continu op cnn – het wereld-tv-kanaal – werd herhaald.

Het optimisme is in het nieuwe millennium voorbijgestreefd door een ander besef, stelt Lijster. De metafoor van het platte netwerk verhult in werkelijkheid dat maar een deel van de mensheid ten volle profiteert van nomadisch leven. De netwerksamenleving brengt nieuwe klassentegenstellingen in beeld, tussen de mensen die vrijwillig, voor zaken of vermaak, de wereld over trekken en degenen die de wereld over trekken omdat ze door geweld en rampspoed uit hun huis zijn verdreven. Die mondiale nomaden kun je beter verdelen, schreef Zygmunt Bauman, in ‘toeristen’ en ‘zwervers’. Je kon die twee groepen perfect zien samenkomen in 2015, toen aan de kusten van de eilanden in de Middellandse Zee de toeristen in de zon lagen en uit hun middagdutjes werden gewekt toen de lichamen van duizenden verdronken ‘gelukzoekers’ aanspoelden.

12. Het is zomervakantie. Waar gaat u naartoe?

a) De A is van All Inclusive, heerlijk uitrusten aan de Turkse rivièra (vergeet u niet in te smeren! En vergeet ook niet dat sinds de mislukte coup Erdogan 140 journalisten heeft opgepakt, 160 media heeft gesloten en 150.000 mensen hun beroep niet meer mogen uitoefenen omdat hun mening niet bij die van hem zou aansluiten)

b) We hebben altijd al eens de Grand Canyon willen zien (gelijk heeft u, het is een van de natuurwonderen die nooit tegenvallen; hij ligt overigens in Arizona, de staat waar ter dood veroordeelden worden vergast. Op dit moment wachten meer dan 2700 gevangenen in de VS op hun executie)

c) We willen heel graag onze kinderen de olifanten laten zien in Zuid-Afrika, voordat het te laat is (voordat het te laat is inderdaad; maar maakt uw goed bedoelde safari niet precies deel uit van de toerisme-industrie die van de natuurparken pretparken heeft gemaakt?)

d) We gaan naar Qatar – weer eens iets anders (doet u de groeten aan de Nepalese en Indiase gastarbeiders, wier paspoorten in beslag worden genomen en waarvan door onmenselijke werkomstandigheden er waarschijnlijk vierduizend zullen zijn overleden tegen de tijd dat het WK voetbal van 2022 plaatsvindt)

e) We rijden van Sint-Petersburg naar Moskou, van het Winterpaleis naar het Kremlin, een unieke roadtrip gevuld met Dostojevski, toendra’s en wodka (nazdorovje! Check wel even of u niet toevallig homoseksueel bent; volgens het Europees Hof voor de Rechten van de Mens is de Russische ‘anti-homopropagandawet’ in strijd met de vrijheid van meningsuiting. Alleen een regenboogvlaggetje kan u al een boete of celstraf opleveren)

f) Eindelijk eens naar het oude land: Israël (zou u ook tijdens apartheid naar Zuid-Afrika zijn gereisd? Zeker op de Westbank worden Palestijnen burgerrechten ontzegd die Israëliërs wél hebben)

g) Wij blijven thuis (gezellig, maar als u Amsterdammer bent: de 850.000 inwoners van Amsterdam dealen nu al met 18,5 miljoen toeristen per jaar. Tegen 2025 worden en 23 miljoen verwacht. Denkt u niet dat als iedereen op vakantie in eigen stad gaat het alleen maar drukker wordt?)

h) Venetië! (u heeft geen ziel!!)

13. Het is zomervakantie. Hoe gaat u op reis?

a) Met de auto (het Europees Parlement oordeelde dat de CO2-uitstoot van auto’s niet met dertig maar met veertig procent omlaag moet de komende tien jaar, anders zijn de klimaatdoelen onhaalbaar)

b) Met de auto – maar we rijden elektrisch! (heel goed, maar wist u dat bij het produceren van een auto er al meer grondstoffen worden gebruikt dan de auto in zijn hele leven kan uitstoten?)

c) Met het vliegtuig (als de groei van de luchtvaartindustrie zo doorgaat, zijn de klimaatdoelen van Parijs per definitie onhaalbaar – met of zonder de lullige zeven euro vliegtaks)

d) Trein (oké)

14. Wellicht een persoonlijke vraag, maar wat gaat u stemmen?

a) vvd (heeft u ook zo’n hekel aan dividendbelasting? Goed dat de kleine miljardair ook een handje krijgt toegestoken)

b) GroenLinks (juist, de macht aan bomenknuffelaars, anti-inentingzwevers, anti-rekenonderwijsgoeroes (je kunt beter schatten) en bovendien krijg je bij stevige zetelwinst wanstaltige beelden uit rokerige zaaltjes waar ooit pacifistische GroenLinks-bobo’s uitleggen waarom er toch weer meer Nederlandse soldaten naar allerhande oorlogshaarden moeten)

c) cda (nostalgie kennen we allemaal, het wordt nooit meer als in de tijden van Lubbers en Van den Broek. Bovendien kent u zelf ook niet alle coupletten van het Wilhelmus, dus wat geeft u het recht…)

d) d66 (u subsidieert graag de energiezuinige, peperdure auto van de vriendelijke, bedaarde inwoners van Amsterdam-Zuid?)

e) pvda (liefdadigheid is te prijzen, maar een reddingsactie voor de dodo is misschien uw stem niet waard)

f) sp (een keuze voor minder bedeelden en de familie Marijnissen, voor de poldergoelag, met partijsplitsingen en idiote zelfkritiseerprocessen van voormalige straatwerkers die erkennen dat de macht ze naar de bol is gestegen)

g) pvv (dat weet u zelf ook wel)

h) Forum voor Democratie (goed om Statler en Waldorf een paar kinderen te geven in de Kamerbankjes, maar dan moet u op de koop toe nemen dat de opiniepagina’s jarenlang vol zullen staan met stukken over ras & intelligentie, moderne architectuur & een perverse seksuele cultuur, en het knmi als vijfde colonne)

Er hangt een wolk boven ons, een nare wolk, met giftige gassen. En die wolk is zichtbaarder dan ooit. Vroeger zag je de wereld niet, tenzij je er te paard op uit trok, daarna een tijdlang eens per dag, op het Journaal, of als je de krant opensloeg. Maar nu komen de beelden van de migrantenkaravaan in Midden-Amerika tientallen keren per dag voorbij, op alle kanalen. Elke keer dat je je telefoon opent, is er wel iemand op sociale media die uitlegt hoe de CO2-uitstoot in China het smelten van de poolkappen verergert, in de krant lees je hoezeer sociale media de democratieën ondermijnen. In deze tijden van massa-informatie kun je je niet verstoppen.

En we willen ons ook niet verstoppen. Hier komt Thijs Lijster weer kijken: het probleem van het vrije-marktliberalisme is dat het schijnbaar vrijwillig omarmd wordt. Dat zorgt voor een dilemma. In het denken van Hegel en Marx was er een ‘subject van de geschiedenis’, een deel dat het geheel representeerde en de hoofdrol speelde in het grote verhaal van de geschiedenis (bij Hegel was dat de ‘geest’ en bij Marx het proletariaat). Nu is er geen subject meer; het kapitalisme, dat zijn wij, we doen er allemaal aan mee, als we inloggen op Facebook of boodschappen doen in de supermarkt, in elke handeling die we begaan.

Het ontbreken van een subject doet Lijster denken aan de anekdote van Gerard Reve, bij wie een oude communist op bezoek kwam die begon af te geven op het imperialisme, waarop Reve vroeg: ‘Het imperialisme, ja ja, ken u mij daar het adres en telefoonnummer van geven.’

Het kapitalisme heeft geen telefoonnummer, klimaatverandering ook niet, massamigratie niet, fake news niet. Ja, Facebook heeft een website, maar daar reageert Mark Zuckerberg niet.

Dit is de schuld die wij als hoogopgeleide, zelfbewuste, netwerk-aangesloten, geglobaliseerde wereldburger met ons meedragen; de schuld van alles. En daaruit komt de nieuwe vraag van de filosofie van deze tijd voort: niet hoe ben ik een goed mens, maar hoe ben ik een zo schuldeloos mogelijk mens?

Bij de volgende vragen komen geen multiple-choice-mogelijkheden. U kunt uw schuldeloze antwoord sturen naar groene@groene.nl onder vermelding van ‘Morele gids voor het hele gezin 2019’. De best beargumenteerde inzending wint een slaafvrij, CO2-neutraal, dividendloos boekenpakket.

15. Wat hoopt u dat uw kind voor zijn beroep gaat doen?
16. Wat gaat u deze kerstvakantie doen?
17. Wat is uw goede voornemen voor 2019?