Beto O’Rourke wacht op zijn introductie tijdens een campagnebijeenkomst in Dallas, Texas, op 13 augustus © Tamir Kalifa / The New York Times / HH

Meer regels voor wapenbezit, een minimumloon van vijftien dollar, schrappen van veroordelingen voor marihuanabezit, ziektekostenverzekering voor iedereen en compassie voor migranten – het is standaardrepertoire voor progressieve Democraten, maar de man die dit bepleit wil senator worden voor Texas. En hij heeft er verrassend veel succes mee. In Texas, de staat van conservatisme, lage belastingen, anti-overheid?

Beto O’Rourke, een 45 jaar oude Congres-afgevaardigde uit El Paso, was een jaar geleden nauwelijks bekend buiten zijn kiesdistrict. Nu legt hij de zittende senator voor Texas, de maar al te bekende Ted Cruz, in 2016 de laatste tegenstander van Donald Trump, het vuur aan de schenen. O’Rourke straalt jongensachtig charisma uit, is knuffelbaar en voert campagne met enkel zijn voornaam. Texanen lopen rond in Beto for Senate-T-shirts en de vele verkiezingsborden in de tuinen en langs de weg veronderstellen dat iedereen weet wie Beto is.

Zo ver is het nog niet, maar O’Rourke heeft in korte tijd veel terrein veroverd in een staat die in 2016 nog voor Donald Trump stemde. In opiniepeilingen ligt O’Rourke dicht genoeg bij Cruz om hem een kans te geven in november bij de midterm-verkiezingen, zeker als de gehoopte Democratische golf op het juiste ogenblik topt. Cook Political Report veranderde zijn inschatting van Lean Republican in Toss Up.

Wat er gebeurt in Texas heeft landelijke betekenis. De Republikeinen hebben in de Senaat, waarvan een derde deel aan verkiezingen is onderworpen, een meerderheid van twee zetels. Ook al zijn er dit verkiezingsjaar veel meer Democratische Senaatszetels kwetsbaar, vanwege Obama’s winst in 2012, de Republikeinen zullen alle zeilen moeten bijzetten om de meerderheid te behouden. Verlies van Texas stond niet op het programma.

Wat is er aan de hand in Texas, een betrouwbaar Republikeins conservatief bastion? Het is meer dan enkel afkeer van Donald Trump, al geeft dat energie aan de Democratische kiezers en is de afkeer bij sommige Republikeinen voelbaar. Dat laatste moet niet overdreven worden. De Republikeinen die ik in Texas sprak vonden Trump een hork maar waren wel geporteerd voor zijn beleid en het opschudden van Washington. Ze zullen niet snel voor een Democraat stemmen, zelfs niet een met de rauwe aantrekkingskracht van Beto O’Rourke.

De verrassende nieuwkomer Beto O’Rourke is een begenadigd spreker, zoals een treinlading YouTube-filmpjes laat zien: hij live-streamt zijn campagne. Al is hij slechts twee jaar jonger dan Ted Cruz, diens oubollige gladjakker-uitstraling geeft Beto de bonus van jeugdig enthousiasme. O’Rourke loopt over van energie en kan met gemak een grote menigte uit haar dak laten gaan.

De sleutel tot zijn Beto-faam (zijn doopnaam is Robert) is een lange intensieve campagne. Hij heeft de staat afgestruind, alle 254 counties bezocht – stukjes Texas waar Democraten lange tijd niet te zien waren. Hij tweet en gebruikt alle mogelijke mediamiddelen. Maandenlang heeft O’Rourke Facebook-volgers verzameld. Hij heeft drie keer zo veel campagnefondsen binnengehaald als Cruz. Miljoenen mensen hebben de video gezien waarin Beto uitlegt waarom hij de footballspelers die knielen tijdens het spelen van het volkslied als protest tegen politiegeweld en rassenongelijkheid steunt. ‘Niets is meer Amerikaans’, zegt O’Rourke, ‘dan vreedzaam opstaan, of knielen, voor je rechten, wanneer en waar dan ook.’

O’Rourke boft met zijn tegenstander. Niemand vertrouwt Ted Cruz, niemand mag hem

O’Rourke boft met zijn tegenstander. Ted Cruz (doopnaam Rafael) is geen aangename man. Hij is nooit geweldig populair geweest, noch in Texas, noch in Washington. Daarnaast draagt Cruz de ballast van zijn campagne voor de Republikeinse presidentsnominatie in 2016. Trump-stemmers vertrouwen hem maar half nadat hij indertijd op de conventie had geweigerd Trumps nominatie te steunen. Een paar weken later ging Cruz alsnog door de pomp en sindsdien behoort hij tot het applauscollege van de president. Grof samengevat: iedereen kent Cruz, niemand vertrouwt hem, niemand mag hem. Normaliter zou dat in Texas nauwelijks een rol spelen: neus dicht. Stemmen.

Maar Texas verandert en de vraag is hoe lang de staat nog betrouwbaar Republikeins blijft. We hebben het over de grootste staat van de continentale VS (alleen Alaska is groter), qua oppervlakte vergelijkbaar met Frankrijk en Zwitserland tezamen. Als het een apart land was, zou de economie de tiende van de wereld zijn. Van overheid houden ze hier niet: Texas is een van de zeven Amerikaanse staten zonder eigen inkomstenbelasting. Inkomsten krijgt het uit de sales tax en de belasting op woningen, die percentueel relatief hoog is. De economie is diverser dan vaak gedacht. Ongelijkheid is deel van het frontier-idee dat Texas zegt te koesteren: qua gemiddeld gezinsinkomen komt de staat op de 25ste plaats.

Vijf van Amerika’s grootste vijftien steden zijn in Texas te vinden, allemaal groeiden ze sinds 2010 met meer dan tien procent (Austin met twintig procent). Houston is nog steeds een oliestad maar heeft ook medische faciliteiten van wereldklasse. Dallas en Forth Worth, in het noorden van de staat, zijn sterk in de defensie-industrie en hightech en behoorlijk gevarieerd. San Antonio, in het zuiden, is de grootste hispanic stad in Amerika, met een sterke diensteneconomie en technologie. Hoofdstad Austin is een overheidsstad met een grote universiteit en een hightech klimaat. Verreweg de meeste inwoners wonen in verstedelijkte gebieden.

Sociaal-economisch en politiek is de staat aan het veranderen. De meest gehoorde factor zou de groei van het aantal hispanics zijn, een groep met relatief conservatieve sociale normen maar een afkeer van de wrede anti-immigratiepolitiek van Trump. Ze begrijpen Obamacare niet helemaal, maar realiseren zich dat het hun gezondheidszorg garandeert. Daarnaast is er een gestadige instroom van mensen uit andere delen van Amerika. Tussen 2010 en 2016 kwamen 867.000 Amerikanen uit een andere staat naar Texas, onder hen ruim zestigduizend uit Californië. Ze komen vooral naar de stedelijke centra waar goed betaalde banen zijn te vinden in technologie, gezondheidszorg en een veelheid van ondernemingen.

Mijn vrienden Al en Madeleine kwamen vijf jaar geleden uit Californië. Al had daar een cluster van bedrijven met meer dan driehonderd werknemers en had de buik vol van hoge belastingen, regulering en het verslechterde leefklimaat in Californië, met name in Los Angeles. Al stemt Republikeins, leest The Wall Street Journal (het intelligente equivalent van Fox News) en vindt het mooi dat Trump de zaak opschudt. Hij ziet zijn dochters voorkeur voor Beto hoofdschuddend aan.

Al heeft zijn bedrijven verplaatst naar Austin, dat geldt als de meest progressieve stad van de staat. Een deel van zijn werknemers kwam mee. Ze vertelden me dat ze hier voor veel minder geld een huis konden huren of kopen, dat de benzine dertig procent goedkoper is, de belastingen lager zijn. Maar ook dat het openbaar onderwijs zwaar ondergefinancierd is en publieke voorzieningen beperkt zijn. De groei-explosie begint ook Californische problemen op te leveren. Nu is er nog ruimte voor nieuwe huizen, maar de grenzen komen in zicht. Het verkeer begint al behoorlijk dicht te slibben. Een flink aantal van Als werknemers weigerde overigens de tocht naar Texas te maken uit angst dat ze in Arizona opgepakt zouden worden bij gebrek aan de juiste papieren. Het maakt de zorgen van zogenoemde Dreamers, in Amerika opgegroeide kinderen zonder burgerschapsstatus, wel heel erg tastbaar.

Toen ik in 1984 voor het eerst in Austin kwam, had het nog de uitstraling van een plezierige provinciestad, gered door de aanwezigheid van University of Texas en twee straten met levende muziek. Maar anno 2018 doet het denken aan San Francisco (of Seattle) voordat venturekapitalisme die steden overweldigde. Dit veranderende Texas zal de Amerikaanse politiek gaan veranderen. Tot en met Lyndon Johnson, de ultieme Texaanse politicus, was de staat gegarandeerd Democratisch (met racistische en extreem-rechtse ondertonen), sindsdien is hij betrouwbaar Republikeins geworden – met dezelfde ondertonen. Sinds 1994 hebben de Democraten geen enkele race op staatsniveau gewonnen. Cruz won in 2012 met 15,8 procentpunten in een toen open Senaatsrace. De meest recente Republikeinse gouverneur won in 2014 met twintig procent. Interessanter was dat Trump in 2016 maar negen procentpunten meer haalde dan Clinton, aanzienlijk minder dan Romney in 2012. Houston, Dallas, San Antonio en Austin stemden allemaal voor Hillary Clinton.

O’Rourke verwoordt programmapunten die voor Hillary Clinton te progressief waren

In een restaurant in Austin, waar vrijwel iedereen een Beto-T-shirt draagt, zie ik op tv een debat dat in Dallas plaatsvindt. Cruz presenteert zich als Trump-verdediger en schuift Beto in de categorie socialisme à la Bernie Sanders. ‘Radicaal’ en ‘extreem’ zijn de meeste gehoorde kwalificaties. Hij probeert de minder bekende O’Rourke te definiëren voordat die dat zelf kan doen. Cruz verdedigt zijn succes in het voorkomen van wapenregulering, zijn toewijding om Obamacare de nek om te draaien en zijn weigering om Dreamers burgerschap te geven.

Trumps muur figureert niet prominent, mogelijk omdat Texanen zich niet gek laten maken met verhalen over gewelddadige illegalen. Beto, die vloeiend Spaans spreekt terwijl Cruz dat hakkelend doet, vertegenwoordigt een grensstad, El Paso, waar de criminaliteit laag is – net als overigens in de hele staat Texas. Hij vindt dat Amerika geen muur nodig heeft. ‘We zijn allemaal Amerikanen. We zijn allemaal Texanen. We zijn allemaal mensen’, zegt O’Rourke. Sommige aanhangers dragen T-shirts met de tekst: ‘Humans against Ted Cruz’.

Uiteraard stelt Cruz een mogelijk impeachment van Trump aan de orde als de Democraten in november zouden winnen, hét argument waarmee Republikeinen hun achterban proberen op te stoken. Programmatisch staat Cruz voor de klassieke Republikeinse agenda zoals die nu onder Trump wordt uitgevoerd. Maar vooral verkoopt hij zichzelf als een typische representant van zijn staat. ‘Dit is Texas’, lijkt zijn stopwoord in interviews, waarna hij alle clichés oplepelt. ‘Texas is Amerika op steroïden’, zegt Cruz, ‘de stijl van onze staat is “Geef me een paard, een geweer en een open vlakte en we kunnen de wereld veroveren.”’ Als Cruz zich al realiseert dat er iets verandert in Texas, dan geeft hij daar geen blijk van.

Beto verwoordt programmapunten die voor de Democraten nu gewoon zijn geworden (en voor Hillary Clinton te progressief waren geweest). Hij houdt het graag algemeen en vertelt het liefst een verhaal. Hervorming van het strafrecht en gevangeniswezen is belangrijk voor O’Rourke. Hij gebruikt zijn rijden-onder-invloed-affaire uit 1998 om te vertellen hoe hij wél een tweede kans kreeg en veel mensen die met het gerecht in aanraking komen niet. Hoewel hij geen persoonlijke aanvallen doet, laat hij Cruz niet helemaal ongemoeid. Venijnig suggereert Beto dat Cruz vanwege zijn presidentiële ambities meer is te vinden in Iowa dan in Texas. De ironie is dat O’Rourke door menigeen wordt gezien als mogelijke presidentskandidaat, ook als hij zou verliezen.

Het contrast tussen de twee is er niet minder om. Cruz rekent op de vaste Republikeinse aanhang. Het debat eindigt met het verzoek om iets te noemen dat je waardeert in je tegenstander. O’Rourke doet dat keurig, de valse Cruz kan de verleiding niet weerstaan om te bewonderen dat Beto een overtuigde socialist is, die staat voor zijn overtuigingen. ‘True to form’, reageert O’Rourke. En inderdaad, het debat bevestigt vooral wat mensen al wisten.

Op het Austin-hoofdkwartier van Beto, in een shopping mall, is het debat het gesprek van de dag. Mensen lopen in en uit om Beto for Senate-borden aan te schaffen, vrijwilligers helpen op allerlei manieren. Het enthousiasme is tastbaar. Natuurlijk is Austin geheid Democratisch, maar als je het aantal Beto-borden in de omliggende Hill Country als maat neemt, dan gaat het verder dan dat. In een hele week Texas zie ik één Cruz-bord.

Zelfs de Republikeinse Partij houdt niet erg van Cruz, maar weet verdraaid goed dat zij de Senaatszetel van Texas niet kan missen. De Cruz-campagne is inmiddels in de overdrive gegaan. Ze gebruiken een foto van O’Rourke toen hij in een punkrockband zat waarop hij iets met bloemetjes draagt, ‘het zou goed een jurk kunnen zijn’; een verzameling uitspraken waarin O’Rourke ‘fuck’ en ‘fucked up’ gebruikt, en een foto van zijn arrestatie voor rijden onder invloed, twintig jaar geleden. Ook tweet Cruz een videoclip van O’Rourke sprekend in een zwarte kerk, niet om wat Beto er zegt maar simpelweg om hem te koppelen aan zwarten. Amusanter is dat de Cruz-campagne advertentieruimte kocht bij Steve Colbert toen O’Rourke daar op bezoek was. Colbert gebruikte de gelegenheid om vier minuten lang Cruz te pesten. ‘Dit is hoe bang Cruz is voor O’Rourke’, was de minst pijnlijke.

In Washington zijn de Republikeinen ontwaakt. ‘Cruz zit in de problemen. Stuur Trump!’

Austin zou Austin niet zijn als muziek niet een rol speelde. Willie Nelson, Texaanse muzikale grootheid, staat achter Beto die aan het begin van de zomer verscheen op Nelsons traditionele Fourth of July Picnic. Nelson gebruikte de gelegenheid om te vertellen dat hij hoopte dat ‘the big, bold, confident, strong people of Texas’ de rest van de VS konden laten zien dat het niet nodig is bang te zijn voor immigranten, moslims of iemand die anders is. En natuurlijk pakte O’Rourke een gitaar om samen met Nelson Roll Me Up and Smoke Me When I Die en Will the Circle Be Unbroken te spelen.

Willie Nelson was altijd activistisch ingesteld en progressief, en vormt daarmee een uitzondering in de conservatieve country-music-scene. Toen Nelson aankondigde dat hij op 29 september een concert zou geven voor Beto (zijn eerste voor een politieke kandidaat) keerden fans zich tegen hem en riepen op tot een boycot. Op de sociale media werd Nelson voor socialist uitgemaakt. Maar de dertigduizend toeschouwers juichten voor Beto’s pleidooi voor legale marihuana en zongen luid mee met On the Road Again.

In Washington zijn de Republikeinen wakker geworden. Eind juli deed de Republikeinse campagneleider in Texas een beroep op het Witte Huis: ‘Ted Cruz zit in de problemen. Stuur Trump!’ Het was een vernederende noodkreet. In 2016 had Trump immers Cruz voor een ‘sniveling coward’ uitgemaakt, hem de bijnaam ‘lyin’ Ted’ gegeven en zijn Cubaanse vader verbonden met de moord op jfk. Cruz op zijn beurt had Trump ‘totaal zonder normen’ genoemd, een ‘bullebak’ die ‘trots was op zijn seriële overspel’. De volstrekt adequate omschrijving ‘pathologische leugenaar’ heeft Cruz inmiddels ingeslikt.

De senator zelf lijkt er alle vertrouwen in te hebben. Hij rekent op de suburbs en het platteland, maar het effect van Beto’s bezoeken is onzeker. Volgens Allen Blakemore, een Republikeinse consultant die in The New York Times werd geciteerd, heeft Ted Cruz helemaal geen problemen. ‘Texas is een betrouwbare rode staat en zal dat blijven in de afzienbare toekomst.’ Daar staat tegenover dat de gerenommeerde 538-website van Nate Silver verrast vaststelde dat Texas inderdaad ‘in play’ is. Hij zag bij Cruz ‘tekenen van een zwakke incumbent’ en bij O’Rourke ‘tekenen van een sterke uitdager’.

Texas is echter een notoir moeilijk te peilen staat en de meeste deskundigen verwachten eind september dat Cruz uiteindelijk wel zal winnen, inclusief de Democratische Partij die haar geld inzet op staten als Arizona, Nevada en Tennessee. Republikeinen sturen nu wel meer geld naar Texas om het kortetermijnprobleem van Cruz te voorkomen. Maar voor de lange termijn hebben ze alle reden om zich grote zorgen te maken over de veranderingen in de staat. Als Texas immers weer een betrouwbare Democratische staat wordt, dan scheelt dat bij presidentsverkiezingen liefst 38 kiesmannen, goed voor veertien procent van het benodigde aantal om te winnen. Zonder Texas kunnen Republikeinen het wel schudden.

Beto kan dat proces wel eens behoorlijk versnellen. De sleutel voor 6 november, misschien zelfs voor het verslaan van Cruz, is de kiezersopkomst. Hispanics hebben een notoir slechte opkomst en ook jongeren zijn meestal slecht vertegenwoordigd. Als dat nu verandert, dan heeft dat alles te maken met de combinatie van een aantrekkelijke kandidaat, Beto, en een afzichtelijke president, Donald Trump. Linksom of rechtsom zal Trump de uitslag bepalen.

Zelfs als Beto verliest, dan zal het enthousiasme dat hij heeft losgemaakt helpen bij races op het niveau van afgevaardigden en lokale ambten. De Democraten zijn ervan overtuigd dat Texas op de lange termijn hun kant op zal komen, als het niet in 2018 is dan toch zeker in 2020 of 2024.

O’Rourke had beloofd om een beschaafde, positieve en betrokken campagne te voeren. Toen Ted Cruz en zijn vrouw in Washington DC een restaurant uit werden gejauwd, liet Beto weten dat hij met Cruz meevoelde en dit soort acties niet goedkeurde. In zijn toespraken noemt hij Trump of Cruz nauwelijks, vanuit het verstandige oogpunt dat iedereen hen al kent. Hij voert campagne op een programma, niet op eindeloze kritiek. Maar iedereen weet dat de onderwerpen die Beto aansnijdt, zijn voorstellen, impliciet kritiek leveren op de gevestigde machten. Ook in dit opzicht zet deze campagne een standaard die mogelijke presidentskandidaten in 2020 zullen bestuderen: is het beter om het directe gevecht aan te gaan met Trump of is het verstandig een alternatief te bieden?

En als dit laatste het geval is, hoe ver naar links moeten de Democraten dan opschuiven? Hoewel Beto niet zo ver gaat als Sanders en sommige van diens aanhangers zoekt hij evenmin het veilige midden op. Het enige wat je in het midden van de weg vindt, zei O’Rourke op een bijeenkomst in Houston, ‘zijn gele strepen en dode armadillo’s’. Waar Beto op uit is, is het herdefiniëren van de Texaanse politieke identiteit.

Win or lose, de meeste waarnemers zijn ervan overtuigd dat we dit jaar de geboorte zien van een kandidaat waar de Democraten nog lang van kunnen profiteren. Ik hoorde vaak de vergelijking met Robert Kennedy. Vererend, maar ik zie eerder een blanke, Spaans sprekende Obama met cowboylaarzen.