Het was een week van protesten tegen staatssteun. Op de A12 lagen honderden demonstranten op het wegdek om te protesteren tegen de zeventien miljard euro steun van de Nederlandse staat aan de fossiele industrie. In Brussel stond EU-commissaris Verstager op het spreekgestoelte. Ook hier protesten tegen staatssteun. Ze hield de parlementariërs voor dat het nieuwe groene industriebeleid nodig maar gevaarlijk is, want het is staatssteun. Maar wat is daar nu precies het probleem mee?
Een voorbeeld: in de EU wordt per jaar zo’n 16 GW (gigawattuur) aan windmolens gebouwd. Om het doel van veertig procent hernieuwbare energie in 2030 te halen, zou het 32 GW per jaar moeten zijn, twee keer zoveel. Stel dat het huidige tempo Europa 48 miljard euro per jaar kost en dat die jaarlijkse 32 GW aan capaciteit met staatssteun binnen handbereik komt, maar dan wel jaarlijks 128 miljard euro kost – veel meer dan twee keer zoveel dus.
Het probleem waar veel economen op zullen wijzen – nagepraat door politici – is dat er dan geld over de balk gesmeten is. Eerst had je 1 GW voor drie miljard euro, nu kost dat vier miljard. Je kunt het protest uittekenen: het is weer een typisch voorbeeld van verkwisting van belastinggeld, het kan allemaal efficiënter als je de markt gewoon zijn gang laat gaan.
Dat klopt allemaal. Maar wat hier vergeten wordt, is het verschil tussen effectiviteit en efficiëntie. De markt zorgt niet voor veertig procent hernieuwbare energie in 2030. Daar heb je industriepolitiek en dus staatssteun voor nodig. Efficiëntie betekent produceren tegen zo min mogelijk kosten. Duur of goedkoop? Dat is dan de vraag. Effectiviteit gaat over hoeveel er wordt geproduceerd: te weinig of genoeg? Een andere vraag, met heel andere gevolgen.
Industriebeleid is nodig voor het bereiken van doelen. President Zelensky heeft het niet over de kosten van zijn oorlog. Er is maar één Oekraïne, verliest hij dat, dan wacht Russische overheersing. De oorlogskosten zijn enorm en zorgwekkend, en van secundair belang. Overleven en winnen, dat zijn de doelen die gehaald moeten worden, koste wat het kost.
Wat zijn onze doelen? Er is maar één CO2-budget, op is op en dan wachten er klimaatrampen. Voor sommigen betekent dit: alles op alles zetten om te vergroenen. Deze redenering eindigt op de A12. In zo’n oorlogsanalogie zit ook iets gevaarlijks. Als de kosten niet meer tellen, zijn tegengeluiden niet meer mogelijk, en is correctie evenmin mogelijk. Dat gevaar lopen we nog niet, we zijn eerder te voorzichtig. De EU hoopt op prijsprikkels, zoals handel in uitstootrechten waarbij bedrijven zelf de kosten en baten afwegen. Dit is de weg van de efficiëntie. Met zeer bescheiden resultaten, maar: geheel marktconform.
De ironie is dat dit gebrek aan effectiviteit niet eens de reden is dat de EU nu toch groen industriebeleid heeft. De reden is de Inflation Reduction Act van president Biden vorige zomer, met enorme subsidies voor groenere productie. Ophef en protest alom in Europa: protectionisme! Het moest even landen, maar we beseffen nu dat we maar beter mee kunnen doen als we koploper (of zelfs maar meeloper) in groene productie willen worden. Vandaar die Green Industrial Deal.
Prima! Biden hielp ons effectiever te worden. Beter 32 GW aan windmolens per jaar en die doelen bereikt, dan goedkoper de doelen niet bereikt. We creëren daarmee een gelijk speelveld: groene subsidies in de VS, dan ook hier. Niet het gelijke speelveld waar economen doorgaans over praten als ze staatssteun willen afbouwen. Maar een situatie waarin de VS én Europa hun groene industrie subsidiëren, zou weleens grote en positieve effecten op de mondiale vergroening kunnen hebben. Tegen hoge kosten, dat is waar.
Wie daarover klaagt, kan wellicht iets leren van de mentaliteit van de mensen die zich vorige week op de A12 plakten. Hun slogan was niet ‘Gelijk speelveld’ of ‘Pas op met staatssteun’, het waren kreten als ‘Stop oil’. Punt. Dat wil zeggen: wees effectief, desnoods op een wat minder efficiënte manier. Anders gaan we heel efficiënt en zonder staatsinmenging vier graden warmer worden.
Reageren? Bezemer@groene.nl