De wereldpremière van de opera Quartett was twee jaar geleden in het Teatro alla Scala in Milaan en werd geregisseerd door Àlex Ollé van het radicale Spaanse theatercollectief La Fura dels Baus, met een opzienbarende vormgeving van Alfons Flores en enorm grote, spectaculaire videobeelden van Franc Aleu. In de Gashouder van de Westergasfabriek in Amsterdam kon het deftige feestpubliek nu met verbazing zien hoe een kerkerachtige kamer los in de lucht zweefde, opgehangen aan tientallen dunne, straalvormig bevestigde stalen kabels. Een benauwende ruimte, die door de videobeelden in een geheel verlaten stad werd gesitueerd.

Wat het koninklijk paar ervan vond weet ik niet, maar de mensen om me heen reageerden verbijsterd op de genadeloze en seksueel zeer expliciete manier waarop twee mensen elkaar verleiden, afstoten, uitdagen, verraden, kapotmaken en ten slotte volledig vernietigen. Kwartet is een bewerking door Heiner Müller van de brievenroman Les liaisons dangereuses van de achttiende-eeuwse Franse schrijver Choderlos de Laclos, waarin twee adellijke geliefden, de Vicomte de Valmont en de Marquise de Merteuil, die op elkaar uitgekeken zijn, de meest gewetenloze intriges op touw te zetten om onschuldige meisjes en vrouwen te verleiden. Müller plaatst zijn bewerking dubbelzinnig in het verleden en de toekomst tegelijk: salon vóór de Franse Revolutie/bunker na de Derde Wereldoorlog. In zijn stuk zien we hoe de vrouw brandt van lichamelijke liefde voor de man, maar hem alleen kan bereiken door een gevaarlijk rollenspel met hem te spelen tot de dood erop volgt. Pas in de allerlaatste zin, als de markiezin Valmont een vergiftigde drank heeft laten drinken en hij sterft, onthult Müller dat zij aan een dodelijke ziekte lijdt en het haar minnaar niet gunt haar te overleven. Haar laatste woorden zijn: ‘Nu zijn wij alleen, kanker, mijn geliefde.’

De componist Francesconi heeft zelf het libretto geschreven – in nuchter Engels, wat de afzet in het buitenland sterk ten goede komt, maar iets van de poëzie van Müllers duistere Duits wegneemt. Hij laat deze wel erg soap-achtige laatste zin weg en geeft haar nu als slotpassage een heel andere, veel langere tekst in de mond, een passage uit een ander stuk van Müller, De Hamletmachine, waarin Ophelia de werktuigen van haar gevangenschap vernielt, het slagveld dat haar thuis was vernietigt, de deuren opengooit en het raam kapotslaat, met bloedende handen de foto’s van de mannen die zij liefhad verscheurt en haar gevangenis in brand steekt. Een wanhopige, opstandige tekst, die, niet toevallig, ook goed van toepassing kan zijn op de bedrogen bedriegster de Marquise de Merteuil. In deze voorstelling trekt zij het hele decor omver, boekenkasten vallen om, hopen boeken storten neer, het is alsof de hele westerse beschaving in elkaar stort en intussen lijkt door een optisch effect de in de lucht zwevende kamer in volle vaart door het heelal te suizen. Het verhaal van twee elkaar bedriegende geliefden krijgt zo een grotere en veel universeler betekenis en dat rechtvaardigt ook de bewerking van deze compacte tekst tot een ostentatieve opera.

Geen vrolijke kost, maar het sombere verhaal krijgt door de spectaculaire vormen en een overdonderende overtuigingskracht.


Komende week in het Holland Festival onder meer: Sunken Garden van Michel van der Aa; Die Meistersinger von Nürnberg van Richard Wagner; Het evangelie volgens John Adams, regie Peter Sellars; Desdemona van Toni Morrison, Peter Sellars en Rokia Traoré; De meeuw van Anton Tsjechov; hollandfestival.nl