Frances McDormand als Mildred Hayes © Foto’s Merrick Morton / 2017 Twentieth Century Fox Film

De afgesleten gelaatstrekken van Mildred Hayes (Frances McDormand) tekenen haar verdriet: dochter verkracht en vermoord door een onbekende aanvaller. En geen haan die ernaar kraait. Uit woede over het lakse optreden van de plaatselijke politie koopt Mildred reclameruimte op drie aanplakborden buiten het stadje waar ze woont. Haar teksten: ‘Verkracht terwijl ze doodging’; ‘En nog altijd geen arrestaties’; en ‘Waarom, Willoughby?’

Die Willoughby is een good old boy, zo vertolkt Woody Harrelson de rol van het politiehoofd: gemoedelijk, grappig, heel erg wit en derhalve helemaal ertoe bereid het gedrag van zijn onderdaan, agent Dixon (Sam Rockwell), te tolereren. Dixon is de domste, meest racistische politieagent denkbaar. En Willoughby maar de andere kant op kijken. Fijne gozer als hij is. Maar Mildred, als een cowboy in een western uit op gerechtigheid, pikt niets van deze twee mannen in Martin McDonagh’s voor zeven Oscars genomineerde Three Billboards Outside Ebbing, Missouri.

‘Mildred’. Dat klinkt als ‘Marge’ of ‘Olive’, zelfs als ‘Doris’ of ‘Linda’, allemaal personages die McDormand in haar lange carrière heeft gespeeld, meermalen in films van de gebroeders Coen. Ze is een van de beste actrices van onze tijd, de gedoodverfde winnaar van de Oscar voor haar hoofdrol in Three Billboards. Zoals blijkt uit haar bekendste personages speelt zij vooral vrouwen die breken met de conventies van ‘type’, met als bekendste voorbeeld haar chief Marge Gunderson in Fargo (1996), die geconfronteerd met een domme mannelijke agent heel beschaafd, maar vooral vernietigend zegt: ‘Not sure I agree with your policework there, Lou’, of haar Olive in de televisieserie Olive Kitteridge (2014), een vrouw van middelbare leeftijd die de wereld en mensen haat, maar toch erin slaagt het menselijkst van iedereen in het verhaal te zijn.

McDormand speelt Mildred in Three Billboards als een verlengstuk van deze personages. Haar voorkomen weerspiegelt de storm in haar psyche: onverzorgd, blond haar, diepe groeven van droefheid tussen haar ogen en rond haar mondhoeken; om haar hoofd gebonden een blauwe bandana, en gekleed in een blauwe overall, haast een uniform. Ze zoekt oorlog. Haar wrok jegens de politie en de moordenaar van haar dochter Angela is even groot als de weerzin bij agent Dixon tegen de zwarte inwoners van het stadje. Hiermee hebben we twee mensen gevuld met haat. En zijn Mildred en Dixon tot elkaar veroordeeld.

Tussen de woedende vrouw en de racistische agent staat Willoughby, en deze driehoeksverhouding geeft aanleiding tot het verzet tegen Three Billboards. Critici hekelen het feit dat zwarte mensen slechts randfiguren in de vertelling zijn. Erger: Dixons personage lijkt een verlossingscyclus door te maken, wat hem aantrekkelijk zou maken. De humor zou hiertoe bijdragen. Mildred bijt hem toe: ‘You’re in the nigger torturing business.’ Waarop hij reageert: ‘Je mag dat niet meer zeggen, je moet zeggen: “Persons of colour torturing business”.’ Dat zo iemand de kern vormt, dat we ten slotte worden uitgenodigd van hem te houden via Willoughby die het gedrag van Dixon relativeert, is onverteerbaar, aldus de strekking van verhalen die het morele karakter van zowel film als regisseur veroordelen.

Wat dat laatste betreft zijn zulke critici aan het verkeerde adres. Regisseur McDonagh trad een paar jaar geleden op de voorgrond met de schitterende, nihilistische misdaadfilm In Bruges waarin een sluipmoordenaar tijdens een hit op een priester per ongeluk een jongen doodschiet. De vraag of deze daad consequenties heeft overheerst vervolgens het verhaal. Dit heeft alles te maken met McDonagh, die van huis uit Iers en katholiek is. ‘Weet niet precies waar ik in geloof’, zegt hij in een interview, ‘maar er is veel “hemel en hel” in mijn verhalen.’ Dat werpt nieuw licht op de vraag of ‘verlossing’ überhaupt in het spel komt voor de gepijnigde personages van Three Billboards. Als dat niet het geval is, dan kunnen critici onmogelijk bezwaar aantekenen tegen de wijze waarop Dixon ermee ‘wegkomt’ dat hij een racist is. Aan de andere kant: het lijkt net alsof het racisme in Ebbing wordt getolereerd, waarbij chief Willoughby als voorbeeld dient. Als je iedere racistische agent zou ontslaan, zegt hij, dan blijven er bar weinig agenten over, en die hebben dan weer een hekel aan de homo’s.

Zulke grappen zijn kenmerkend voor de film. Ze werken zo goed omdat ze bedoeld zijn je eigen morele kompas te ontregelen. Het is immers makkelijk Willoughby en Dixon als karikaturen neer te zetten, als belichaming van het kwaad zoals we die kennen uit andere verhalen waarin racisme geaccepteerd is. McDonagh maakt het moeilijker, en daarom interessanter, door Dixons achtergrond te laten zien (tirannieke moeder, arm gezin, verstandelijk bepaald niet rijk bedeeld) en vervolgens Willoughby’s menselijkheid te onderzoeken (getrouwd, kinderen, leest graag Oscar Wilde). Als Willoughby ons erop wijst dat Dixon in zijn hart een goed mens is, slaat de twijfel toe. Zou het?

Woody Harrelson als William Willoughby (l)en Sam Rockwell als Dixon © Foto’s Merrick Morton / 2017 Twentieth Century Fox Film
Tegen het absurdisme van het bestaan is niemand bestand

Dit alles ondermijnt McDonagh weer in een schitterend gedraaide scène: in een enkele camerabeweging toont hij Dixon die alle schroom van zich af werpt, briesend als een paard het reclamebureau binnen loopt dat de aanplakborden aan Mildred verhuurt en vervolgens de jonge directeur bij het raam op de eerste verdieping naar buiten gooit. Ook dit is woede, even persoonlijk en oprecht als de razernij bij Mildred. Hier verdwijnen alle scheidslijnen tussen de agent en de vrouw met de bandana, en beweegt de film gevaarlijk dicht bij een punt van morele chaos. Met consequenties voor de toeschouwer: je kijkt niet alleen maar, je neemt altijd deel, zoals Mildred zegt wanneer ze in een schitterende monoloog tekeergaat tegen een priester. Ze vergelijkt kindermisbruik in de katholieke kerk met wat er met de zaak van haar dochters moord gebeurt: wie deel uitmaakt van een gemeenschap draagt schuld. Niemand is ‘correct’ of eervol of gerechtvaardigd. Net als Dixon overschrijdt Mildred een grens. Ze gelooft nergens meer in, zodat het gitzwarte wereldbeeld van Three Billboards vorm krijgt.

Het idee van hoop is constant aanwezig in het verhaal: in grappen die de menselijkheid van de personages schetsen, zelfs in Dixon die graag comics leest (dan kun je niet echt slecht zijn). En in Mildred van wie je automatisch gaat houden dankzij McDormands briljante spel. Maar Mildred is een vrouw met een verleden. Afgetuigd door haar ex-man, constant in een crisis vanwege het zorgen voor zoon en dochter. In een flashback zien we hoe ze Angela, die graag de auto wil lenen om naar een feestje te gaan, een verkrachting ‘toewenst’ wanneer het puberende meisje brutaal tegen haar doet. Op dezelfde wijze wordt agent Dixon geconfronteerd met zijn zonden: racisme, geweld, dronkenschap, luiheid. In beide gevallen werkt Willoughby als een mogelijk verlossende factor: hij wil ondanks alles zijn best doen om de moordzaak op te lossen, om orde te scheppen in de chaos.

De vraag is dan wel of verandering mogelijk is voor twee foute mensen. McDonagh’s antwoord hierop komt in een duivels slim spel met verhalende conventies. We weten dat personages als Mildred en Dixon interessant kunnen zijn, omdat ze iets ‘missen’ in hun leven, het idee van ‘lack’ zoals John Yorke dat via de Russische formalist Vladimir Propp uitlegt in zijn uitstekende boek Into the Woods: How Stories Work and Why We Tell Them uit 2014. Dit ‘gebrek’ is bijna altijd een wassen neus. Wat iemand denkt te willen en wat hij of zij echt nodig heeft zijn twee verschillende dingen. Dit is de ‘les’ die ze leren. Toegepast op Three Billboards:

Wat Mildred wil: het inlossen van haar gevoel van wraak. Wat ze nodig heeft: onder ogen zien dat ze verkeerde beslissingen heeft genomen in haar leven, dat haat en verdriet haar menselijkheid in het gedrang brengen.

Wat Dixon wil: dat the white man zijn rechtmatige plaats in de samenleving inneemt, dat wil zeggen onvoorwaardelijk baasschap uitoefenen, zodat hij, Dixon, eens een keer een persoon van aanzien kan zijn. Wat hij nodig heeft: verlossing van de tirannie van zijn afkomst, verpersoonlijkt door een autoritaire moeder.

In Three Billboards breekt McDonagh compleet met dit soort voorgekauwde narratieve regels. Dat maakt zijn film zo mooi, zo gedurfd. In zijn verhaal valt er niets te ‘leren’. Het enige wat we hebben zijn Mildreds woorden: ‘Er is geen God en de wereld is leeg en het maakt niet uit wat we elkaar allemaal aandoen.’

Willekeur overheerst, wat verder blijkt uit de misverstanden in het verhaal: wanneer iemand haar aanplakborden probeert te verbranden, mogelijk Dixon, steekt Mildred het politiebureau in de fik. Dixon loopt ernstige brandwonden aan zijn gezicht op, zodat hij er even ‘versleten’ uitziet als zij. Maar dan blijkt hij onschuldig te zijn. Zijn ‘zuivering’ door het vuur is lege symboliek. Hij probeert wel in het reine te komen met zijn misdaden, zeker na een brief waarin Willoughby schrijft dat hij wel degelijk ‘een goed mens’ is. Maar tegen het absurdisme van het bestaan is niemand bestand, en al helemaal niet deze Dixon.

Over McDormands weergaloze spel gaan we in de komende weken veel horen in de aanloop naar de Oscar-uitreiking. Eindelijk een sterke vrouw in de hoofdrol. (McDormand heeft als gietvorm voor haar performance de iconische cowboy en mannenheld John Wayne gebruikt.) Maar sterke vrouw of niet, ook zij is gedoemd, net als Dixon. Allebei zijn ze groteske figuren in een verhaal zonder les, zonder moraliteit, zonder richting, vandaar de leegte in deze twee sleetse zielen. Om ons aan vast te klampen hebben we eigenlijk alleen maar chief Willoughby die met zijn kinderen speelt, van Shakespeare (en Oscar Wilde) en paarden houdt en die zijn vrouw zacht bemint als een man van formaat. Willoughby. Letterlijk, een ‘good boy’. Een held zoals we die fijn vinden. Maar halverwege het verhaal is hij nergens meer te bekennen.


Three Billboards Outside Ebbing, Missouri is nu te zien in de bioscoop