De pretentie dat we met lijstjes als deze een betrouwbaar en representatief overzicht zouden kunnen geven van de beste boeken die er in een jaar zijn verschenen, is onzinnig. Toch wil ik me niet aan de traditie onttrekken, omdat ze gelegenheid geeft de aandacht te vestigen op belangrijke publicaties die om welke reden ook onder de radar zijn gebleven. Er verschijnt nu eenmaal altijd veel meer dan zelfs de ijverigste criticus kan bespreken.

Op het terrein van de Klassieke Oudheid verdienen drie boeken een ereplaats in iedere boekenkast, al is het alleen omdat ze de laatste delen vormen in de Baskerville-reeks van Athenaeum-Polak Van Gennep. Het zijn niet de geringste auteurs die hier in nieuwe, voortreffelijke vertalingen het licht zien. Thucydides, vertaald door Wolther Kassies, beschrijft op cynische toon de Peloponnesische Oorlog tussen Atheners en Spartanen, een bij vlagen gruwelijk conflict dat uiteindelijk de doodsteek voor de Atheense hegemonie betekende. Daan den Hengst vertaalde het geschiedwerk van Ammianus Marcellinus, een van de laatste grote historiografen van het Romeinse Rijk (Julianus, de laatste heidense keizer. Nadagen van een wereldrijk). Weinig machthebbers spreken zo tot de verbeelding als keizer Julianus (361-363), de filosoof die er in minder dan twee jaar in slaagde alles wat christen was tegen zich in het harnas te jagen. Bijzonder amusant is Het leven van Apollonius van Tyana, vertaald door Simone Mooij-Valk. De protagonist van deze biografie is een ascetische filosoof, die wel eens gezien wordt als niet-christelijk alternatief voor Jezus. Het is treurig dat de uitgever geen brood meer ziet in deze prestigieuze reeks.

Ook aan poëzie is veel lezenswaardigs verschenen. Blijven verreizen (Wereldbibliotheek), de laatste bundel van Hans Groenewegen, is mede door zijn fragmentarische, dagboekachtige opzet, een schrijnend verslag van een worsteling met de aanstaande dood. Groenewegen, naast dichter een uitzonderlijk grondig essayist, overleed op 10 juni.

Al vaak is opgemerkt dat zowel poëzie als schilderkunst van Lucebert raakvlakken vertoont met jazz. Uitgeverij Huis Clos heeft rond dat thema een heerlijk boek samengesteld (Ik ben een gemankeerd saxofonist), met foto’s, poëzie en essays. Bovendien zijn er twee cd’s toegevoegd, de ene met muziek van Michiel Braam, gerelateerd aan Luceberts poëzie, de andere met archiefopnamen van de dichter zelf.


Hans Groenewegen, Blijven verreizen, Wereldbibliotheek, 109 blz., € 19,90