
Het gaat zijn negentiende seizoen in en is televisie uit de tijd dat je nog kon zeggen dat migratie een verrijking van de vaderlandse keuken en muziek betekende zonder voor landverrader te worden uitgemaakt. Ik heb die metaforen altijd wel wat makkelijk gevonden (böse Menschen kunnen de mooiste liederen en verrukkelijkste gerechten hebben), maar dat City Folk doorgaat diversiteit te tonen, erkennen en soms vieren, dat lijkt urgenter dan ooit.
De formule: deelnemende landen maken een aflevering, opgebouwd uit drie portretjes van ‘markante’ stadsbewoners. Van minstens één van hen stond de wieg, of die van de ouders, elders, maar ze worden niet getoond als representant van hun cultuur van herkomst, alleen als individu. De reeks begon zondag met de Nederlandse bijdrage, de moeite van uitgesteld kijken waard. Eerst Jeroen Waardenburg: kickbokstrainer, beveiliger, schrijver en zanger van het Mokums levenslied. Jeroen had volgens zijn eigen bokstrainer een grote kunnen worden, maar vond het moeilijk door te gaan tot het einde ‘tegen iemand die me eigenlijk niks had aangedaan’. Een te lieve jongen voor dat metier. Wiens moeder ervan droomde columnist te worden, maar altijd te druk… Toen ze plots overleed besefte hij dat je je droom in het nu moet najagen, in zijn geval zanger worden. We zien hem op zangles en bij optredens in clubs waar hij soms beveiliger is. Anders dan Hazes, maar met hetzelfde authentieke sentiment. Alles in het lied over zijn dode moeder komt uit het hart. Doorbreken is nog niet gelukt.
Dan maken we kennis met Metje Blaak, voormalig prostituee en vaak luidkeels spreekbuis van die groep. In haar loopbaan nam ze ontelbare namen aan. Ter misleiding maar ook dienstig in het rollenspel met klanten. Ach nou ja, een hoerenverhaal. Maar heftig wordt het als ze de herkomst van haar alter ego Daatje verklaart. Metje maakte op haar vierde iets gruwelijks mee; en verzon Daatje die als een Pippi Langkous de boosdoener versloeg. Soms heeft Metje zwarte dagen, maar ijzersterke Daatje huilt gelukkig nooit. Mededogen wekt haar onsentimenteel vertelde verhaal, ik had het niet verwacht.
In het derde portret acteur en rapper Negativ, Maurits Delchot. Net als Jeroen kind van een afwezige vader en een gouden moeder. Die hem niet van het slechte pad kon houden: hij werd net als zijn vrienden ‘nachtapotheker’ oftewel dealer. Maar hij veranderde, mede door de geboorte van zijn dochtertje. Deed een studie sociaal-cultureel werk, werkt nu in ‘begeleid wonen’ en is een betrokken vader; en een dito zoon die moeder in haar eethuisje helpt. Saulus tot Paulus. Zonder enige zoetsappigheid en met veel gein. Mooi gemaakt ook, deze mini-documentaires.
Zondag volgt Ljubljana: een vrouw die in coma Jezus ontmoette, waarna haar tweede leven begon. Een Afghaanse vluchteling die integreerde dankzij de atletiekvereniging. En vooral Neja, zestien jaar, zonder armen geboren. Een prachtig verhaal over een ijzersterke meid, gezegend met vele talenten. En met topouders en een topvriendin. City Folk gaat over ‘gewone’ bijzondere mensen uit de veelkleurige Family of Man. Nodige Gutmensch-televisie.
City Folk, NTR, zondags t/m 4 september, NPO 2, 17.10 uur
Beeld: Metje Blaak in City Folk (NTR)