Om te beginnen die titel, De kruistochten. Alan Ayckbourn schreef in 1973 zijn trilogie The Norman Conquests, letterlijk: De overwinningen van Norman. Norman is de rokkenjagende, zo u wilt kruissnuffelende titelheld van de drie stukken. Heeft vertaler Janine Brogt die nieuwe titel bedacht, is het een idee van regisseur Ivo van Hove, of is het in de groep gegooid? Hoe dan ook, sommige ideeën zijn verkeerd, en dit is een ranzig verkeerd idee. Kies dan voor Normandië (geintje).

In juli spreken Rik en zijn twee zussen Ruth en Annet af in hun ouderlijk huis, waar moeder ongeneeslijk ziek ligt te wezen. Rik is getrouwd met Sarah, een betuttelende vrouw en moeder, die het huwelijk voornamelijk als straf (zo u wilt: kruis) ziet. Ruth leeft samen met Norman, die op zijn beurt teert op de succesvolle-zakenvrouw-van-het-jaar-emolumenten van Ruth, en die de passie in hun relatie mist. Norman wil met zijn jonge schoonzus Annet, fulltime verpleegster van de zieke moeder, een romantisch weekend. Annet wil eigenlijk het liefst iets met Tom, de lokale dierendokter voor de kater Kat. Maar Tom is contactgestoord. Als verzet(je) plant Annet dus het spannende overspelweekend. Schoonzus Sarah verhindert dat bijtijds. Iedereen blijft bij elkaar, en het fatale weekend dat volgt krijgen we te zien vanuit drie perspectieven: de feiten, de emoties, de achtergronden. Goed voor vijf uur komedie.

Hoewel, goed? Komedie? Ik veerde pas op toen het microfoontje van Johanna ter Steege (Ruth), die stemproblemen had en eigenlijk niet mocht spelen, het niet bleek te doen. Ter Steege moest weer af en Hans Kesting (Norman) moest minuten vol kletsen, wat hij vakkundig deed, als een volleerd stand-up comedian. We waren toen op pagina 58 van het tekstboek aangeland en hadden nog 310 pagina’s relatie-ellende te gaan. Op het kale speelvlak staat (al weer!) een soort container, waarin de acteurs zich terugtrekken voor contemplatie of de afwas. Voor de container wordt een onvoorstelbare hoeveelheid drank en voedsel ingenomen dan wel over de vloer verspreid en veel servies aan gruzelementen geholpen. Na het klapdeurentoneel is de gooi & smijtkomedie bij Ivo van Hove aan een tweede jeugd begonnen.

Hoewel, komedie? We worden onthaald op een schier onverteerbare hoeveelheid één-op-één acteren, zo weggeslenterd uit de sitcom en de soap. Ik heb altijd begrepen dat goed komediespelen scharniert op het tweehonderd procent serieus nemen van je personage. De enige die dat doet is Fred Goessens, die de goedzak Rik speelt, zwaar onder de knoet bij zijn vrouw, bedenker van spelletjes die niemand wil spelen, goedmoedig tapper van moppen waarbij de pointe steeds naar god wordt geholpen. Als Goessens vertelt dat hij het prettig vindt om door Sarah gecommandeerd te worden (terwijl je bij die vrouw nog niet dood gevonden zou willen worden), liggen lach en ontroering dicht bij elkaar. Hans Kesting hanteert vooral de timing als komediewapen, en dat doet-ie verdomd goed, hoewel de tekst hem niet echt helpt. En nu we het daar toch over hebben: Ayckbourn een «Molière van onze tijd», zoals Ivo van Hove beweert? In ieder geval niet met dit ineffectieve komedie pieremachochel dat er vijf uur over doet om maar niet op stoom te komen.

Alan Ayckbourns De kruistochten, Toneelgroep Amsterdam. Regie: Ivo van Hove. 17 t/m 27 augustus, Stadsschouwburg Amsterdam, daarna nog in november en december. Tournee van 7 december tot 19 februari 2005. Inlichtingen: www.toneelgroepamsterdam.nl of telefonisch: 020-5318484