In de afgelopen weken heeft het boek Wie wil er nog moeder worden? van de sociologe Christine Brinkgreve en hoogleraar voortplantingsgeneeskunde Egbert te Velde voor enige opwinding gezorgd in kringen waar men niet uitgepraat raakt over de moeilijkheden van de moderne vrouw. Dat is opvallend, want al op de achterflap van het boek staat zo’n joekel van een fout dat de auteurs hun handen mogen dichtknijpen dat er ook maar één koper voor is gevonden. Na geweeklaag over emancipatie, vergrijzing, biologische klokken en laat wijze dertigers, schrijven ze dat ‘het bevolkingsaantal’ in Nederland ‘ondertussen daalt’.
Dat is natuurlijk niet zo. Er worden nog altijd aanzienlijk meer Nederlanders geboren dan er doodgaan – maar liefst 22 procent meer. In het afgelopen jaar groeide de Nederlandse bevolking daardoor met 30.000 zielen. Een jaar eerder was dat 47.000.
Immigratie heeft daar niets mee te maken. Al voor het tweede jaar op rij vertrokken er meer mensen uit Nederland dan erbij kwamen.
Natuurlijk, de groei van de bevolking daalt wel. Het verschil in groei en absolute aantallen blijkt altijd al moeilijk, zo kan iedere wiskundeleraar uitleggen die tieners de principes van het differentiaalrekenen onderwijst.
De dwaling van de auteurs (onder wie een voortplantingsexpert!) is gangbaar. Zelfs de koningin maakte een soortgelijke fout toen zij in de troonrede van 2003 het Nederlandse volk plechtig mededeelde dat de economie in dat jaar ‘volledig tot stilstand’ was gekomen. Dat zou betekenen dat alle Nederlanders massaal en zonder uitzondering in 2003 waren opgehouden met winkelen, werken, koken, eten en zelfs ademen. De majesteit, de regering en het leger aan ambtenaren dat de troonrede schrijft, doelden natuurlijk op de economische groei, die dat jaar inderdaad tot stilstand was gekomen.
Onze Taal, het genootschap dat de troonrede corrigeert, gaf een cijfermatige verdediging van de fout en wees op het aantal keren dat hij in de afgelopen jaren door politici en journalisten is gemaakt. De fout was ‘gangbaar’ en dus onderdeel van onze taal. Maar dat kun je van de bevolkingsafname niet zeggen.