Je zal als modieuze meid toch Knevel heten, een weinig voorkomende maar overbekende naam. En je zal steevast de vraag krijgen: ‘Toch niet…?’ En moeten zeggen: ‘Ja, dat is mijn vader.’ Waarbij die ander dat niet kan geloven, en vermoedelijk meteen ook aan Brigitte Kaandorp denkt. Wat voor de familie Knevel een gruwel moet zijn (geweest), die ik hun niet gun, hoe hard ik er ook om moest lachen. Die associatie komt uiteraard niet aan de orde in een ‘openhartig’ gesprek dat Andries en Marije Knevel over haar opvoeding hebben voor zijn EO-jubileum-serie Toen was geloof heel gewoon. Wel dat de kinderen Knevel op zondag niets mochten. En dat spelen met dinosaurussen uit den boze was vanwege evolutie en de Arke Noachs. Wat Andries ontkent: ‘Waarom zou je iets ontkennen wat er geweest is?’ (Tja, waarom ontkennen miljarden mensen, waaronder veel van zijn geestverwanten, wat er geweest is?) Maar Marije’s broers, die het verdomden om met pa bij een tentje te gaan zitten voor een interview over hun opvoeding, herinneren zich volgens Marije hetzelfde over dino’s. Andries jokkebrok?

© EO

De serietitel verraadt gemengde gevoelens: trots op vijftig jaar EO en een grote evangeliserende omroep, maar geloof is beduidend minder gewoon geworden. Met reuzenstappen gaat Knevel door een halve eeuw sociaal-culturele-religieuze geschiedenis (met soms verrassend leuk beeldarchiefmateriaal), samen met onder meer domineeszoon Freek de Jonge, Herman Pleij en met oude EO-ridders. Cisca Dresselhuys ook, die mee lijkt uitgekozen omdat ze Knevel ooit min-3 op de feministische meetlat gaf en dat pikt hij, oprecht verontwaardigd, nog altijd niet: hij kookte en stofzuigde en eist een hoger cijfer. Vooruit dan: +1. Dat bevalt hem niks, maar, erger, het is een gesprek van niks. Dan is de ontmoeting met gepensioneerd EO-evangelist Feike ter Velde, strijder tegen losbandigheid en moderne muziek, sterker doordat die meemaakte dat zijn opvattingen en werk hem vervreemdden van zoon Peter. Peter die, op gearrangeerd bezoek bij vader, de voortreffelijke journalist blijkt die onder meer veel voor het NOS Journaal afdeling Afghanistan ‘deed’. Helemaal open is het gemonteerde resultaat niet (ik vermoed dat Peter het geloof helemaal verliet), maar de tragiek van immense verwijdering (en de piepkleine troost van verzoening) is eventjes voelbaar.

Ach, Knevel blijft zijn moeilijk te verteren zelf: dominant, altijd zeker, zelfs in het etaleren van zijn twijfels, soms even aandoenlijk. Boeiend is het toch ook, zeker inzake tv-geschiedenis. Schoorvoetend geven oudgedienden toe dat ze beroerde televisie maakten, waarvan voorbeelden. Zelf herinnerde ik me prompt dominee Glashouwer die de Jom Kipoer-aanval op Israël (1973) beweende, maar eraan toevoegde dat de joden zich dan ook nog niet tot Jezus hadden bekeerd. Dubbel beroerd. Dat niveau is de EO verre ontstegen. Sterker, op documentaire gebied maken ze soms fraaie dingen, en dat niet alleen omdat de ijzersterke Ikon-documentairetraditie bij hen is ondergebracht. Deze reeks heeft dat niveau bij lange niet. Maar curieus is die wel.


Andries Knevel (presentatie), Toen was geloof heel gewoon, EO, vijf delen vanaf zaterdag 29 juli, NPO 2, 19.20 uur