Als Brexit tot nu toe iets is, dan is het een banenmachine voor Whitehall, het Binnenhof van het Verenigd Koninkrijk. Sinds de uitslag van het Brexit-referendum in 2016 is men bij het Britse parlement en de regeringsorganisatie gestopt met bezuinigingen, taakstellingen en efficiency-slagen.

Intussen zijn er elfduizend extra ambtenaren aangenomen in Londen, een groei van drie procent per jaar. En dit is nog maar het begin. Brexit is een staatsprogramma van ongekende omvang. Wie niet beter weet, zou bijna denken dat de Tories in de ban zijn van een eigentijdse herontdekking van Keynes.

In deze paradox schuilt de ware tragedie van Brexit. Die tragedie begint bij Margaret Thatcher. Deze moeder van de Conservative Party was altijd zeer sceptisch over de Europese integratie, maar zij was wel een groot voorstander van meer samenwerking in Europa. Haar scepsis kwam voort uit de Brusselse drang naar centralisatie, het niet-aflatende gedram om meer bevoegdheden over te dragen naar Europese instituties. In 1988 liet ze deze ergernis de vrije loop in een beruchte speech in Brugge.

Thatcher vond het onbegrijpelijk dat juist op het moment dat de Sovjet-Unie, ‘die alles centralistisch had proberen te besturen’, begon in te zien dat dit niet werkte, ‘sommigen in de Europese Gemeenschap (EG)’ precies dit soort centralisme wilden doordrijven. Ze wond er geen doekjes om: ‘We hebben de staat niet teruggedrongen om deze opnieuw te zien opkomen op Europees niveau.’

Dit ging ver. Thatchers vergelijking van de Europese Gemeenschap met de Sovjet-Unie was als een retorische atoombom op Brussel. De champignonwolk van politieke verontwaardiging en geruzie die deze bom veroorzaakte, ontnam het zicht op de boodschap die zij eigenlijk bracht. Die boodschap rustte op twee inzichten die Thatcher bondig onder woorden bracht. Eén: het VK ‘droomt niet van een geïsoleerd bestaan. Onze toekomst ligt in Europa, als deel van de EG.’ Twee: het Europa van de integratie moet een ‘Europe of enterprise’ zijn, geen bureaucratisch bastion, maar een open markt. Dat laatste was precies de reden waarom zij zo gekant was tegen centralisatie.

Dit brengt ons bij de tragedie van Brexit. Via de uitslag van het Brexit-referendum communiceerde de Britse bevolking van alles en nog wat.

Brexit: een opwindend spel voor de haves en have-mores in Londen

Maar na nadere analyse bleek de uitslag ook, en misschien wel vooral, een opstand van de provincie tegen Londen, van de regio tegen de schaalvergroting, van de jacht tegen yoga, van bakkers tegen bankiers, van fish and chips tegen whole foods, van Ryan Air tegen Emirates.

Een vergelijkbare centrum-periferie-tegenstelling werkte krachtig in de Amerikaanse en Italiaanse verkiezingen. Maar anders dan Washington en Rome wist Londen de aanval uit de periferie te kanaliseren en af te wenden door de oorlog te verklaren aan een ander centrum: Brussel.

Deze politieke truc heet Brexit. Veel Britten voelen zich intussen gefopt. En dat is niet zomaar.

De feiten spreken voor zich. De kaalslag op lokaal en regionaal niveau gaat namelijk gewoon door in het VK. Voor lokale democratie is überhaupt geen geld meer. Van controle over het eigen leven is steeds minder sprake, laat staan over het land. Take back control blijkt een wrange grap: Londen zal doorgaan met wat men Brussel verweten heeft. Velen van hen die het liberalisme van Thatcher het hardst hebben gevoeld zijn ook diegenen die haar visie het best hebben doorgrond, en nu opnieuw in hun hemd staan. Het is een hard gelag.

Wat zegt dit over Brexit? Dat het niet veel meer is dan een nieuw en opwindend spel voor haves en have-mores in de hoofdstad, vol nieuwe baantjes en doordrenkt met de verslavende opwinding van blufpoker. In hun rush wordt veel en snel vergeten; zelfkennis sneuvelt als eerste.

Zo ontvouwt de tragedie zich verder. Want voor het organiseren van dit nieuwe wilde feest was het engagement van de have-nots onmisbaar. Maar zij krijgen geen kaartje voor het Londense feestje, waar hun Brexit-stem niet meer was dan een flard. Een flard, waarin de echo klinkt van Thatchers waarschuwingen tegen te veel centralisatie (van marktorganisatie); een veel te zwak geluid om gehoord te worden door de decadente bully-Tories van vandaag.

Toch zit er juist in dit zwakke geluid een cruciale les voor het Europa van vandaag.