
Zaterdagavond fietste O. om een uur of half zeven naar huis. Ze had in de orthodoxe kerk Sint Nikolaas van Myra in de Amsterdamse Jordaan met bedekt hoofd, zoals geboden, een dienst bijgewoond ter ere van een icoon die in 1612 op de Polen was heroverd en nu symbool staat voor de eenheid van het christelijke Rusland. Het was morsig weer. Ze had daarom de sjaal om haar hoofd aangehouden. Halverwege, bij het Muntplein, werd O. uitgekafferd door een stel spugende jongelingen. De klodders landden als een schot voor de boeg: net vóór het voorwiel van de fiets van O. Het hoofddoekje had de toorn gewekt van deze jongens van Jan de Wit en dat moest er kwakkend uit. Al vomerend bedreven ze hun eigen vorm van politiek.
Het was niet de eerste ervaring van O. Drie jaar geleden werd ze, ook met een doekje, tegen de motregen, op het Damrak geïntimideerd door Ajax-fans die op weg waren naar de Arena. Ze schudde hen toen af met ‘Posjol nachoej, moedak’ (‘Flikker op, klootzak’). Het werkte. Rotterdam had nog geen burgerschapscode die de Nederlandse taal in publiek én privaat domein verplicht stelde.
Incidenten van niets. Maar wel pars pro toto van een alledaagse werkelijkheid. Wie beweert dat het integratiedebat niet leeft, kletst uit zijn nek. Het debat leeft wel degelijk, zij het op straat, met alle vulgaire gevolgen van dien. O. draagt haar doekje, buiten de kerk, als het even kan niet meer. In de publieke arena lijken kwesties als deze echter zo dood als een pier. Ze is daar hooguit een ‘bron van aanhoudende zorg der regering’, zoals premier De Jong (1967-1971) placht te zeggen.
Met uitzondering van de volksliberale splinters (Wilders, Pastors, Nawijn), interim-minister Winsemius, die vorige week alarm sloeg over de nieuwe oude wijken, en de PVDA, die integratie probeert terug te brengen naar sociaal-economische grondslagen van emancipatie en participatie, wordt de stilte van het kerkhof met name door het CDA gekoesterd. Franse toestanden? Waar hebt u het over, wij zijn nuchter. Arbeidsmarkt? We treden op, als dat nodig is, maar minister Wijn ziet nog geen structurele redenen? Discotheken? Wat dacht u van een convenant, een afspraak tussen verstandige mensen onderling.
Het heeft er alle schijn van dat minister Verdonk al die jaren een bliksemafleider was. Als zij een commando over de appèlplaats had gebruld, kon menigeen zich schrap zetten. Hoeveel tenenkrommende teksten over een scholiere uit Winterswijk of een brand op Schiphol heeft ze zich de afgelopen drie jaar niet veroorloofd. Hoe inadequaat was haar beleid op nagenoeg álle hoofdlijnen en vooral wat betreft de Immigratie- en Naturalisatiedienst.
Maar nu is er kennelijk ineens geen politieke reden meer voor meningsvorming over haar portefeuille. De kiezers zijn murw gebeukt en willen weer iets zien gloren, is de redenering van de campagnestrategen her en der.
De VVD gedraagt zich zelfs het slapst. ‘U kent de VVD als een partij die moeilijke zaken – van het misbruik van de sociale voorzieningen tot en met de integratie – als eerste op de agenda zet. Als u denkt dat Nederland af is, daar zijn andere partijen voor. Als u denkt dat het karwei nu pas begint, dan hoort u bij de VVD’, zei lijsttrekker Rutte zaterdag bij het begin van de campagne in een toespraak waarin het woord ‘integratie’ één keer voorkwam. Waarna hij nog een dansje maakte met Verdonk. Niet cheek to cheek, maar met losse handen. De liberalen voeren een campagne die over van alles gaat, behalve over het beleid van hun eigen eerste voorvrouw. En dat is halfhartig, mild uitgedrukt. Verkiezingen gaan niet alleen over de toekomst, maar ook over het verleden. Op verkiezingsdag leggen politici verantwoording af. Verdonk weigert die rekenschap. Zeker, de maand oktober was voor haar geen pretje, meldt ze zelf op haar website. Zwager Theo overleed aan een hartinfarct, zwager Kees net niet. Maar deze jobstijdingen laten onverlet dat ze zich schuil houdt. Ze spreekt liever over ondernemingszin en onderwijs, de portefeuille die ze na 22 november wil gaan beheren. Onderwijs? Zeker, een belangrijk onderwerp, zoals Taïda Pasic kan beamen. Verplichte schoolkeuze om zwart en wit te mengen? Het past naadloos bij het maakbaarheidsliberalisme van de VVD, wier campagneleider Hoogervorst het nu zelfs heeft gemunt op bierdrinkende kasteleins. Maar uit de mond van de minister van Vreemdelingenzaken & Integratie is het ongeloofwaardig.
Conclusie. Verdonk is gewoon een conjunctuurpolitica. Het had al eerder bekend kunnen zijn. Medio jaren zeventig rondhangen bij de PSP in Nijmegen: het was drie decennia geleden een logische keuze voor hen die het kabinet-Den Uyl maar een reformistisch zooitje vonden en de CPN te burgerlijk. In de tientallen jaren daarna je heil zoeken bij de PVDA: dat deden er meer. In 2002 toetreden tot de VVD, in een jaar dat Paars tot op de draad was versleten: daarvoor was ook geen uitzonderlijke moed nodig. In 2003 minister worden op een Fortuyn-agenda: dat was dapper, zoals het ook gruwelijk was alleen met bodyguards over straat te mogen gaan.
Maar dat ze deze ervaring nu verstopt, althans laat uitventen door haar persoonlijke campagnemanager Sinke, illustreert dat het conjuncturele denken van Verdonk altijd dominant is geweest. Verdonk is geen politica, ze is een kameleon. Regels zijn regels, afspraak is afspraak, of niet links, niet rechts maar rechtdoorzee: het is allemaal platte retoriek.
En wij zijn er ingestonken. Sterker, niet alleen wij. Ook de VVD, een partij die dit voorjaar nog panisch was dat dit ‘k-wijf’ haar leider zou worden. Rutte heeft Verdonk daarom nooit openlijk haar plaats gewezen, maar stiekem. Het is natuurlijk niet beroerd dat de VVD op haar schreeuwerige schreden is teruggekeerd. Maar mocht de partij na de 22ste november weer aanschuiven, dan zonder Verdonk, die ze nu zo opzichtig heeft opgedoekt. Wie nu zwijgt, mag straks niet ineens weer toestemmen.