Sjóns lyrische Uit de bek van de walvisis het verhaal van de zeventiende-eeuwse IJslandse geleerde Jonas Palmason, heelmeester en spokenjager, dichter en wetenschapper. Als kind al leert Jonas dat de ‘paapse’ ziel van de IJslanders verborgen moet blijven voor de nieuwe, lutherse orde die in IJsland sinds de Reformatie heerst. Er worden boekverbrandingen verordonneerd, de maagd Maria wordt verboden, en de mystieke kennis van Jonas verdacht gevonden.
Hij wordt verbannen naar een eenzaam eilandje voor de kust, waar hij aan de praat raakt met een strandlopertje. In een visioen komt hij in Kopenhagen terecht, waar hij met zijn neus in de Verlichting valt. Wetenschappers proberen alles in kaart te brengen, te rationaliseren en catalogiseren. De ontmoeting tussen de middeleeuwse ‘ziener’ en de verlichtingsdenkers vindt een hilarisch hoogtepunt als Jonas de slappe lach krijgt bij de wetenschappelijke presentatie van een hoorn van de eenhoorn, minstens zo kostbaar als de onbetaalbare tulpenbol in het zeventiende-eeuwse Holland. Jonas ontmaskert de schat als de hoorn van de narwal, een walvissoort. Wat een briljante, grillige geest laat Sjón aan het woord! Uit de bek van de walvis is een historische roman die alle wetten van het genre aan zijn laars lapt, en een schitterende evocatie van IJslands goddelijke natuur.
Nóg een allermooiste boek: Onvoltooide liefdesbrievenvan MichaïlSjiskin. Sasja, verpleegster in Moskou, en Volodja, Russisch soldaat in de Chinese Bokseroorlog van 1900, schrijven elkaar over hun belevenissen. Sjiskin zet hun liefde tegenover de politieke werkelijkheid, tegenover de dood en tegenover de tragiek van hun levens. Grote woorden, ik weet het, maar dat is wat Sjiskin in je oproept. Hij laat zien waar het in de literatuur uiteindelijk om gaat: de kracht van de verbeelding. Letters maken tegen de dood. En dan heeft hij ook nog een schitterende stijl. Sjiskin blaast nieuw leven in een oude vorm, de briefroman. ‘Sasjenka! Mijn lief! Zeg, kan het zo zijn dat alles om ons heen in werkelijkheid niet bestaat?’
En nóg een: Stefan Hertmans’ roman Oorlog en terpentijn, een prachtig uitwaaierend en omzwervend boek dat tot de kern komt in de hartverscheurende dagboeken van Hertmans’ grootvader uit de Eerste Wereldoorlog, die door de schrijver virtuoos naar zijn hand zijn gezet.