GroenLinks Wageningen
In De Groene Amsterdammer van zaterdag 11 mei 2002 wordt in twee artikelen gesuggereerd dat de Wageningse afdeling van GroenLinks zich in het nauw gedreven voelt doordat de verdachte van de moord op Pim Fortuyn een tijd in Wageningen heeft gewoond en gewerkt. Beide artikelen bevatten onjuistheden en suggestieve opmerkingen die de lezers een verkeerde indruk kunnen geven. Wij geven graag alle openheid en opheldering om misverstanden en misvattingen te voorkomen.
Allereerst wordt op de voorpagina van De Groene gesteld dat de afdeling Wageningen van GroenLinks al dagen in spoedberaad is om te voorkomen dat de moord op Pim Fortuyn de partij meesleurt, dat de lokale afdeling al een spoedvergadering van linkse regionale kopstukken bijeen riep en dat Marian Stuiver, gemeenteraadslid van GroenLinks wist dat verdachte Volkert van der G. min of meer uit de eigen gelederen afkomstig was.
In tegenstelling tot wat De Groene meldt is GroenLinks Wageningen geen enkele keer bijeen geweest in verband met de moord op Fortuyn. Op maandag 6 mei vond een regulier bijeengeroepen ledenvergadering plaats over de voortgang bij de vorming van een nieuw College van b. en w. Daar is terzijde over de moord op Fortuyn gesproken, maar vooral in de zin of de vergadering doorgang moest vinden.
In tegenstelling tot wat De Groene meldt zijn er geen banden tussen Milieu-Offensief en GroenLinks Wageningen. Hoe zouden we ook Milieu-Offensief is een zelfstandige vereniging. GroenLinks Wageningen is een plaatselijke afdeling van de landelijke partij.
Inderdaad zijn dinsdag 7 mei een aantal Wageningers vanuit verschillende organisaties, maar op individuele basis, bijeen geweest onder meer om de vraag te bespreken of zij gezamenlijk een verklaring over de moord op Fortuyn zouden moeten afgeven.
Ondubbelzinnig hebben alle aanwezigen daarbij de moordaanslag veroordeeld als een misdaad en een klap voor de democratie. In tegenstelling tot wat De Groene stelt, heeft geen van de aanwezigen dingen gezegd die ook maar in de verste verte kunnen worden uitgelegd als begrip voor of legitimatie van deze moord.
De aanwezigen voelden zich vanzelfsprekend op geen enkele manier verantwoordelijk voor deze misdaad of voor een klimaat waarin deze misdaad vergoelijkt zou kunnen worden en spraken eveneens ondubbelzinnig uit dat er geen enkel verband valt te onderkennen tussen de activiteiten van allerlei linkse en milieuclubs en de moordaanslag op Fortuyn. Juist daarom leek een gezamenlijke verklaring ook onzin.
Boos zijn wij ook over de bewering in het artikel op pagina 5: We zijn doodsbang, dat was de conclusie op de bijeenkomst. Een dergelijke conclusie is niet uitgesproken, niet getrokken, niemand heeft daar iets over gezegd of laten blijken. En er is ook geen reden voor.
Tot slot. In het artikel op pagina 5 worden GroenLinks-wethouder Jack Bogers woorden in de mond gelegd waaruit men zou kunnen opmaken dat hij er begrip voor heeft dat mensen onder extreme omstandigheden tot moorden kunnen komen. De journalist heeft hier slechts een deel van het betoog weergegeven en ook nog op een verdraaide manier. Bogers heeft naar voren gebracht wel eens mensen ontmoet te hebben die er zich over verwonderden hoe in extreme omstandigheden namelijk een oorlog, en wel in Joegoslavië de drempel naar geweld tegen mensen lager werd. Maar direct daarop volgend heeft hij gesteld dat daarvoor in de Nederlandse omstandigheden, gekenmerkt door een eeuwenlange democratische cultuur en onder de vigeur van een democratische rechtsstaat, geen enkel begrip voor kan en mag bestaan.
Jelle de Gruyter, Marian Stuiver, Rob Janmaat, Jack Bogers, Wageningen, mede namens het afdelingsbestuur van GroenLinks Wageningen