
Twee mannen sporten in het park. Daar is weinig opmerkelijks aan, ook niet dat ze dezelfde oefeningen doen, synchroon opdrukken, naast elkaar touwtje springen. De een is wat ouder en steviger, de ander doet hem na tot in detail, loopt achter hem aan precies in zijn schaduw en gaat naast hem zitten, precies even wijdbeens. Het is een vreemde choreografie: de een doet maar wat, volkomen natuurlijk, en de ander kost het nadoen daarvan zichtbaar moeite.
De video Similitude van Steffani Jemison heeft alle componenten van een klassieke stomme film: het park is gefilmd in zwart-wit en er klinkt meeslepende muziek, een krakende piano en een strijkinstrument dat knarst als op een grammofoonplaat. Na het park vinden nog meer ontmoetingen plaats waarbij de spanning schuilt in gezichtsuitdrukkingen, handgebaren en de aanrakingen van een ander die de man zich probeert eigen te maken, steeds iets vertraagd, als een visuele echo van die ander. En er zijn ontmoetingen met de spiegel, dan neemt hij bijvoorbeeld de pose aan van De denker en kijkt naar zijn reflectie, als naar een andere versie van hemzelf.
Jemison (1982) maakt video’s, tekeningen en performances waarvoor ze put onder meer uit de zwarte geschiedenis. Ze exposeerde zowel in het Studio Museum in Harlem als in het MoMA en maakte deel uit van de afgelopen Whitney Biennial. Onlangs toonde Looiersgracht 60 in Amsterdam oud en nieuw werk waaronder In Succession (2019), een video gemaakt in opdracht van De Appel. Daarin zoomt de camera in op een constructie van handen, knieën, voeten en schouders, stabiel maar zachtjes wiegend, als de takken van bomen op de achtergrond. De opvoering blijkt geïnspireerd op acrobatische hoogstandjes van weleer, waaronder een menselijke piramide die drie zwarte mannen in 1931 vormden om een witte vrouw uit een brandend gebouw te redden.
Een boodschap uitbeelden, met handen en voeten, lijkt een inspannende handeling die nooit recht kan doen aan een verhaal, waarbij betekenis alleen maar verloren kan gaan. Maar Étienne Decroux, de grote Franse mimespeler en inspirator van Jemison, verkoos de kracht van beweging boven die van taal. Net als hij bedient Jemison zich van een formele methode om een verhaal (opnieuw) te vertellen. Ze blaast leven in de geschiedenis door deze op te voeren in stereo, met subtiele contrasten zoals het zwart-wit van haar camera en een split screen, in Similitude prachtig in tweeën gebroken door een spiegel.
Het Stedelijk Museum in Amsterdam toonde van Jemison deze zomer eerst Sensus Plenior, over mime als een manier van prediken, en nu Similitude, in het museum in première. Ik moest denken aan de twee vriendinnen in Swing Time, de roman van Zadie Smith, die zich de tapdanskunst van Fred Astaire willen eigen maken. Alles komt aan op timing, schrijft Smith ergens, en in timing is Jemison meester: ze laat haar karakters in de pas lopen van de geschiedenis, oefenen en worstelen en dan samenvallen met de tijd.
Steffani Jemison: New Videos, t/m 29 september, Stedelijk Museum Amsterdam, stedelijk.nl. De tentoonstelling bij Looiersgracht 60 is ten einde