In een niet mis te verstaan communiqué heeft de minister van Binnenlandse Zaken onlangs aangekondigd de strijd aan te binden met alles wat de geestelijke gezondheid van Marokko bedreigt. Hij doelde daarbij onder meer op de ‘stemmen die de laatste tijd in de media opgaan, die bepaalde verachtelijke en weerzinwekkende vormen van gedrag, die onze religieuze en morele waarden aantasten, proberen te rechtvaardigen’. De goede verstaander begrijpt dat de minister hier op homoseksualiteit doelt. Hij beloofde in datzelfde communiqué dat de overheid de samenleving zou vrijwaren van ‘deze onverantwoordelijke gedragingen, die tegengesteld zijn aan onze identiteit en onze beschaafde waarden’.
Ferme taal die niet helemaal uit de lucht komt vallen. Ruim een maand geleden immers bezocht de jonge, in Spanje woonachtige Samir Berghachi zijn geboorteland Marokko, om er een lans te breken voor homoseksuelen. In de pers leverde dat nogal wat rumoer op. Berghachi sprak de hoop uit dat homoseksualiteit uit het strafrecht kon worden verwijderd. Wel, daar heeft hij zich lelijk in vergist. De minister van Communicatie, tevens woordvoerder van de regering, had het over ‘geperverteerden die [door sommige kranten] worden gepresenteerd als vaandeldragers van de democratie’. Je zou denken dat er een islamist aan het woord was.
Na het bezoek van Berghachi kwam de kwestie-Iran. Begin maart verbrak Marokko de betrekkingen omdat men Iran verdacht van geniepige pogingen de overwegend soennitische Marokkanen tot sjiieten te bekeren. Tenminste, dat werd als reden opgegeven. Maar weinigen hier geloven dat Iran daar werkelijk mee bezig is, bovendien wordt het aantal sjiieten te Marokko geschat op slechts een paar honderd tot hooguit een paar duizend – toch is na de diplomatieke breuk direct een soort heksenjacht ingezet. Er zijn ‘inspectiecommissies’ opgericht, en een Iraakse school in Rabat moest sluiten omdat de kinderen er ‘sjiitische invloeden’ zouden moeten ondergaan.
Bij islamisten vallen al deze initiatieven uiteraard in goede aarde. Zo was de éminence grise onder hen, Abdelbari Zemzmi, lovend: ‘Als vrijheid van geloofsuitoefening gelijkstaat aan religieuze wanorde, hebben de autoriteiten er recht op in te grijpen en het kwaad bij de wortel uit te roeien.’ Populist Rachid Niny, directeur van de dagbladen Al Msa en Le Soir, wees erop dat er ook nog 25.000 christenen in Marokko rondlopen, onder wie veel missionarissen. Mochten die wél gewoon hun gang gaan? Of er een direct verband is, weet ik niet, maar feit is dat afgelopen weekend vijf missionarissen, vier Spanjaarden en een Duitse, het land werden uitgezet – op heterdaad betrapt op ‘bekeringsijver’.
Begint Marokko het spoor bijster te raken? Of is dit allemaal omdat de gemeenteraadsverkiezingen eraan zitten te komen, in juni? En de staat zich graag opwerpt – voordat de Zemzmi’s dat doen – als hoeder van de maatschappij? Het maakt het er in ieder geval niet gezelliger op.