Bill Cosby, We Need to Talk About Cosby, regie W. Kamau Bell © Mario Casilli / mptvimages / Courtesy of Showtime

We love you, Mr. Cosby roept een vrouw, als Bill voor camera verschijnt, nadat het Hooggerechtshof tot zijn vrijlating heeft besloten. Volgens zijn advocaat is dit ‘gerechtigheid: meneer Cosby heeft zijn roem, naam en gezicht altijd gebruikt om vrouwen te steunen’. ‘Geld’, had hij erbij kunnen zeggen, want zwarte onderwijsinstellingen vonden in hem een mecenas. Maar ‘altijd’? De man is veroordeeld voor serieverkrachting na drogeren (rond zestig vrouwen aller kleuren beschuldigden hem, en hoeveel er niet getuigden, omdat ze de daarop volgende vernederingen niet wilden ondergaan, is onbekend). En problematisch omdat niet onschuld maar een vormfout grond van vrijlating was.

Nooit gedacht hem met het oneerbiedige ‘de man’ te zullen aanduiden omdat die geroepen liefdesverklaring uitdrukte wat wij thuis ooit voelden – voor hem en de familie Huxtable uit de Cosby Show. Verrukkelijke tv. Als dat voor witte Europeanen gold, hoe moet dat dan zijn geweest voor Afro-Amerikanen? Kijk vooral naar de vierdelige (!) documentaire We Need to Talk about Cosby van W. Kamau Bell, zelf ook stand-up comedian en tv-presentator. Gemaakt met de pijn en moeite die in de titel liggen opgesloten en die het kost als je held een monster blijkt; met extra pijn als die jouw huidskleur heeft.

Er zijn Afro-Amerikanen die dergelijke beschuldigingen blijven wegzetten als racisme (zie ook O.J. Simpson en R. Kelly) maar Bell en het merendeel van zijn overwegend zwarte gesprekspartners geven zowel een indrukwekkend overzicht van de loopbaan van Cosby en het immense belang dat hij juist voor zwarte Amerikanen, kinderen voorop, had, als van de duistere kanten van wie het tot nationale knuffelbeer, zedenpreker en Daddy America schopte. Zijn verdiensten gigantisch; slechtheid en narcisme ook. Het is achteraf verbijsterend hoe vaak hij in de loop van zijn carrière in optredens lachend hintte op eigen smerige praktijken, als de dief die met sporen strooit. Hij waande zich onaantastbaar. En was nooit te beroerd te intimideren als anderen tipjes van de sluier dreigden op te lichten. De openlijkheid en systematiek ook van zijn verkrachtingspraktijken onder het mom van ‘ik help met je carrière’. Waar al vroeg verhalen over rondgingen en waarvan ontelbaren geweten moeten hebben, als ze die niet al faciliteerden.

De reeks is qua vorm in-Amerikaans: reeksen talking heads in korte flarden, rijk geïllustreerd met archiefbeeld. Aangrijpend de slachtoffers, gezwicht voor de ‘eer’ van een uitnodiging, belofte van steun – maar niet voor seksuele avances waar het door opgedrongen pillen niet eens van kwam: bewusteloos verkracht. En achteraf lang zwijgend, vol schaamte en schuldgevoel en ‘niemand gelooft dit’. Indrukwekkend de analyses en worstelingen van historici, journalisten, wetenschappers, merendeels zwart. Over hoe Cosby waardigheid bracht, na het stuitend racisme waarmee zwart Amerika gerepresenteerd werd in film, tv, amusement. Tot hij een haast reactionaire, hypocriete criticaster van ‘zijn’ mensen werd. Nog voor hij door de mand viel.

W. Kamau Bell, We Need to Talk about Cosby, VPRO, vier delen, maandag 22 t/m donderdag 25 augustus, NPO 2, 22.10 uur