Europa kijkt naar Frankrijk en houdt de adem in. De tweede ronde van de Franse presidentsverkiezingen wordt komend weekend beslist. De keuze voor Europese routes is extreem gepolariseerd. Volgens Macron is er geen hoop zonder het huidige Europa van integratie. Volgens Le Pen is er geen hoop voor Frankrijk met dit Europa. Macron of Le Pen: voor de Europese integratie is het een keuze tussen renaissance en verwurging.

Dit is niet eerder vertoond. Nog nooit leverde een serieuze Franse presidentskandidaat zich op voorhand uit aan een zo geprononceerde Europese agenda. In Parijs behoort ‘Europa’ van oudsher namelijk ten dienste te staan van de Franse belangen. Charles de Gaulle, de architect van de Vijfde Republiek, het huidige Frankrijk, vatte dit zo samen: ‘Europa, dat is het middel voor Frankrijk om weer te worden wat het na Waterloo heeft opgehouden te zijn: de eerste in de wereld.’ Kortom: Europese integratie niet als ideaal, maar als instrument.

Die visie is dominant gebleven. Pas als de nationale belangen uitgekristalliseerd waren, besloot de Franse president of het extra instrument van de Europese integratie daarbij van pas kwam. Dat Macron en Le Pen breken met deze regel van de Franse Europa-politiek (door hun positie ten aanzien van Europese integratie op voorhand vergaand vast te leggen) geeft aan hoe revolutionair deze tijden zijn, voor Frankrijk en voor Europa.

In Parijs is afwachten blijkbaar niet langer een optie als het gaat om Europa. Voorbereiden op het moment waarop les circonstances actie voorschrijven – dat nooit hoeft te komen – is dat evenmin. Ook dit is zelden vertoond. Want het is juist dat wachten – en zwelgen in le temps perdu van la vie facile terwijl men anticipeert op la durée en haar grillen – waar de naoorlogse Franse politiek en diplomatie onverslaanbaar in is.

Zo bezien lijkt het huidige moment misschien het meest op de nerveuze jaren die voorafgingen aan de Europese verrassingsactie van 9 mei 1950, toen de Franse minister van Buitenlandse Zaken, Robert Schuman, besloot te gokken, en Frankrijk in het waagstuk van de supranationale integratie en de Frans-Duitse verzoening stortte door het plan voor de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal te lanceren. Ook toen was langer wachten geen optie meer.

In Parijs is afwachten blijkbaar niet langer een optie als het gaat om Europa

De noodzaak tot politieke actie was destijds niet zomaar doorgedrongen tot Schuman. Uiteindelijk was daar een persoonlijke en directe brief van zijn Amerikaanse ambtsgenoot Dean Acheson voor nodig. Acheson schreef eind 1949: ‘Now is the time for French initiative to integrate the German Federal Republic promptly and decisivily into Western Europe. Delay will seriously weaken the possibilities of success.’ Bij langer uitstel dreigde een Russische of Russisch-Duitse overheersing van Europa, aldus Acheson.

Onder deze hevige druk gezet, ging Schuman naarstig op zoek naar een idee om actie mogelijk te maken. Hij kwam al snel uit bij superambtenaar Jean Monnet. Die leverde: supranationale Europese integratie in kolen en staal. Zo werd het Schuman-plan een Frans geïnspireerde revolutie die de toekomst van het naoorlogse Europa bepaalde. Maar deze revolutie, hoe groots ook, was niet meer dan een schrale troost voor Frankrijk, en is dat nog steeds. De reden is duidelijk: het gaat niet over ‘une certaine idée de la France’, maar slechts over een instrument om dat ‘idee’ überhaupt denkbaar te houden.

Voor Frankrijk blijven de Europese integratie en de Frans-Duitse verzoening daarom ook geassocieerd met Franse zwakte; een noodzakelijke, fraaie en slimme zwakte, maar niettemin. Heldhaftigheid is iets heel anders. Sterker, zij vloeit al decennia langzaam weg uit Frankrijk.

Heldhaftigheid wordt eigenlijk alleen nog verpersoonlijkt door de laatste levende verzetshelden, zoals Daniel Cordier. Cordier werd onlangs in een gezamenlijk project van Le Monde en Die Zeit geciteerd. Zijn woorden liegen er niet om: op 17 juni 1940 (de dag van de Franse capitulatie) ‘is Frankrijk gestorven; alles wat zich na de bevrijding op het territorium van dit land afspeelde, zijn louter stuiptrekkingen geweest van een lijk, dat zich zijn eigen opstanding inbeeldt’.

Als Macron president wordt zal hij moeten bewijzen dat Frankrijk eindelijk echt kan opstaan indien het een meer idealistisch-constructieve visie op Europese integratie laat prevaleren. Dat is nog eens een opgave!