Nergens in voormalig Joegoslavie worden de VN-troepen nog gerespecteerd. Het moreel van de blauwhelmen is lager dan ooit, hun verhouding met de burgerbevolking verslechtert met de dag en hun militaire positie is onhoudbaar geworden omdat VN-vertegenwoordiger Yasushi Akashi consequent weigert om luchtsteun van de Navo aan te vragen. Zodoende sneuvelen er niet alleen steeds meer burgers, maar ook steeds meer VN-soldaten. Bij voortgezet wanbeleid zullen de Fransen en Engelsen ernst maken met hun voornemen om hun troepen uit Bosnie terug te trekken en zullen de andere deelnemende landen, waaronder Nederland, moeten volgen. Het failliet van Unprofor is dan totaal.
Het jongste voorstel van VN-secretaris Boutros Ghali om de Unprofor-troepen te ‘hergroeperen’ is wederom slechts een hergroepering van betekenisloze woorden. Het rapport dat hij deze week aan de Veiligheidsraad aanbiedt, stelt dat Unprofor verlamd is door de complexiteit van zijn mandaat. Als alternatief voor terugtrekking ziet hij drie mogelijkheden: ‘Ofwel het beperken van het mandaat, ofwel het versterken van de militaire middelen, ofwel het overdragen van de missie aan een organisatie die in staat is haar uit te voeren.’
Met die organisatie bedoelt hij uiteraard de Navo, waarmee hij de afgelopen weken druk heeft onderhandeld. Helaas, zijn gesprekspartners in Brussel waren diezelfde Fransen en Engelsen die al geruime tijd aandringen op terugtrekking. Terwijl de VN zich beraden op een overdracht van bevoegdheden aan de Navo, maakt de Navo zich dus op voor de aftocht. Een militaire versterking van Unprofor, met behoud van het huidige mandaat, is om dezelfde reden uitgesloten: geen land zal nieuwe troepen naar voormalig Joegoslavie willen zenden als de Fransen en Engelsen het laten afweten. Daarentegen zou een beperking van het Unprofor-mandaat neerkomen op het verlaten van de ‘veilige gebieden’ die de Veiligheidsraad heeft ingesteld.
Als woorden nog iets betekenen, is er maar een werkelijke optie: opheffing van het wapenembargo tegen Bosnie. Artikel 51 van het VN-Handvest bevestigt het ‘inherente recht tot individuele of collectieve zelfverdediging in geval van een gewapende aanval tegen een lid van de Verenigde Naties, totdat de Veiligheidsraad de noodzakelijke maatregelen ter handhaving van de internationale vrede en veiligheid heeft genomen’. Opheffing van het wapenembargo zal ongetwijfeld leiden tot nieuw bloedvergieten, maar dat zal de Bosnische regering - zoals het hoort in een democratie - tegenover de eigen bevolking moeten verantwoorden.