De belangrijkste is dat ik altijd voor ‘print’ gewerkt heb en moeilijk kan aanvaarden dat de hele bubs in de digitale wolk verdwijnt. Ik kan me zo’n papierloze wereld ook niet voorstellen. Een tweede reden is dat ik voor zo’n wereld geen ‘verdienmodel’ zie. Een derde dat ik altijd nog veel liever van papier dan van scherm lees. Een vierde… Kortom, ik heb zoveel, vooral persoonlijke redenen om die sombere boodschap over print niet te geloven dat ik hem niet geloof. Het kan niet, het mag niet en dus is het niet zo. Aldus spelen verstand, emotie, traditie en verlangen voor mij onder één geruststellend hoedje.

En toch ben ik niet gerust. Ook hiervoor zijn weer een boel redenen waarvan de belangrijkste de minst overtuigende is, namelijk dat ik merk dat ik in de afgelopen jaren ook als mediaconsument enorm veranderd ben. Ik heb heel mijn leven snel gelezen. Ik lees tegenwoordig sneller. Ik heb heel mijn leven non-fictieteksten gezapt. Ik zap nog veel meer. Ik heb heel mijn leven plaatjes gekeken en vanuit plaatjes gedacht. Dat doe ik meer dan ooit. En tot slot heb ik niet alleen geschreven maar ook tientallen jaren radio en een jaar of vijf tv gemaakt, plus beide media intensief geconsumeerd. Beeld, woord en geluid zijn voor mij altijd onlosmakelijk verbonden geweest. Dankzij het internet is die band de afgelopen jaren alleen maar sterker geworden. Daarom laat de vraag die op dit moment overal gesteld wordt me niet los: hoe zien de teksten van morgen eruit, hoe is het nieuwe lezen?

Vorige week lanceerde de BBC in het verlengde van een documentaireserie een mooi initiatief. Het is vergelijkbaar met wat naar het model van The New York Times een snowfall wordt genoemd: een relatief kort digitaal dossier of artikel waarin beeld, tekst en geluid gecombineerd worden, dat een internetverbinding vereist en zich het best laat ‘lezen’ op een tablet. Het initiatief van de BBC is te meer interessant omdat het afkomstig is van een producent van audiovisuele media, niet van een krant of tijdschrift, en dat terwijl het toch eerder ‘tekst’ dan een radio- of tv-product is.

Wie weet wat het internet van morgen brengt? Websites met geur?

iWonder noemt de BBC zijn ‘interactieve gidsen’. De eerste reeks is geheel gewijd aan de Eerste Wereldoorlog en bestaat uit een aantal ‘boeken’ over uiteenlopende onderwerpen, zoals het beroemdste lied uit die oorlog (Pack up Your Troubles), de betekenis van de oorlog voor vrouwen en het oorlogsbeeld in de poëzie. Elk van deze boeken of gidsen begint met een filmpje en vervolgt met een stuk of zeven, acht hoofdstukken met weinig tekst, veel beeld, soms meer filmpjes en altijd muziek of ander geluid. Bij elk filmpje hoort een transcriptie zodat het geheel gedownload kan worden en gelezen van papier. Met dit laatste mikt de BBC vermoedelijk zowel op ouderen die wel een computer maar geen tablet bezitten als op het onderwijs.

Nieuw? Nee. Zie het steeds grotere aantal ‘snowfallen’, ook in Nederland. Veelbelovend? Ja, vooral omdat het aansluit bij het ‘nieuwe lezen’. Dit lezen lijkt haast terug te keren naar wat ‘lezen’ oorspronkelijk was: verzamelen. Dat is immers de oerbetekenis van het woord in zowel de Germaanse als de Latijnse talen. In de westerse cultuur werd die activiteit eeuwenlang vooral met letters geassocieerd, met schrift dus. Maar waarom zou dat ‘verzamelen’ (van kennis en dergelijke) alleen of vooral daaruit moeten bestaan? Waarom niet ook uit beelden, geluiden en liefst de som van de drie mediavormen?

Voordat sprake was van media communiceerden mensen bijna uitsluitend fysiek met elkaar. Dit betekende dat een persoon boodschapper en medium tegelijk was en eveneens alle middelen gebruikte: woord, beeld, geluid. Dankzij de digitalisering benaderen we deze oervorm van communicatie opnieuw. Alleen fysieke elementen als geur, aanraking en oogcontact ontbreken. Maar in de BBC-filmpjes zie je dat ook in deze richting geëxperimenteerd wordt: elk filmpje heeft een drager, een herkenbare persoon. En wie weet wat het internet van morgen brengt? Websites met geur?

De uitersten raken elkaar. Het nieuwe lezen en de meest primitieve vormen van informatieverzameling beginnen dankzij de digitalisering steeds meer op elkaar te lijken. Met zijn iWonders heeft de BBC in deze richting een nieuwe stap gezet – een stap die de Britse omroep alleen al komend jaar zo’n honderd keer wil herhalen. Korte, speelse, beeldende producten waarin alle media gecombineerd worden en die uiteindelijk één doel hebben: informatievoorziening – en dan op z’n best. Het zou wel eens de toekomst van de non-fictie kunnen zijn.