
Charleston, South Carolina, is niet de eerste stad waar je aan denkt als het gaat om volksverzet tegen de regering van president Donald Trump. Het was ooit de enige Amerikaanse stad met een meerderheid van slaven. Lokale milities begonnen hier de Amerikaanse Burgeroorlog. Anderhalf jaar geleden schoot een jonge racist er negen leden van een zwarte kerkgemeenschap dood. Daarna haalde South Carolina vooral het nieuws met een eindeloze controverse over de vlag van de zuidelijke Confederatie, die sinds 1961 op het staatsgebouw wapperde.
Maar vorige week werden South Carolina’s Republikeinse senator Tim Scott en afgevaardigde Mark Sanford in Charleston drie uur lang gegrild door honderden boze stemmers. Over het onwaardige gedrag van Donald Trump, over zijn plannen met de gezondheidsverzekering, over flutbenoemingen in zijn regering. ‘Do Your Job, Do Your Job!’ zong het publiek volgens een reportage in The New York Times. Vooral Scott kwam er slecht vanaf. Sanford kreeg soms nog de handen op elkaar: toen hij Trump uitdaagde om zijn belastingaangifte openbaar te maken en toen hij klaagde over het veelvuldige gebruik door de regering-Trump van ‘alternatieve feiten’.
Niet alleen in Charleston werden afgevaardigden op de pijnbank gelegd. Het was vorige week het eerste parlementaire reces sinds Trumps aantreden en in tal van kiesregio’s moesten afgevaardigden zich verantwoorden op kiezersbijeenkomsten die groter, meer betrokken en luidruchtiger waren dan ooit. Amerikaanse media berichtten over heetgebakerde bijeenkomsten in Ohio, Arkansas, Utah, Iowa, Tennessee, om maar een greep te doen – allemaal staten die vóór Trump stemden. Volgens het Witte Huis ging het om betaalde relschoppers. ‘Deze protesten zijn gepland door liberale activisten. Sad!’ twitterde Trump zelf. Maar de aanwezigen maakten voortdurend duidelijk dat ze uit eigen beweging kwamen. ‘Niemand betaalde ons om hier te zijn’, schreeuwde een vrouw in Charleston. ‘Dit is ónze tijd!’
Maar dat er zoveel gefrustreerde stemmers op die doorgaans tamme Town Hall Meetings afkwamen, had wel degelijk te maken met links politiek activisme. Veel burgers waren ertoe aangezet door lokale afdelingen van Indivisible, een nieuwe burgerbeweging die in luttele weken tijd is uitgegroeid tot een van de grootste grassroots- bewegingen van de VS. Indivisible begon met drie voormalige medewerkers van Democratische Congresleden die een paar A4’tjes voltikten met tips voor kiezers om druk uit te oefenen op de senatoren en afgevaardigden uit hun kiesdistrict. ‘We zien het enthousiasme om tegen de Trump-agenda te vechten’, schreven ze, ‘en we willen insider info delen over hoe je het beste invloed uitoefent op het Congres.’ Ze zetten hun tips online onder de titel Indivisible: A Practical Guide For Resisting the Trump Agenda en verspreidden de link via Facebook en Twitter.
Nu, nog geen drie maanden later, is hun website meer dan vijftien miljoen maal bezocht, is de gids ruim twee miljoen maal online gelezen en zijn er door lokale vrijwilligers meer dan vijfduizend Indivisible-groepen opgericht, verspreid over de hele VS. Het doel: Congresleden dwingen om Trump de voet dwars te zetten in het parlement – precies zoals de rechtse Tea Party deed onder Obama.
Het voorbeeld van Indivisible staat niet op zichzelf. In de VS broeit het van de nieuwe politieke energie: nieuwe organisaties en bewegingen die opkomen, kiezers en burgers die politiek actief worden, oude organisaties die nieuw leven zijn ingeblazen. Na de verkiezing van Trump werden progressieve organisaties bedolven onder de donaties en nieuwe leden. De al een eeuw oude ngo’s Aclu (burgerrechten) en Planned Parenthood (zwangerschapsbegeleiding en abortus) maakten de grootste groei door ooit, met elk meer dan honderdduizend donaties in één week. Antisemitismebestrijder Anti-Defamation League rapporteerde een vijftigvoudige sprong in donaties door Trumps verkiezing.
Maar het nieuwe politieke bewustzijn zoekt vooral nieuwe doelen. Meer dan een op de drie Democratische kiezers zei in een peiling van The Washington Post dit jaar ‘actiever’ te willen worden in het politieke proces. Spontane acties groeien soms als een sneeuwbal uit tot lawines. De Women’s March, mogelijk de grootste massademonstratie in de Amerikaanse geschiedenis, begon bijvoorbeeld als een initiatief op sociale media van voorheen politiek niet-actieve vrouwen. Hun oproep rolde door en liep uit op een reeks demonstraties door zo’n vijf miljoen mensen in tal van steden na Trumps inauguratie. Na de vrouwen volgden immigranten. Nog drie van dergelijke demonstraties staan gepland in de komende weken: wederom door vrouwen, door wetenschappers en door groepen die Trumps belastingaangifte willen zien.
Minstens zo opvallend zijn de vele nieuwe, rond sociale media opgebouwde actiegroepen. #KnockEveryDoor is zo’n typisch nieuwe groep. Pas in januari opgericht en sindsdien gegroeid als een virus: nu al actief in 25 van de vijftig Amerikaanse staten, met dertienhonderd vrijwilligers en elke dag activiteit. ‘We gaan, zoals de naam zegt, op alle deuren kloppen en met de mensen praten’, zegt medeoprichter Max Cotterill per telefoon vanuit San Diego, Californië. ‘Nu is het zo dat Republikeinse vrijwilligers bij Republikeinen langs gaan en Democraten bij Democraten. Maar wij willen weten wat er nou precies leeft in Amerika, ook bij Trump-aanhangers en niet-stemmers. En we willen mensen mobiliseren tegen de radicaliteit en de illegale acties van de regering-Trump.’
Het hart van #KnockEveryDoor bestaat uit voormalige vrijwilligers voor de verslagen Democratische presidentskandidaat Bernie Sanders. Zij lieten de campagne voor Hillary Clinton aan zich voorbijgaan, maar kwamen na Trumps verkiezing weer samen om verzet te organiseren. Ze verbinden zich nu met andere groepen. ‘Ik was laatst op een bijeenkomst met tien andere nieuwe organisaties. Het barstte van de energie en wil om samen te werken en Amerika te veranderen’, zegt Cotterill. ‘Iedereen deelde best practices en kwam met ideeën. Soms worden we ook spontaan benaderd. Swing Left en Flippable namen contact met ons op om te zorgen dat we niet dezelfde dingen dubbel doen. Het voelt alsof we deel zijn van één grote beweging onder één grote paraplu.’
Die beweging wordt ook door anderen gesignaleerd. ‘Het verzet’ wordt het soms genoemd, bewust vernoemd naar La Résistance en andere verzetsbewegingen tegen nazi-Duitsland. Maar vooralsnog opereren die nieuwe grassroots-groepen veelal los van elkaar. Sommige zijn het werk van doorgewinterde politici, andere van nieuwkomers, sommige zijn ernstig op het grimmige af, andere ludiek. Maar altijd spelen internet en sociale media een centrale rol.
Er is bijvoorbeeld Run for Something, een organisatie die wil dat progressieve millennials (kinderen van de jaren tachtig en negentig) van hun kont afkomen en zich verkiesbaar stellen. ‘We gaan van de daken schreeuwen dat mensen zich verkiesbaar moeten stellen. Constant. We houden onze kop er maar niet over’, belooft de organisatie. Kandidaten krijgen hulp en een netwerk en voor de besten en meest gemotiveerden is er ‘hulp op het volgende niveau: $$$ en personeel’. Er is het Pussyhat Project, geesteskind van een architecte en een scenarioschrijfster uit Los Angeles, die het morsdode fenomeen van de breigroep nieuw leven willen inblazen om gelijkgestemden bij elkaar te brengen en zo ‘de fundamenten te leggen voor toekomstige politieke actie’. De roze muts-met-oortjes (patroon en brei-instructies op de website) werd prompt het symbool voor de vrouwendemonstraties van januari.
Er is Operation 45, gespecialiseerd in het opvragen van overheidsstukken, die met constante verzoeken voor openbaring van overheidsbesluiten de regering-Trump tot extreme transparantie wil dwingen. Er is Movement Match, een soort Kieswijzer voor mensen die ‘iets’ willen doen maar niet weten wát. Via vragen leidt Movement Match hen naar een organisatie die bij hen past. Er is het al genoemde Swing Left, een organisatie die linkse stemmers uit solide Democratische kiesdistricten naar swing states en swing districts leidt om daar stemmen te werven voor de Democratische Partij. Er is Design Solutions for Fake News om nepnieuws te ontmaskeren. Er is Sleeping Giants, die adverteerders op rechtse nieuwssites confronteert met het nieuws en de reacties daarop die op die nieuwssites staan. Er is Boycott Trump, die een consumentenboycot tegen Trumps bedrijven optuigt. Er is White House Inc., dat bellers met bedrijven van Trump verbindt als ze over Trump willen klagen. Enzovoort.
De grote vraag is: zal deze energie blijven, en wat is de toekomst van al deze lokale activiteit? Twee experts in Amerikaans activisme schrijven beiden, in antwoord op vragen per e-mail, dat de groei nog lang niet uit deze beweging is. Onderzoek van sociologe Dana Fisher, van de Universiteit van Maryland, wees uit dat bij de vrouwenmars van januari een derde van alle demonstranten voor het eerst meeliep in een demonstratie – veruit het hoogste cijfer dat ze ooit was tegengekomen. Het sterkt haar in de overtuiging dat de energie nog lang niet uit de protestbeweging is. ‘De anti-Trump-beweging bestaat uit mensen die worden gemotiveerd door politieke issues uit het hele progressieve spectrum. De kans dat dit uitgroeit tot een brede progressieve beweging is volgens mij heel groot’, mailt Fisher. ‘President Trump blijft maar beleid afkondigen dat progressieve Amerikanen zorgen baart. Als gevolg daarvan zal de onvrede blijven en waarschijnlijk groeien.’
Politiek socioloog Michael Heaney van de Universiteit van Michigan verwacht dat de beweging over anderhalf, twee jaar zal pieken. ‘We zijn nu in de vroege organisatiefase van de anti-Trump-beweging’, mailt hij. ‘We hebben het verzadigingspunt nog lang niet bereikt, het begint pas. Als deze beweging hetzelfde patroon volgt als soortgelijke bewegingen, dan verwacht ik dat zij voorlopig zal groeien, diverser wordt en zal institutionaliseren. Uiteindelijk zal de beweging zich dan focussen op wetgeving en verkiezingen. Ik verwacht dat de beweging weer zal krimpen in 2019, zeker als de Democraten grote winst kunnen boeken in de parlementsverkiezingen van 2018.’
Dana Fisher vindt de langere termijn moeilijker te voorspellen. ‘Het beleid van Trump, zoals zijn budgetvoorstellen van deze week, zal nieuw activisme blijven genereren van bezorgde progressieven. Er is geen precedent voor dit niveau van activisme, maar dat geldt voor alles aan dit presidentschap.’