Op 15 juli 1997, een broeierige zomerochtend, loopt de vijftigjarige Giovanni (‘Gianni’) Maria Versace zijn roemruchte villa in Miami uit. De woning – tegenwoordig na Graceland en het Witte Huis het meest gefotografeerde huis in Amerika – heeft iets van een kasteel: een enorm pand, grotendeels van glimmend marmer, met aan alle kanten hekken en in het midden een imposante toegangspoort. Door die poort stapt Versace naar buiten, zonnebril op, sandalen aan, in korte broek en zwart T-shirt. Een vrijetijdsoutfit, zeker voor iemand die kleding zo belangrijk vindt als hij en er een internationaal miljoenenimperium mee heeft opgebouwd: in 1978 startte Versace in Milaan het modemerk met zijn achternaam, sindsdien is hij uitgegroeid tot een beroemdheid, vermaard om zijn uitbundige levensstijl, ontwerper voor onder anderen Andy Warhol, Woody Allen en Bruce Springsteen.

Gewoonlijk heeft Versace in het openbaar minstens een assistent bij zich. Vandaag kiest hij ervoor om alleen te gaan. Ontspannen tred, hij kent de weg, groet zelfs een paar passanten, waarna hij bij een kiosk een stapel modebladen koopt. Terug bij zijn villa, rommelend met de sleutelbos, verschijnt er een twintiger achter hem. Tenger gezicht, keurig kapsel, in zijn hand een pistool. Ze praten niet, ze kijken elkaar alleen kort aan. Dan schiet de jongen twee keer en vlucht. Versace blijft achter op de stoep voor zijn privé-paleis, gestrekt en bloedend. Elke omstander kan hem zien sterven.

De moord op Gianni Versace is altijd raadselachtig gebleven. Omdat er geen concrete aanleiding voor leek te zijn, omdat de fbi tamelijk traag handelde en eerst abusievelijk uitging van een maffia hit (er lag een dode vogel naast Versace op de stoep, in sommige kringen codetaal voor een afrekening, in dit geval bleek het toeval). En vooral omdat de 27-jarige dader Andrew Cunanan in de maanden hiervoor minstens vier andere moorden had gepleegd, allemaal op mannen die zich vermoedelijk in welgestelde Amerikaanse gay scenes begaven. Voor Cunanan enige opheldering of duiding had kunnen geven pleegde hij zelfmoord, ook in juli 1997. Hij liet nauwelijks persoonlijke bezittingen achter en geen toelichtend briefje – wat, vanzelfsprekend, de speculaties alleen maar versterkte: wat had hem tot deze langdurige killing spree aangezet, werd hij geleid door willekeur of door een plan, kenden Versace en hij elkaar?

Op die laatste vraag heeft de Versace-familie altijd stellig ‘nee’ geantwoord: Cunanan en Versace hadden elkaar nooit eerder ontmoet, de moord was een wreed toeval, klaar.

Het antwoord van American Crime Story Vol. 2 is een overtuigend ‘ja’. Deze serie vertelt op een smakelijke, uiterst toegankelijke en flink gedramatiseerde wijze misstanden na die de Amerikaanse samenleving een tijdlang in hun greep hielden. Het indrukwekkende eerste seizoen draaide om de beruchte O.J. Simpson-zaak, voor de volgende jaren staan onder meer de Lewinsky-affaire en de nasleep van orkaan Katrina gepland. En nu is er dus The Assassination of Gianni Versace, gebaseerd op de controversiële bestseller die journaliste Maureen Orth in 1999 over de zaak uitbracht. De titel: Vulgar Favors, de strekking: de sociopaat Cunanan had een persoonlijke band met al zijn slachtoffers.

In The Assassination of Gianni Versace worden die persoonlijke banden één voor één uitgediept, ze vormen zelfs de leidraad van het geheel. Behendig wordt de aandacht verschoven van Versace naar Cunanans eerdere slachtoffers, die overigens geen van allen bekend waren – alleen de 72-jarige Lee Miglin genoot als vastgoedontwikkelaar enig landelijk aanzien. Uitgebreid worden ze geïntroduceerd, al die figuren die vaak wel door hebben dat Cunanan vreemd is, maar die nooit vermoeden wat hij met hen gaat doen. Alle scènes en verhaallijnen hebben dezelfde broeierige sfeer: de zon lijkt in The Assassination of Gianni Versace permanent te schijnen, iedereen is mooi en opgemaakt, de kleren zijn duur, op het oog ontbreekt het nergens aan. En intussen, het contrast is onmiskenbaar en effectief, voel je het onheil naderen, je ziet hoe Cunanan huishoudt, zonder aarzeling of terughoudendheid.

De allereerste scène van de serie: Versace’s dood. Uitgebreid gefilmd, in woordeloze scènes. Alsof de makers wilden benadrukken: hier draait het om, kijk, deze jongen heeft het gedaan, er is hoe dan ook geen sprake van een who done it, het waarom is interessanter, en vanaf die openingsscène gaan we voornamelijk terug in de tijd.

Het Versace-verhaal is geen geschiedenis waarvan iedereen een eigen versie paraat heeft

Cunanan dus. Een getergd, zwijgzaam hoofdpersonage, voortreffelijk vertolkt door Darren Criss. Hij heeft een grote voorliefde voor oudere, welgestelde heren en liegt zichzelf hun wereld in, weg uit zijn eigen modale, werkloze verleden dat hij zelf in een zeldzame vlaag van openhartigheid als volgt definieert: ‘I’ve done nothing my whole life.’

Die achtergrond verklaart waarom Versace zo’n enorme aantrekkingskracht op Cunanan uitoefent. De twee treffen elkaar volgens de serie al ruimschoots voor Versace’s dood. In een chique club ergens in Florida, waar ze kort met elkaar praten. Cunanan raakt vervolgens door de modeontwerper geobsedeerd, noemt hem voortdurend in gesprekken met andere mannen en dikt hun persoonlijke band ongegeneerd aan tot een intieme (werk)relatie. Dat blijkt sowieso een talent van hem te zijn: met een onbewogen gezicht de grootste verzinsels vertellen. Hij gebruikt allerlei leugens om geld te lenen waarmee hij vervolgens krankzinnige uitgaven betaalt en zo nieuwe mannen voor zich wint, hij dist voortdurend met een onbewogen gezicht een ronkend, bijeen gelogen levensverhaal op. (Persoonlijke favoriet: hij komt uit een joodse miljonairsfamilie uit New York, zijn vader rijdt in een Rolls-Royce en hij werkt in Mexico als settenbouwer voor Titanic.) Wanneer een van zijn vrijers hem confronteert met zijn onbetrouwbare aard, expliciet zegt dat hij geen woord meer van Cunanan gelooft, kan die dat niet verdragen. De afstand. De afwijzing. Het moorden begint.

Cunanan blijft tot aan het einde de kern van The Assassination of Gianni Versace, maar haast achteloos wordt om hem heen in- en uitgezoomd op andere figuren. Zoals sommige romans neerkomen op een verzameling min of meer verwante korte verhalen, zo krijgt in dit seizoen steeds een ander personage of subthema de nadruk. Dat is bijzonder knap gedaan, want zonder dat het geheel verbrokkeld of overambitieus aanvoelt, wordt zo in negen afleveringen ontzettend veel verteld. Dit seizoen gaat uiteindelijk niet primair over een ontsporende psychopaat, het gaat evenzeer over gays die voor zichzelf opkomen in een tijd die hun niet gunstig gezind is. Over de nalatenschap van Versace, wat vooral veel spanning oplevert tussen Versace’s vriend Antonio D’Amico (zanger Ricky Martin) en zijn zus Donatella (een fraaie rol van Penelope Cruz: ‘My brother is still alive as long as Versace’s alive’). Over de gevolgen van een depressie waar niets tegen wordt gedaan (casus: Cunanan). Over drugsgebruik, over het verlangen aan een onopvallend, gemiddeld leven te ontsnappen. Over het verspringen tussen verschillende tijden en steden, en tussen de sociale milieus van zowel Cunanan als Versace. Halverwege het seizoen staat het Amerikaanse leger centraal, de afgrijselijke manier waarop daar met homoseksuelen wordt omgegaan. Een van hen is later een scharrel en daarna een slachtoffer van Cunanan.

De massale media-aandacht die op gang kwam heeft de Versace-moord gemeen met het onderwerp van de eerste American Crime Story: de zaak waarbij O.J. Simpson terechtstond voor het vermoorden van zijn vrouw en haar minnaar. De aanpak van beide seizoenen is vrijwel identiek: het is allemaal opvallend glad gemaakt en de dood dient enkel als vertrekpunt voor nader onderzoek. De achterliggende psychologie van de hoofdverdachten is een stuk belangrijker, evenals de nasleep bij allerlei zijdelings betrokkenen, de sociale ontwrichting. Zo groot als O.J. Simpson is de Versace-zaak nooit geworden, dit verhaal is uiteindelijk een stuk minder verbijsterend, maar toch: het zijn allebei moorden die meerdere generaties zijn bijgebleven, ook buiten Amerika. Een soort nationale trauma’s, net als in grotere mate de Lewinsky-affaire en Katrina. En die achtergrond resoneert voortdurend bij het kijken van de serie, je voelt dat er iets op het spel staat dat vroeg of laat veel mensen raakt, dat dit alles niet ongemerkt voorbij kan gaan.

Hierin schuilt trouwens ook nog een troef van American Crime Story Vol. 2 ten opzichte van het eerste seizoen: het verhaal van de O.J.-zaak is zo schokkend en ronduit ongeloofwaardig dat het de afgelopen decennia talloze keren is naverteld, geanalyseerd, geduid. Daar valt voor een serie, hoe goed gemaakt ook, moeilijk eer te behalen. Het is beslist een voordeel van het Versace-verhaal dat het relatief onbekend is. Dit is geen onderdeel geworden van analyses van de Amerikaanse tijdgeest, geen geschiedenis waarvan iedereen een eigen versie paraat heeft, en de expliciete politieke dimensies ontbreken in deze. Dat maakt de keuze hier een seizoen aan te wijden zo spannend; het is een moeilijke opdracht rond een psychopaat die zeker meerdere moorden heeft gepleegd en voor wie duidelijke motieven ontbreken een werkelijk interessant verhaal te smeden. En hier lukt dat alsnog – de serie toont een wereld die juist bevalt omdat het niet zo politiek wordt, omdat de tijd moet worden genomen om in te gaan op de personages en de gebeurtenissen an sich.

Sommige personages uit de serie hebben zich overigens publiekelijk al gedistantieerd van The Assassination of Gianni Versace, de Versace-familie wil er niets mee te maken hebben, familieleden van andere slachtoffers benadrukken dat Cunanan helemaal niet zo’n grote rol speelde in het leven van hun overleden echtgenoot of neef als hier gesuggereerd wordt. Maar wat vaststaat, en wat voor het slagen van een serie belangrijker lijkt dan de vraag of elke gebeurtenis overeenkomt met de werkelijke gang van zaken: het verhaal voelt in elk geval kloppend. Deze American Crime Story is van begin tot eind coherent, toegankelijk, spannend, nergens leunend op schokeffecten of heftige twists. Als we de Versace-moord inderdaad dienen te beschouwen als een nationaal Amerikaans trauma, dan lijkt een serie als deze de beste manier van verwerking.


The Assassination of Gianni Versace wordt momenteel wekelijks uitgezonden door BBC Two en verschijnt mogelijk later dit jaar op Netflix