
Komt-ie weer met zijn anekdotes over blowen, zijn onwaarschijnlijke bos rood haar, zijn teksten en ideeën uit vervlogen tijden. Armand lijkt op Jules Deelder: je weet precies wat je krijgt, want dat is wat je al decennia kréég.
Het grote nadeel is dat de muzik _a__ nt_ Armand danig onderschat is. Die gast van Ben ik te min, altijd stoned, altijd grappig – het doet hem te kort. In intellectueel opzicht, maar ook zeker in creatief opzicht. Armand is een groot live performer. Als de wietdampen zijn opgetrokken en het gelach is verstomd, staat op het podium op zijn beste momenten een gedreven zanger en gitarist, vol vuur.
Historisch is de anekdote over Armand die optrad op een avond rond het repertoire van Bob Dylan, waarbij het een volle zaal duidelijk werd dat Armand écht nog steeds goed kan zingen en spelen, en hij het bovendien verdient meer te zijn dan het nog levende relikwie van een tijdperk dat voor iedereen behalve hemzelf is afgesloten. Indachtig het werk van producent Rick Rubin, die Johnny Cash (en later Neil Diamond) opnieuw op de kaart zette door hem te ontdoen van alle tierlantijntjes en hem terug te brengen naar de kale basis van een gitaar en een stem, besloten enkele enthousiastelingen van het Nationaal Pop Instituut een poging te doen Armand een revival te laten beleven. Toen ze hem het idee wilden voorleggen, bleek Armand zelf al weer een nieuwe plaat af te hebben: een driedubbelelpee met epische liedjes in diverse talen. Het idee voor een akoestische plaat kon het raam uit, de gedroomde revival dus ook.
Die revival van Armand is er nu dan alsnog gekomen, en op een nog aansprekender manier ook: hij heeft een album gemaakt samen met beatgroep The Kik, waarvan zanger Dave von Raven een zeer enthousiaste ambassadeur is van Nederlandse muziek uit de jaren zestig, en al jaren een verklaard fan van het oeuvre van Armand. De combinatie van de jongehondenenergie van The Kik en de bijna zeventigjarige Armand is goud: zelfs zijn oudste liedjes klinken fris, zijn retoriek is heerlijk ouderwets, zijn stem is goed geconserveerd en opnametechniek en productie zijn treffend gekozen. Ze hebben ook gekozen voor niet al te voor hand liggende nummers, zoals Fuck the Blues, al jaren een van zijn vaste livekrakers. In Waar is je glimlach pakt de samenwerking het best uit: daar verdelen Von Raven en Armand niet alleen de leadvocalen, maar smelten het geluid van Armand en The Kik echt samen.
Is het een comeback? Ja, dat is het, alleen al omdat Armand het zelf in de openingsregel zo beschrijft: ‘Eens was ik bekend/ Daarna een tijdje niks/ En toen was ik er zomaar weer/ Al had ik er niet eens iets voor gedaan.’ Maar geen geplande comeback, uiteraard, want zo is Armand niet getrouwd met het leven. ‘Voor carrière voel ik niks/ Ik kan niet tegen die sfeer/ Het simpele leven/ Daar komt het op aan.’
Armand The Kik (Topnotch/Excelsior); Armand The Kik spelen 19 september in Paradiso, Amsterdam