
Tot dan geen woord over God of kerk, dus wist ik zeker dat hij een bejaarde weduwe ging beroven.
Toen hij zonder buit terugkeerde moest ik wel geloven. Hij ging de auto in Parijs afleveren bij een rijke roomse familie, die het ding had uitgeleend, en als ik meebetaalde aan de benzine en een overnachting in Lourdes voor lief nam, kon ik nog ‘een stukje’ mee.
Zo belandde ik, geboren, getogen, strijdbaar jong atheïst met extra weerzin tegen ‘het houtje’, uit liftafkeer en een dubieus soort nieuwsgierigheid bij de grot der grotten. Het was wat ik vreesde, maar dan veel erger. Het verzamelde lijden, de kitsch, de handel, het eindeloos zeurende Bernadettelied (en ze hebben zulke prachtmuziek!). Mijn weerzin zal die van ontelbaren (ook katholieken) zijn en dus aarzelde ik zelfs om te kijken naar Enkeltje hemel, documentaire waarin pelgrims en hun verzorgers op treinreis naar Lourdes zijn gevolgd. Dat ik bekeerd ben wil ik niet zeggen, maar dat het een film is zonder dweperij, maar ook zonder dédain, dat wel. Maker Jan Thijssen legt in de voice-over meteen zijn kaarten open: niet uit geloof maar uit fascinatie maakt hij voor het eerst de reis die in zijn jeugd en omgeving vanzelfsprekend was voor de meesten, ziek of niet. De reis die hij eerder niet aandurfde vanwege angst voor het menselijk verval. En die, los daarvan, geen lolletje is omdat de ooit moderne en gerespecteerde trein een krakkemikkig geval is geworden dat met pijn en moeite door Belgische en Franse spoorwegen wordt gedoogd en aan alles en iedereen voorrang moet verlenen. Wat soms uren nachtelijk wachten betekent, waarbij verwarming en licht kunnen uitvallen.
Ontberingen die opvallend blijmoedig gedragen worden door zwakken en zieken, hun begeleidende familie, en door het legertje vrijwilligers dat vakantie opneemt om te verplegen, sjouwen, duwen. En die in de nacht, met een wijntje uit plastic bekertje, bijna tot de polonaise komen. De malloten. Of toch niet? Weinigen lijken te geloven in wonderen. Misschien is er hier en daar wat hoop die doet leven. Het wonder is meer dat de reis troost biedt, verbondenheid en zelfs vreugde.

Mevrouw Smeets ging altijd als vrijwilligster met zieken mee naar Lourdes. Meneer moest er niet aan denken. Tot mevrouw een herseninfarct kreeg. Nu begeleidt hij haar jaarlijks, samen met zijn dochter, en ervaart de hemel in haar ogen. En er is meer: in zijn Limburgse dorp hoor je er niet meer bij als je zoiets is overkomen(!). Hier is het echtpaar onder lotgenoten. Die trein rijdt trouwens voornamelijk nog voor mensen met lage inkomens, gesubsidieerd door collecte en oud papier. En voor die vrouw die ontberingen bij bedevaart vindt horen en die, opgegroeid in internaten, in Maria de plaatsvervangster voor een niet-liefhebbende moeder vond. Hoewel ze hoogstpersoonlijk uitvond dat de geheimzinnige dood van een toen zestienjarige broer, ook in een internaat, gevolg was van zelfmoord na misbruik door een geestelijke, maakt ze onderscheid tussen instituut plus onvolmaakte clerus en geloven: ‘Als ik dat opgeef, geef ik mezelf op.’ Ik begrijp er niets van, behalve dat we troost zoeken voor lijden en dat daarin ieder op eigen wijze zalig probeert te worden. Ach, ouder en milder. Trouwens, Lourdes bij de ncrv, is dat geen wonder?
Jan Thijssen, Enkeltje hemel, NCRV 2Doc, zondag 8 juni, Nederland 2, 21.00 uur