Eeuwig terugkerende vraag: kunnen we leren van de geschiedenis? Bas Blokker had zaterdag in de NRC een gesprek met vier historici. Titel: ‘Trump is niet Hitler, maar pas op’. Volgens emeritus hoogleraar H.W. von der Dunk is de vergelijking het begin van alle onderzoek: ‘Zonder vergelijking zie je geen verschillen. En het zijn de verschillen die de doorslag geven bij de verdere ontwikkeling van de geschiedenis.’
Hij ziet één overeenkomst tussen Trump en Hitler, namelijk in de reacties: ‘Zoals Hitler telkens werd onderschat, zo wordt ook van Trump steeds gezegd dat het wel zal meevallen, dat hij zal bedaren, dat de soep niet zo heet wordt gegeten als hij is opgediend.’
Von der Dunk, geboren in Duitsland in 1928, denkt niet dat we van de geschiedenis kunnen leren: ‘Alleen van een existentiële ervaring kun je leren, die kun je niet overdragen. Iets leren van de Tweede Wereldoorlog beperkt zich derhalve tot de generatie die hem bewust heeft meegemaakt.’ Een respectabele opvatting, maar wel erg stellig. Hebben we naar de verhalen van onze ouders geluisterd zonder er iets van op te steken? Hebben machthebbers vergeefs in hun Machiavelli zitten bladeren? Zijn de dictaturen in het verleden omvergeworpen zonder dat er energie was geput uit voorbeelden van geslaagde revoluties?
Het gesprek in de NRC, met Von der Dunk, Beatrice de Graaf, Johannes Houwink ten Cate en Geerten Waling, is een prachtig startpunt voor een vergelijking van onze tijd met eerdere periodes van chaos en grote machtsverschuivingen. Misschien kunnen we niet voldoende lessen trekken uit het verleden, maar in tijden van verwarring is het toch haast vanzelfsprekend dat we de geschiedenis raadplegen. Dat kan niet helemaal vergeefs zijn.
Even verderop in dezelfde krant staat een artikel ‘Hoe te overleven in het Amerika van Trump: 20 lessen uit de 20ste eeuw’. De Amerikaanse historicus Timothy Snyder voelt geen belemmering om uit het verleden te leren. Zijn lessen hebben zelfs de vorm van aanwijzingen. Bijvoorbeeld: ‘Koester onze taal’. En: ‘Verzet u’, ‘Geloof in de waarheid’, ‘Maak oogcontact en praat met elkaar’.
De aanwijzingen zijn onomwonden: ‘Ga op onderzoek. Kijk zelf hoe het zit. Besteed meer tijd aan lange artikelen. Steun onderzoeksjournalistiek met een abonnement op een krant of tijdschrift. Besef dat wat u op uw scherm krijgt deels bedoeld is om u schade toe te brengen.’
En: ‘Als u naar politici luistert, onderken dan bepaalde woorden. Let op het uitvoerige gebruik van “terrorisme” en “extremisme”. Wees op uw hoede bij de noodlottige begrippen “uitzondering” en “noodgeval”. Wees boos over het verraderlijke gebruik van patriottische taal.’
Het is in de geschiedenis een bekend gegeven: de nieuwe uitdrukkingen die machthebbers introduceren om hun leugens te verkopen. Zodra we wennen aan het krankzinnige begrip ‘alternatieve feiten’ vergeten we dat het leugens zijn. Trumps opmerkingen over de omvang van het publiek bij zijn inhuldigingstoespraak waren zo onbeschaamd in strijd met wat we zagen dat het lachwekkende onzin leek. Maar Trump is geen kind dat zijn zin wil krijgen, hij heeft de macht. En de leugen behoort nu eenmaal vanouds tot het instrumentarium van de machthebber.
Ik sloeg er Machiavelli op na. Hij heeft een hoofdstuk ‘In hoeverre personen die macht uitoefenen hun woord moeten houden’. Lezenswaardig in dit verband. ‘Alexander VI was zowel in zijn gedachten als in zijn daden nooit met iets anders bezig dan met het bedriegen van mensen, en hij vond altijd wel iemand op wie hij zijn praktijken kon botvieren. En er is nog nooit iemand geweest die met meer nadruk iets kon beweren en met duurdere eden iets kon bevestigen dan hij. Maar er is ook nog nooit iemand geweest die zich er minder aan hield. Niettemin verliepen zijn bedriegerijen voor hem altijd naar wens, aangezien hij op dit punt de wereld door en door kende.’
Lievelingskost van Napoleon en Stalin. Hadden hun slachtoffers lessen kunnen trekken uit Machiavelli? Misschien wel in het stadium dat ze nog geen slachtoffers waren. Overigens kan de geschiedenis je ook hoopvol stemmen. Beatrice de Graaf trekt deze les uit de afloop van de grote oorlogen: ‘Telkens kwamen de landen bijeen om de orde te herstellen. En dat deden ze dan op basis van het idee dat alle landen op zichzelf waarde hebben, dat ze samen moesten zoeken naar principes van legitimiteit voor een nieuwe orde.‘