De vergelijking hoorde ik voor het eerst van de verwarmingsmonteur, die hulp kwam verlenen toen het vijftien graden vroor in de Amerikaanse hoofdstad. ‘Washington DC’, zei hij tijdens een wilde politieke uiteenzetting, ‘is het Rome van de 21ste eeuw.’ Later kwam de parallel terug, in interviews met mensen die van politiek commentaar leveren hun vak hebben gemaakt. Washington en Rome, beide het hart van een imperium waar na een periode van bloei het politieke verval onherroepelijk intreedt.
Geheel uit de lucht gegrepen is deze vergelijking niet. Washington is gesticht op een stuk land van een italofiele kolonist dat ‘Rome’ heette. In 2014 startte de Universiteit van Maryland een onderzoek naar de culturele overeenkomsten tussen Washington en de Italiaanse hoofdstad. En sinds een jaar hebben de Verenigde Staten ook hun eigen Caesar, die tegelijk symptoom en veroorzaker is van politiek verval.
Eenmaal in functie zouden de structuren van de Amerikaanse democratie Trump vanzelf tot redelijkheid dwingen, zo was de laatste hoop van iedereen die met schrik kennis had genomen van de uitslag van de Amerikaanse presidentsverkiezingen van 2016. Twaalf maanden na zijn inauguratie lijkt eerder het omgekeerde te gebeuren: Trump verzet de bakens van wat het betekent om president van de machtigste democratie ter wereld te zijn en blijkt daarin voorlopig niet op harde grenzen te stuiten. De verwachting dat het gewicht van zijn ambt Trump gaandeweg meer presidentieel zou maken wordt vrijwel dagelijks gelogenstraft. Hijzelf is een ‘stabiel genie’, twitterde Trump. Migranten, zei hij tijdens een bijeenkomst met senatoren, komen uit ‘shithole countries’. Affaires met pornosterren moeten met behulp van zwijggeld stil worden gehouden. Het Witte Huis is een plek waar de werkdag van de hoofdbewoner begint rond elven en eindigt tegen zessen, waar hamburgers van McDonald’s de maaltijd van voorkeur zijn (uit angst voor voedselvergiftiging) en waar per dag twaalf blikjes Coca-Cola light in een 71-jarige slokdarm verdwijnen. Trump is de oudste president die ooit aantrad maar hij heeft gewoontes die je eerder verwacht van een veertienjarige die thuis zit zonder ouders, zo tekende journalist Michael Wolff op in zijn spraakmakende boek Fire and Fury: Inside the Trump White House.
Op de keper beschouwd is Wolffs werk niet meer dan slim gepresenteerde roddeljournalistiek. Maar zoals dat hoort bij roddeljournalistiek gaat het niet zozeer om het verhaal, maar om de namen. Donald Trump Jr., Ivanka Trump en Jared Kushner hebben de belangrijkste bijrollen in de huidige Amerikaanse regering. Toestemming voor dit nepotisme is door Trump op dag één van zijn presidentschap via een verzoek bij de rechter verkregen. Die oordeelde dat bestaande politieke functies niet aan bloedverwanten mogen worden uitgedeeld, maar dat de wetten van de VS wel ruimte bieden om familieleden als adviseurs op het Witte Huis te benoemen. De Chinezen hadden het goed door. In Peking, zo tekende The New Yorker onlangs op, circuleert het rapport van een denktank waarin de regering-Trump wordt omschreven met de term ‘jia tian xia’: de staat behandelen alsof het je persoonlijke bezit is.

De internationale politiek lijkt zich neer te leggen bij Trumps gewoonte om de politiek te behandelen als een familiebedrijf. Angela Merkel, Justin Trudeau en andere wereldleiders lieten zich glimlachend fotograferen met Ivanka Trump, alsof ook zij een verkozen vertegenwoordiger is. Geen van de staatshoofden protesteerde toen zij als plaatsvervanger van haar vader aanschoof bij een g20-bijeenkomst. Als het zo eenvoudig is om het mondiale politieke toneel via een achterdeurtje te betreden, komt het niet als een verrassing dat Ivanka zelf presidentiële ambities koestert, om nog een van de onthullingen uit Fire and Fury te noemen die simpelweg bevestigt wat velen al dachten.
Overheidsdiensten huren inmiddels ruimtes in Trumps gebouwen en hoewel Trump zelf niet meer aan het roer staat, sloot de Trump Organisation het afgelopen jaar vastgoeddeals in onder andere China en de Filippijnen, terwijl de leider van Amerika zich op diplomatiek vlak tot die landen moet verhouden.
Ook kan Trump nu al in de geschiedenisboeken als de president die er het meeste publiek geld doorheen heeft gejaagd om zijn persoonlijke levensstijl te financieren, constateert David Frum in zijn pas verschenen boek Trumpocracy: The Corruption of the American Republic. Op driekwart van zijn eerste jaar als president had Trump meer reiskosten gemaakt dan Obama in acht jaar tijd, vooral dankzij tripjes naar zijn resort in Florida à raison van drie miljoen dollar per keer. De veiligheidsdiensten die Trump en zijn familie escorteren op hun reizen zakelijk en privé waren in augustus door hun budget heen.
Trump is een president die het hoogste politieke ambt gebruikt als persoonlijk vehikel en daarmee de democratie ondermijnt, is de conclusie van Frum, die columnist is bij The Atlantic en speeches schreef voor George W. Bush. Hoewel er geen wet is die dat verplicht, heeft iedere president en presidentskandidaat sinds Nixon zijn belastingaangifte openbaar gemaakt. Trump niet, ook al beloofde hij dat tijdens zijn campagne wel te doen. De exacte financiële huishouding van president Trump blijft daarmee buiten het zicht van het publiek.
‘Democratie is werk in uitvoering’, schrijft Frum, ‘en dat geldt ook voor het ontmantelen ervan.’ En zo breekt Trump de democratie in Amerika af: door de normen die een presidentschap inkaderen en controleerbaar maken stuk voor stuk te breken.
Frum rapporteert hoe Trump in maart vorig jaar alle openbaar aanklagers ontsloeg die nog benoemd waren onder Obama. Dit is geen ongewone praktijk voor een nieuwe president, maar de regering-Trump wacht buitengewoon lang met het aanstellen van nieuwe aanklagers en verschillende Amerikaanse media berichten dat Trump, in tegenstelling tot zijn voorganger, zich persoonlijk bemoeit met de keuzes voor kandidaten. Vooral New York en Washington hebben zijn interesse, de twee jurisdicties waarin Trump de zakenman en Trump de president actief is. Ook hier geldt: het is niet onwettig, maar wel ongewenst als je gelooft in de scheiding der machten.
En precies daar zit het probleem. ‘Donald Trump heeft nooit geaccepteerd dat de wet gescheiden moet zijn van de politiek’, schrijft Frum. Het extreemste voorbeeld van hoe Trump het juridisch apparaat in zijn richting probeert te buigen was het ontslag van fbi-directeur James Comey, afgelopen mei, omdat die niet van plan leek het onderzoek naar Russische inmenging in de Trump-campagne te staken. Trumps verklaring waarom hij dit deed staat prominent op de lijst van meer dan tweeduizend misleidende of valse claims die hij sinds zijn aantreden deed (The Washington Post hield dit bij, het komt neer op meer dan vijf per dag). ‘Ik besloot om het gewoon te doen. Ik zei tegen mezelf: dit Rusland-ding, met Trump en de Russen is een verzonnen verhaal.’
Inmiddels weten we dat de Russische connecties van Trump en zijn entourage geen verzinsel zijn. Als presidentskandidaat werkte hij aan een vastgoeddeal in Moskou. Drie van Trumps oud-medewerkers werden de afgelopen maanden gearresteerd vanwege hun banden met de Russische zakelijke en politieke wereld. Het begon met de stille arrestatie van George Papadopoulos, een jonge adviseur van Trump van wie inmiddels vrijwel zeker vaststaat dat hij als intermediair tussen het team van Trump en kringen rondom het Kremlin fungeerde. Daarna volgden Paul Manafort, Republikeins partijveteraan, die geld ontving van Russische oligarchen, en veiligheidsadviseur Michael Flynn, die bekende valse verklaringen te hebben afgelegd over zijn Russische contacten. Tijdens Trumps inauguratie sms’te Flynn naar zakelijke contacten dat het nu snel gedaan zou zijn met de sancties tegen Rusland.
Trumps presidentschap is ook uniek als het gaat om het afbouwen van invloed van experts op het presidentieel beleid. Eén jaar na zijn inauguratie zijn honderden cruciale politieke posten nog steeds onbemand. Het Witte Huis presenteert dit als een operatie om het openbaar bestuur efficiënter te maken, maar met name op het gebied van buitenlandbeleid en binnenlandse veiligheid wordt steeds duidelijker dat de regering-Trump een lege huls is. Op sommige departementen (Onderwijs, Binnenlandse Zaken) loopt het aantal onvervulde posten op tot zestig procent. Bij Buitenlandse Zaken is het meer dan de helft. Daarmee kruipt Trumps presidentschap dicht tegen een autocratie aan, in de letterlijk zin des woords: zelfbestuur. ‘Ik ga bij mezelf te rade’, antwoordde Trump toen nieuwszender msnbc vroeg wie hem adviseerde op het gebied van buitenlandse politiek.
Voor zover de 45ste president van de Verenigde Staten adviseurs buiten zijn eigen familiekring duldt, is hun aanwezigheid vaak van korte duur. Trump vestigde een record in het verloop van zijn team gedurende het eerste jaar. Ruim een derde van zijn personeelsbestand werd ontslagen, stapte voortijdig op of kreeg een andere positie toegewezen, rapporteerde denktank Brookings die de telling bijhield. Ter vergelijking: bij Obama was dat negen procent, bij George W. Bush zes procent. In veel gevallen ging er een schandaal of openbare ruzie vooraf aan een vertrek.
Gezondheidsminister Tom Price moest opstappen omdat hij excessief gebruik maakte van privé-vliegtuigen op kosten van de Amerikaanse belastingbetaler. Anthony Scaramucci hield het twee weken vol alvorens hij een scheldkanonnade hield tegen een verslaggever van The New Yorker. Het onvermogen van Trump om een stabiele kring bekwame medewerkers op te bouwen, versterkt de mate waarin het Witte Huis op de Trump-clan leunt.
Een president die de macht liefst binnen een kleine kring houdt, het staatsapparaat als persoonlijk instrument gebruikt en die zakelijke en politieke belangen met elkaar vermengt, dat is de wereld gewend van landen waar de democratie wankel of geheel afwezig is. Met Trump heeft dit type autoritaire politiek ook in de VS wortel geschoten, is een conclusie van een groeiend aantal politieke experts.
Brian Klaas, onderzoeker aan de London School of Economics en specialist op het gebied van autoritaire regimes, spreekt in dit verband over Trump als een ‘leerling-despoot’ die de democratie in de VS meer schade toebrengt naarmate hij langer in het Witte Huis zit. ‘Zelfs als het presidentschap van Trump faalt, kan hij miljoenen geesten vergiftigen door autoritair leiderschap als nieuwe norm te stellen’, schrijft Klaas in The Despot’s Apprentice: Donald Trump’s Attack on Democracy.
De democratische aantasting in de VS gaat verder dan enkel het presidentschap. Ook het Congres heeft een afslag genomen weg van normen die een democratie helpen functioneren, zoals transparantie en de bereidheid tot compromis. Dat werd duidelijk kort voor het einde van 2017 toen in het Congres een nieuwe belastingwet werd aangenomen, de enige wet van betekenis die Trump en de Republikeinen in één jaar tijd door middel van stemming voor elkaar hebben kregen. Daarvoor moesten wetgevende procedures tot het uiterste worden uitgerekt. In tegenstelling tot wat de gewoonte is, werd het wetsvoorstel in stemming gebracht zonder dat er ruimte was voor een inhoudelijke behandeling of precieze doorrekening. Een motie van de Democraten met daarin de vraag om tijd om de vierhonderd pagina’s tellende belastingwet daadwerkelijk te kunnen lezen werd door de Republikeinen geblokkeerd.
Trump en de Republikeinen hadden haast vanwege een procedureel afsnijweggetje dat ze hadden gekozen om de belastingwet erdoorheen te drukken. In plaats van een regulier wetsvoorstel in te dienen, presenteerden de Republikeinen hun plan als een begrotingsmaatregel die voor het einde van het jaar moest worden afgehamerd. Daarmee volstond een simpele meerderheid van de helft plus één, in plaats van de gebruikelijk tweederde meerderheid. Republikeinen stemden collectief voor, de Democraten en bloc tegen, over een wet waarvan niemand precies wist wat erin stond. Het is een illustratie van de diepe verdeeldheid in de Amerikaanse politiek, waarin partijloyaliteit het doorslaggevende argument vormt in het maken van politieke afwegingen.
Het resultaat is een nieuw belastingstelsel dat roofbouw pleegt op arm Amerika. Bedrijven en inkomens boven de zeventigduizend dollar kunnen belastingverlaging tegemoet zien. Iedereen daaronder gaat op den duur juist méér belasting afdragen. Om te betalen voor dit douceurtje aan de bovenlaag moet de Amerikaanse overheid, met toch al een historisch hoge schuldenlast, meer gaan lenen: vijftienhonderd miljard dollar over de komende tien jaar.
De democratische problemen van de VS zullen hiermee nog groter worden, meent Edward Luce, de Washington-specialist van de Financial Times en auteur van The Retreat of Western Liberalism, een boek waarin hij het verval van het Amerikaanse liberalisme boekstaaft. ‘Het is een overwinning van de belangen van financieel kapitaal op de democratie, en zal de omstandigheden die hebben geleid tot een leider als Trump waarschijnlijk verergeren. Trump maakt zijn beloftes over investeringen in infrastructuur, banen in de productiesector en loongroei niet waar, maar tekent wel een regressieve belastingwet. De onvrede in Amerika buiten Washington zal daardoor alleen maar toenemen.’
Twaalf maanden nadat Trump het Witte Huis heeft betrokken valt er een eerste rapport op te maken over de schade aan de Amerikaanse democratie. De structuren staan, maar van binnen zit de rot. Gedreven door een Congres dat vanwege een loopgravenoorlog tussen de Democraten en de Republikeinen goeddeels op slot zit, zet Trump een trend door die onder Obama begonnen is. Ook hij probeert voornamelijk per decreet te regeren in plaats van de institutionele weg te kiezen die via het Huis van Afgevaardigden en de Senaat loopt. Wat Trump daaraan toevoegt is een openlijke strijd met instituties die de Amerikaanse democratie schragen. Het nieuws is ‘fake’, het justitieel apparaat een ‘laughingstock’ en gekozen volksvertegenwoordigers zijn ‘sad’, zo heeft Trump per tweet verklaard.
Daarmee is het Amerikaanse politieke stelsel niet direct van aard veranderd maar wel aan erosie onderhevig. ‘Als je kijkt naar de instituties, dan stort het systeem niet zomaar in elkaar’, luidt de conclusie van Edward Luce. ‘Er is nog altijd een scheiding van de machten en een grondwet. De media functioneren min of meer naar behoren en de rechterlijke macht doet zijn werk. Maar als je kijkt naar de Verenigde Staten door een politiek-culturele bril, zie ik een dramatisch falen.’
De vraag is wat de oorlog tussen de president en zijn democratie verder nog gaat brengen. Komt het echt tot een confrontatie op leven en dood – in politieke zin? De gebeurtenis waaruit kan blijken hoe robuust de Amerikaanse democratie daadwerkelijk is, tikt als een tijdbom onder deze illiberale fase in de geschiedenis van de Verenigde Staten. Het onderzoek van Robert Mueller, de speciale aanklager belast met het onderzoek naar Russische inmenging in de campagne voor Trump, is de afgelopen maanden op stoom gekomen en lijkt zich inmiddels uit te strekken naar het Witte Huis zelf.
Tot nu toe hebben we gezien dat Trump zich weinig gelegen laat liggen aan de normen die horen bij het Amerikaanse presidentschap. Hoe hij zal reageren als hijzelf of zijn directe familiekring onderdeel wordt van het strafrechtelijke onderzoek dat vanaf dag één boven zijn presidentschap hangt, laat zich lastig voorspellen, maar de kans is groot dat de ultieme stresstest voor de Amerikaanse democratie nog in verschiet ligt.