
In de beruchte Romeinse wijk Magliana, in de jaren zeventig verrezen maar daarna snel vervallen in armoede, corruptie en misdaad, is er een kermistreintje. Misschien heeft dat ooit gereden, maar al jaren staat het er, versteend in de tijd. De ooit vrolijke kleuren van de locomotief zijn vervaagd, de wielen zijn verroest, de rails zijn kapot. Het beeld, in Matteo Garrone’s Dogman, zegt alles over de mensen die hier wonen. Ze zijn in de greep van tirannieke criminele en corrupte plaatselijke bestuurders. Ze kunnen geen kant op, ook Marcello niet, de man van de honden.
Marcello (Marcello Fonte) verzorgt honden beter dan hij mensen verzorgt. Wassen, masseren, drogen, uitkammen, eten geven. Deze dingen doet hij niet eens voor zijn dochtertje van een jaar of tien. Hij is duidelijk gek op haar, maar ze woont niet bij hem. Haar moeder voedt het kind op. Tot beter is Marcello niet in staat. Elke dag is overleven. Coke dealen hoort erbij, vooral om zijn ‘vriend’ Simoncino (Edoardo Pesce), een beul die de wijk terroriseert, tevreden te houden.
Garrone bouwt zijn verhaal langzaam maar dwingend op. Zoals in zijn gangsterfilm Gomorrah (2008) schetst hij nauwkeurig het dagelijkse leven van zijn personages, allemaal doorsnee inwoners. De camera toont de setting in brede beelden, soms op het epische af, maar groezelige close shots maken duidelijk dat Magliana een plaats van wanhoop en fragmentatie is. Doorgaans is er een suggestie van het exotische, zoals het kermistreintje, maar ook wanneer Marcello op zijn laptop verre reizen ‘boekt’ met zijn dochter op zijn schoot. Hier komt nooit iets van terecht, want Marcello zit klem.
Niemand durft iets te doen tegen de terreur van Simoncino en anderen zoals hij. Het dilemma: onderneem je actie, door bijvoorbeeld aangifte te doen bij de politie, dan volgen er onvermijdelijk represailles; doe je niets, dan heb je geen leven, want het geweld en de intimidatie van de gangsters kennen geen grenzen. Wanneer de middenstand toch gezamenlijk in opstand lijkt te komen, moet Marcello kiezen. Maar hoe? Hij is immers Simoncino’s hulpje. Stopt hij hiermee, dan wordt hij in elkaar geslagen. Bovendien: dit werk levert hem geld op. En zijn droom is met zijn dochtertje op vakantie te gaan, ver weg van Magliana.
Dogman toont een tragedie: mensen die in armoede leven maken domme beslissingen, temeer in situaties waarin de ‘sterke man’, gangsters in dit verhaal, in het vacuüm treden dat is gecreëerd door falende politici en bange gemeenschapsleiders. Dit is wrang, aangezien Marcello instinctmatig goed wil leven. In een prachtige scène keert hij ’s nachts terug naar een appartement dat Simoncino zojuist heeft beroofd. De reden: de beul heeft een blaffende hond in de vriezer gestopt. Marcello redt het dier, wekt het weer tot leven. Zijn daad is bij niemand bekend, behalve bij de kijker. De vraag aan ons: als Marcello geen slecht mens is, is er verlossing voor hem mogelijk? Het antwoord zien we in Dogman.
Te zien vanaf 6 september