Je ziet in iedere straat zwarte banners, tenten en grote emblemen die worden gebruikt voor de processies. Mannen slaan zich ter oefening met geselkettingen op de borst. Sinds de nieuwe president Rohani heeft gezegd dat de moraalpolitie vrouwen wel mag aanspreken op hun uiterlijk, maar niet mag arresteren of beledigen, doemen er nieuwe fenomenen op. Zo zijn er plots vrouwen die tijdens het autorijden hun hoofddoek aflaten. Ook de ‘schoonmakerslook’ is ineens populair; hierbij draag je de hoofddoek ‘on-islamitisch’ achter je oren. Belangrijker: er zijn plannen om de censuur te versoepelen, dissidente studenten mogen weer studeren en verboden ngo’s worden heropgericht.

Rohani doet zijn uiterste best om de banden met het Westen aan te halen. De onderhandelingen over Irans nucleaire programma werden weliswaar opgeschort, toch lijkt een deal tussen Iran en het Westen nabij. Uit opiniepeilingen zou blijken dat een meerderheid van de Iraanse bevolking voor een herstel van de diplomatieke banden met de VS is. Toch is lang niet iedereen er blij mee. Zo gingen tienduizenden Iraniërs begin deze maand de straat op om de verjaardag van de gijzelaarscrisis te vieren. Het was 4 november precies 34 jaar geleden dat een groep Iraanse studenten de Amerikaanse ambassade in Teheran bestormde en daar 52 personeelsleden 444 dagen gegijzeld hielden. Hiermee werden de diplomatieke banden tussen Iran en de VS verbroken en werd een decennia durende vijandschap ingeluid. Deze gebeurtenis werd dit jaar uitbundiger gevierd dan anders – een protest tegen Rohani’s verzoeningspogingen.

Een week eerder hadden hardliners zonder toestemming anti-Amerikaanse posters langs wegen en pleinen in Teheran gehangen. Meteen de volgende dag liet de Iraanse regering deze haatposters verwijderen. Misschien zal het nieuwe nucleaire overleg, dat voor 20 november in Genève staat gepland, resulteren in een akkoord. Met zo’n grote verdeeldheid in eigen land zullen de moeilijkheden voor president Rohani daarmee echter niet van de baan zijn.