© Amazon Prime

De mentor spreekt tot de leerling . Het is 1958 en Sophie Lennon, de meest gevierde comédienne van New York, geeft advies aan Miriam Maisel, een up and commer in de stand-upcomedyscene. ‘Mannen’, luidt het advies, ‘willen niet om je lachen. Ze willen je neuken.’ Op het podium kun je, kortom, beter geen vrouw zijn, maar een ding. ‘Cover up that hole.’ Later zal Miriam, die liefkozend Midge wordt genoemd, zich boos maken over Sophie’s goed bedoelde raad. Waarom, vraagt ze zich af, wordt van vrouwen verwacht dat ze zich dom voordoen, of hulpeloos? Waarom wordt van ze verwacht dat ze sorry zeggen? Waarom wordt van ze verwacht dat ze ontkennen dat ze behoeften hebben? Midge stelt al die vragen aan het publiek, maar heeft het eigenlijk tegen zichzelf. Waarom heeft ze zo lang ontkend dat ze behoeften heeft?

Op het eerste gezicht vertelt The Marvelous Mrs. Maisel, een prestigieus opgezette tv-comedy, dus met een hoog budget en een eerste seizoen bestaande uit acht lange afleveringen, een verhaal over emancipatie; een ‘superheldenverhaal’ volgens The New York Times. De mevrouw uit de titel is een keurige joodse moeder en echtgenote, welgesteld en met een appartement aan de Upper East Side. Een perfect appartement. Ze organiseert de perfecte etentjes, ze heeft de perfecte maten en ze voedt de perfecte kinderen op. Haar man Joel heeft een saaie kantoorbaan maar treedt ’s avonds op in cool Greenwich Village, hopend op een doorbraak als stand-upcomedian. Midge, de perfecte echtgenote, vergezelt hem in een hippe zwarte coltrui. Ze is zijn manager, zijn coach, zijn grootste fan. Perfect, perfect, perfect. Ze is zo perfect dat Joel bijna geen adem meer krijgt. Tegen haar perfectie steekt hij zelf schril af.

Op een avond – we zijn pas bij aflevering 1 – gaat Joel zo tenenkrommend af op het podium, met grappen die hij, zo weet Midge inmiddels, niet eens zelf heeft bedacht, dat hij haar niet meer onder ogen kan komen. Hij pakt zijn spullen en vertrekt. En trouwens, hij heeft ook een affaire met zijn secretaresse. De grap is: Joel is amper de deur uit, of het is Midge die als komiek op het podium staat, dronken, gekleed in haar nachtjapon en, in tegenstelling tot Joel, met een goeie act. Scherp en gevat was ze al, maar nu is ze dat voor een publiek. Ambitieus was ze ook, als het ging om de would be-carrière van haar man, of het organiseren van Jom Kipoer, maar voortaan dient haar ambitie haar eigen ontwikkeling, haar eigen carrière.

Zo voorspelbaar en politiek correct als dat klinkt, zo fijn, genuanceerd en interessant is Mrs. Maisel. Het is een serie waar het plezier dik overheen is gesmeerd, waarin overdadige tableaus zich ontvouwen als platen uit een kinderboek. Maar het grootste plezier schuilt in de ontluikende ambitie van Midge. Want hoe vaak – en, interessanter: hóe – zie je vrouwelijke ambitie eigenlijk in beeld gebracht?

‘Ik vind het niet erg om alleen te zijn, maar ik wil niet onbeduidend zijn. Jij?’

Er is de neurotische zakenvrouw, met knotje en mantelpak, die dat haar eens los zou moeten gooien; voelen dat ze vrouw is. Er is de gewetenloze vrouwelijke magnaat die niet ‘lekker fout’ is, zoals haar mannelijke evenknie, maar immoreel en, veel erger, humorloos. Er is de bitch die over lijken gaat. Er is de journaliste die konkelt en met haar bronnen naar bed gaat. Er is de streber die te graag wil, wat haar niet alleen irritant maar vooral sneu maakt. Vrouwelijke ambitie wordt, in zowel matige als goede films, gevat in gemakzuchtige clichés. Ambitieuze vrouwen worden neergezet als manipulatief, onethisch, niet te vertrouwen, of anders als seksloos en verkrampt. Google ‘uptight’ en je vindt de ‘uptight businesswoman’, met een film als voorbeeld erbij. Ambitie is niet sexy, althans niet als het om vrouwen gaat.

In de jaren twintig werd het Amerikaanse modebeeld bepaald door de geëmancipeerde flapper, de moderne jonge vrouw die rookte en dronk, die korte rokken en kort haar droeg, die stemde, langer vrijgezel bleef en haar eigen geld verdiende. Haar populariteit bereikte ook Hollywood, dat antwoordde met het working girl-genre, waarin de flapper een blue collar-baantje had als hatcheck girl of winkelmeisje. Maar hoe vernieuwend de flapper ook was, de working girl-film volgde altijd een Assepoester-achtige verhaallijn met Victoriaanse moraal, waarin de hoofdpersoon voor haar baas valt en – happy ending – met hem trouwt. De ambitie van dit eigenzinnige vrouwelijke personage, dat ongekend vrijpostig ‘Hot socks!’ exclameerde als ze een aantrekkelijke man zag, reikte uiteindelijk niet voorbij het huwelijk. Ze joeg weliswaar status na, maar verkreeg die door ermee te trouwen. Hoe kun je vrouwelijke ambitie ook verbeelden als die vrouwen zich altijd, op de een of andere manier, tot mannen moeten verhouden?

Ze strijden niet aarzelend of behaagziek, niet beschaamd of verontschuldigend...

‘Ik vind het niet erg om alleen te zijn, maar ik wil niet onbeduidend zijn. Jij?’ In Mrs. Maisel is het de cynische, lompe Susie die Midge’s talent ontdekt en hoopt te cultiveren. Susie’s autonomie kan niet anders dan aantrekkelijk zijn voor Midge, die voor het eerst proeft van een leven waarin ze haar eigen keuzes maakt, waarin ze niet onbenullig is maar centraal staat. Waarin ze geen rekening hoeft te houden met een man. Susie bijt zich vast in Midge’s talent; Midge kan op haar beurt niet zonder Susie’s expertise. Anders dan bij A Star Is Born, de filmklassieker die dit jaar in een vierde versie de bioscoop bereikte, is de katalysator van Midge’s ambitie geen romance met een man maar een vriendschap met een vrouw. Een interessanter verschil met A Star Is Born, waarvan de titel de climax verraadt, is dat in Mrs. Maisel roem niet het eindpunt is. Waar de meeste verhalen over talent scharnieren op het punt waarop het wordt ontdekt, daar gaat Mrs. Maisel over het schuren en slijpen van een talent dat veel ruwer is, nog lang niet af. We zien Midge wérken. We zien hoe ze op haar smoel gaat en weer opkrabbelt, hoe ze worstelt en twijfelt. Hoe ze leert van andere komieken, aantekeningen maakt, grappen uitprobeert. Hoe ze fouten maakt, en hoe ze daarvoor wordt gestraft. Hoe ze lijdt, maar nooit aan zelfmedelijden. ‘Laat die Bambi-act maar vallen’, zegt Susie in een heerlijke I-call-bullshit-monoloog. ‘It is tired and it is weak. And you are not tired and you are not fucking weak.’

Mrs. Maisel is weelderig en troostrijk, lichtvoetig en warm. Het is een serie met een strik erom, gesitueerd in een New York waar het altijd Kerstmis is. Iedereen is mooi en gevat; iedere prop en ieder woord staat op zijn plek. Maar Amy Sherman-Palladino, die de serie bedacht en deels schreef en regisseerde, gebruikt die perfecte wereld juist om hem te contrasteren met de imperfectie van haar personages. Hoe ontegenzeggelijk mooi de setting ook is, de personages zijn geenszins eenduidig. Ze maken denkfouten, ze nemen verkeerde beslissingen. Soms leren ze er niet eens van, ze modderen gewoon voort, door naar de volgende aflevering. Midge beleeft triomfen, zeker, maar die zijn niet zonder consequenties. En dan zijn er nog de hordes die simpelweg niet te nemen zijn.

Rachel Brosnahan als Miriam Maisel in de serie The Marvelous Mrs. Maisel © Amazon Prime

In een recent artikel over de verbeelding van werk in film schrijft filmblad Sight & Sound over misschien wel de meest iconische film over vrouwelijke ambitie. ‘Working Girl’, stelt Hannah McGill, ‘is besmet met het idee dat werk voor een vrouw onbetamelijk of moreel dubieus is. De titel alleen al is een speels eufemisme voor “prostituee”.’ Mike Nichols’ film uit 1988 voert Tess op, een meisje uit de arbeidersklasse met a head for business and a body for sin. In tegenstelling tot de meeste van Hollywoods filmvrouwen is Tess’ ambitie niet noodzakelijk. Ze hoeft geen gezin te onderhouden, ze heeft het geld niet nodig. Ze is simpelweg ambitieus omdat ze iets wil bereiken. Working Girl is een sympathieke film, die de vraag of een vrouw wel ambitieus mag zijn dan ook eenduidig beantwoordt met ja. Maar dat is het punt niet. Het punt is dat de vraag überhaupt wordt gesteld. Het punt is dat nee zou betekenen dat haar ambitie haar onaantrekkelijk, want minder vrouwelijk maakt. Het punt is dat de film de vraag niet aan Tess stelt, maar aan de mannen om haar heen. De vraag is wat zíj van haar ambitie vinden. Of zíj haar nog wel aantrekkelijk vinden. Of zíj vinden dat ze haar seksualiteit exploiteert.

In Mistress America (Noah Baumbach, 2015) wordt diezelfde vraag opnieuw door een man beantwoord. Tracy, een studente met literaire ambities, is afgewezen door haar beste vriend, die ook schrijft. Waarom koos je voor die ander, vraagt ze hem, en niet voor mij? ‘I wanted someone I could love, not keep up with’, zegt hij. Het is een mooie observatie van de manier waarop concurrentie de liefde in de weg kan zitten. En tegelijkertijd denk je: wat ben je voor een lul dat je niet kunt houden van iemand die slimmer en talentvoller is dan jij?

Vergeleken bij de twijfelende, om goedkeuring vragende Tess en Tracy is Midge in Mrs. Maisel bijna anachronistisch onbesuisd. Maar dat ze zich nogal onbekommerd in het diepe stort, zegt meer over haar naïviteit dan over haar vrijheid. Een running gag is de vraag of ze dan niet kan zingen, een verkapte manier om te vragen waarom ze, specifiek zij, met dat knappe gezichtje van haar, in godsnaam komiek wil worden. Zingen is mooi, grappen maken is lelijk. Cover up that hole. Het zijn voor de hand liggende grappen over voor de hand liggend seksisme, die Sherman-Palladino pareert met meer ambigue vragen over ambitie, en de verantwoordelijkheid die ambitie met zich meebrengt. Midge’s keuzes hebben gevolgen, niet alleen voor haarzelf maar voor alle mensen om haar heen, en die keuzes zullen uiteindelijk culmineren in een wrange climax. Zorgvuldig en effectief, zeker voor een goedgemutste comedy, schetst Sherman-Palladino de complexiteit van het kunstenaarschap.

... ze strijden struikelend en opkrabbelend, onderhandelend, not tired, not fucking weak

Ook Mrs. Maisel stelt de vraag of een vrouw, deze vrouw in het bijzonder, ambitieus mag zijn. Omdat Sherman-Palladino je de zaak van alle kanten laat bekijken, door de ogen van alle personages, geeft ze je de vrijheid om nee te antwoorden. Maar áls je nee antwoordt, dwingt ze je om in ieder geval na te denken over de omstandigheden die tot dat antwoord hebben geleid. Waarom, laat ze je je afvragen, zou Joels succes minder consequenties hebben gehad? Waarom zijn Midge’s offers groter dan de zijne?

Midge is gebonden maar niet onvrij. Ze heeft geld, privileges. Ze kan het zich veroorloven om ambitieus te zijn waar andere vrouwen, in andere films en series, zich dat niet kunnen veroorloven. Eerder dit jaar bracht Damien Chazelle zijn Neil Armstrong-biopic First Man uit, waarin hij en passant een verstikkend portret schetst van Jan, de echtgenote die achterbleef. Ingesloten in suburbia, met twee kinderen en de paparazzi op de stoep, tekent haar onvrijheid zich scherp af tegen ambitie die zo ver reikt als de maan. In zijn psychologische heistfilm Widows portretteert Steve McQueen op zijn beurt vier vrouwen die tot meer in staat blijken dan ze zelf voor mogelijk hielden, en hij doet dat zonder er een emancipatieverhaal van te maken. Deze vrouwen, die tot hun misdaad worden gedwongen, zijn net zozeer in het nauw gedreven als Jan Armstrong. McQueen had een film kunnen maken over hoe ze nader tot elkaar komen en uiteindelijk samen zegevieren. In plaats daarvan laat hij zien dat zelfs saamhorigheid een privilege is, dat niet is weggelegd voor wie het water aan de lippen staat. Als een van de vrouwen begint te huilen roept een ander haar tot de orde: ‘We hebben meer te doen. Huilen staat niet op de lijst.’

Hoe anders gaat het eraan toe in twee andere nieuwe films: The Favourite (Yorgos Lanthimos) en Suspiria (Luca Guadagnino). De eerste speelt zich af aan het Britse hof van de vroege achttiende eeuw en de tweede in het Berlijn van eind jaren zeventig. In de eerste proberen twee vrouwen in het gevlij van Queen Anne te komen en in de tweede vindt er een machtsgreep plaats binnen een door vrouwen gerund dansgezelschap. In beide films gaat een ambitieuze jonge vrouw de strijd aan met andere vrouwen; ze beconcurreert en verleidt ze, ze imponeert en verovert ze. Met een glimlach haalt ze ze neer. Haar zucht naar macht is weliswaar dubieus maar wordt nooit afgekeurd, en zelfs niet verantwoord. In een wereld waarin ze zich niet aan een man hoeft te meten, hem niet hoeft te behagen en zijn toestemming niet nodig heeft, doet het er niet toe waarom ze ambitieus is. Het is niet dat er in deze films niets op het spel staat, integendeel, deze vrouwen strijden om de hoogste inzet: hun leven, hun trots, de ultieme macht. Het is niet de strijd die anders is, het is de manier waaróp ze strijden: niet aarzelend of behaagziek, niet beschaamd of verontschuldigend, niet vervuld van zelfhaat of zelftwijfel, maar struikelend en opkrabbelend, bluffend en onderhandelend, not tired en not fucking weak.

Iedere avond wachtte Midge tot Joel sliep voordat ze haar make-up afhaalde, haar gezicht insmeerde en haar krulspelden inzette. Iedere ochtend, wanneer het eerste licht haar wekte, haalde ze de krulspelden uit, waste ze haar gezicht en deed ze haar make-up en parfum op, nog voordat Joel wakker werd. Mrs. Maisel laat zien dat het niet alleen de samenleving is die vrouwen insnoert in verwachtingen, maar dat Midge dat zelf óók doet. De serie laat zien hoe ze kiest voor de rol van good little Jewish girl, of Bambi, of het hulpeloze vrouwtje, en roept haar ter verantwoording.

In een flashback zien we Midge en Joel op de ochtend na hun bruiloft, hun ‘perfecte bruiloft’, aan de vooravond van hun ‘perfecte leven’. Joel vraagt Midge of ze niet toch beter downtown kunnen gaan wonen, tussen de jonge mensen, in plaats van in het appartement boven dat van haar ouders. Maar Midge wil het allemaal: sjiek én hip zijn. ‘I can be a cool chick ánd have a doorman.’ Ze heeft ongelijk: ze kan niet alles hebben en ze is niet perfect. Pas als ze op het podium staat, als de adrenaline van het applaus haar doet vergeten welke rol ze ook al weer werd geacht te spelen, kan ze zich verzoenen met alles wat ze niet is: géén perfecte moeder, géén perfecte echtgenote, géén perfecte dochter, géén perfecte vrouw.

In het slot van seizoen 1 vloekt de overwinning van de een met het rock bottom van een ander. Het is een bitterzoet einde dat niet alleen nieuwsgierig maakt naar seizoen 2 (en 3, dat al is aangekondigd), maar bovenal tekenend is voor een serie die haar personages nergens mee laat wegkomen. Waarin succes verdiend moet worden en waarin een vermaning dient als peptalk.

Het tweede seizoen van The Marvelous Mrs. Maisel is vanaf 5 december te bekijken via Amazon Prime Video. The Favourite is vanaf 3 januari in de bioscoop te zien