In de ruim 2400 jaar oude tragedietekst Herakliden van de meest dwarse onder de Griekse tragici, Euripides, is het zwijgende koor dat van de asielzoekende kinderen van de gestorven halfgod Hercules. Wie het voor ze opneemt riskeert oorlog met Hercules’ erfvijand Argos. Athene neemt dat risico, een nobele, of zoals we dat tegenwoordig zeggen, politiek correcte houding. Die houding wordt onder druk gezet door de goden: slechts het offer van een hooggeplaatste maagd kan een oorlog met Argos om Herakles’ kinderen doen slagen. En na die oorlog eist de moeder van Hercules nóg een mensenoffer: dat van de gevangengenomen koning van Argos. Euripides’ Herakliden is een vernuftig stuk over keuzes en motieven, en over eerwraak.

Peter Sellars (Pittsburgh, 1957) behandelt de tekst als een tijdloos document over de zich verhardende argumenten tegen asiel zoekers. Dat deed hij al op de wereldpremière van zijn versie van The Children of Herakles in het Duitse Ruhrgebied, najaar 2002. Hij zou de voorstelling het komend decennium het liefst ieder jaar ergens spelen. En dat lijkt te gaan lukken. Het is hem in elk geval gelukt de Nederlandse première, vrijdag 4 juni, tevens start van het Holland Festival, te laten openen door de hoge commissaris van de VN-vluchtelingenorganisatie, Ruud Lubbers. Ook zullen er voorafgaand aan iedere van de vijf voorstellingen in de Beurs van Berlage in Amsterdam ontmoetingen zijn met deskundigen: grenswachten, ambtenaren van de IND, mensen die besluiten van politici moeten uitvoeren. En de vluchtelingen zelf: minderjarige asielzoekers zullen de rol van de kinderen van Herakles spelen, als zwijgend koor, dat het publiek in de ogen kijkt en de hand drukt. Ook worden er documentaires over het nijpende probleem vertoond. Sellars organiseert een totaalprogramma, in de beste tradities van het politieke en documentaire theater uit de jaren zestig en zeventig. Theater is voor hem een oord van overdenking, debat, troost. En: genot van herkenning.

De voorstelling is een wonder van eenvoud, schoonheid en zeggingskracht, ik beschreef dat een kleine twee jaar geleden al op deze plaats. In een vraaggesprek in het Franse blad Libération (20 november 2002) zei Sellars: «Ik heb de acteurs gevraagd zo helder te zijn als maar enigszins mogelijk is. De wereld van vandaag is ondoorgrondelijk. Als de toestand in de wereld politiek gesproken onmogelijk is geworden, als krachtige antwoorden zijn vereist, dan moet je bij de Griekse tragedieschrijvers zijn. Zij leren toeschouwers te luisteren. Het Griekse theater is in essentie akoestisch. Wij eindigen onze voorstelling, waarin geen letter Euripides is veranderd, met een roep om wraak. En we zeggen tegen het publiek: het is aan u! Zo kan theater zijn. Geen J’accuse. Maar ik stel u een vraag. Ik eis ruimte voor reflectie.»

Voor Peter Sellars is het theater een ruimte om stamelend en stotterend te vermijden tot definitieve conclusies te komen. Sellars’ humanisme is dwingend, maar nooit belerend. De taal in zijn enclave van de kunsten is niet louter esthetisch, wel politiek geladen. We verwerven middels Euripides’ tragedietekst inzichten over een rauwe werkelijkheid waarvoor we te vaak en te snel de ogen sluiten.

The Children of Herakles, Beurs van Berlage Amsterdam, 4, 5, 8 en 9 juni 19.00 uur, 6 juni 14.00 uur. Inlichtingen: www.hollandfestival.nl