Kritiek op het Internationale Monetaire Fonds (IMF) is allang niet meer voorbehouden aan de neo-hippies en autonomen die de jaarvergaderingen van de economische wereldregering traditiegetrouw begeleiden met demonstraties en rellen. Ook binnen hun eigen circuit komen de kille rekenmeesters van het Fonds steeds meer onder vuur te liggen. Joseph Stiglitz, tot voor kort hoofdeconoom van de Wereld bank (de directe partner van het IMF), kwam eerder dit jaar met een vernietigende analyse. Vol gens deze vroegere Witte Huis-adviseur is de fameuze shocktherapie van het IMF «meer shock dan therapie». De voorwaarden die het Fonds in samenspraak met het Amerikaanse ministerie van Financiën verbindt aan financiële hulp — terugdringen van de rol van de staat en totale liberalisering van de markt — pakten vooral in Rusland en Indonesië rampzalig uit. De verpaupering van de lokale bevolking sloeg daar als gevolg van de IMF-dictaten nog verder om zich heen, terwijl kapitaalvlucht juist werd gestimuleerd. Aldus werd er een tijdbom onder de mondiale stabiliteit gelegd. Dit alles wordt veroorzaakt door de onmetelijke arro gantie van de IMF-economen, die met onverstoorbare monomanie telkens weer hetzelfde recept uitschrijven. De opstellers van de IMF-adviezen zijn verslaafd aan de zoek/vervangknop op hun notebook, aldus Stiglitz.

Ook in Den Haag beginnen de twijfels aan de onfeilbaarheid van het IMF terrein te winnen. Naar verluidt gaf minister Herfkens van Ontwikkelingssamenwerking haar staf onlangs opdracht een interne notitie op te stellen over de dubieuze rol van het IMF in de mondiale armoedeproblematiek. Een nuttige exercitie, zij het wat laat op gang gebracht. In ieder geval te laat voor de Nederlandse Antillen. Die werden verleden week op last van Wim Kok en Gijs de Vries met huid en haar aan het IMF overgeleverd. Als «randvoorwaarde» voor financiële hulp aan de door orkanen geteisterde, zo goed als failliete eilanden dwong Kok zijn Antilliaanse collega Pourier in zee te gaan met het IMF, dat het komende jaar zal functioneren als een soort spookregering van Curaçao en de andere bovenwindse gebiedsdelen. Verleden maand gingen de Antilliaanse Staten akkoord met een «mach tigingswet», die erop neerkomt dat de lokale parlementariërs tijdens de komende hersteloperatie van het IMF vrijwillig buiten spel staan. In Nederland maakte premier Den Uyl tijdens de oliecrisis ook eens gebruik van zo'n mach tigingswet. Het verschil is dat in het Antilliaanse geval de carte blanche op bijna alle terreinen is afgegeven. Alleen ten aanzien van de voorgenomen privatisering van het Antilliaanse gevangeniswezen houdt men een vinger aan de pols. Op alle andere terreinen mag de regering-Pourier (lees het IMF) zonder parlementaire pottenkijkers zijn gang gaan. Op dat soort «be stuur lijke dynamiek» is het IMF bijzonder gesteld. Dat saneert makkelijker en is ook han dig als er broodrellen en andere vertrouwde bijwerkingen van de monetaire shocktherapie optreden. Al met al houden de Antillen onder druk van Den Haag op een volwaardige democratie te zijn. De orkaan van het IMF krijgt ruim baan.