De bevolking van Ferguson bestaat voor 67 procent uit (veelal arme) zwarten, maar de instituties van de stad – bestuur, politiekorps en schoolsysteem – worden in grote meerderheid gerund door blanken. De dodelijke schietpartij raakte dan ook een gevoelige snaar. De protesten begonnen met een wake op de plaats waar slachtoffer Michael Brown was neergeschoten. Woede kreeg echter de overhand boven het verdriet, culminerend in het plunderen van winkels en het gooien van molotovcocktails naar de politie.

Toch is dit geen louter door emoties gedreven, gewelddadige massa – een beeld dat de berichtgeving in de Amerikaanse mainstreammedia oproept. Zo omschrijft een jonge man in een tijdens de protesten opgenomen video het onrechtvaardige politieoptreden dat zwarten in Ferguson dagelijks ervaren als een bijproduct van hun economische situatie: ‘We keep giving these crackers [scheldwoord voor blanken] our money, staying in they complexes, and we can’t get no justice. No respect. They ready to put you out if you miss a bill. You got to be fed up.’ Met zijn analyse deed hij ook een oproep tot politieke actie. De acties leidden tot een gevoel van solidariteit onder de protesteerders. Op enig moment riep de maakster van de bewuste video: ‘Waar is het tuig? Waar zijn de straatbendes als je ze nodig hebt?’

Daarop riepen de protesteerders de gangs op een einde te maken aan ‘zwart-tegen-zwart-geweld’ en zich te verenigen in de strijd tegen onderdrukking. Dit was geen irrationele en apolitieke massa: de gelegenheid werd aangegrepen om iets te doen aan de uiteenlopende politieke uitdagingen waarvoor de zwarte gemeenschap in Ferguson staat.

Voor de camera’s van een lokaal tv-kanaal legde een andere jonge zwarte man uit waarom ook het platbranden van winkels een vorm van legitieme politieke actie kan zijn: ‘Dit is precies wat er gebeurt wanneer onze gemeenschap onrecht wordt gedaan. (…) Op deze manieren ontvangen ze geld: bedrijven en belastingen, politie bekeurt mensen, sleept ze voor de rechter, sluit ze op. (…) Als je dan hun inkomsten afsnijdt, dan organiseren ze de boel op hun manier – “wij zullen eten, jij gaat verhongeren”, gentrificatie – zetten je in je eentje in een bepaalde wijk en kijken of je verhongert. Maar dat gaat niet gebeuren, niet in St. Louis.’