Kaapstad – Regelmatig tref ik in de brievenbus een strookje met tekst aan. Zoals afgelopen week: ‘Good day, my name is Raphael skilled and experience man currently looking for a job as a painter, cleaner, housekeeper, gardener or any other general work that is available. Please note that I’m honest, reliable, trustworthy and hardworking person.’ Gevolgd door een telefoonnummer.
Ik probeer me Raphael voor te stellen. Waarschijnlijk komt hij uit Malawi (Zuid-Afrikanen vertikken het om als tuinman te werken), woont hij in Masiphumelele, een stoffige township een kilometer of tien verderop en is hij in een taxibusje naar de witte buurt gekomen om bij elke brievenbus zijn strookje achter te laten. Hoeveel reacties zal Raphael krijgen? Nul, vrees ik. Mensen nemen, gezien het toegenomen aantal inbraken, niet snel ‘een vreemde’ aan. Mogelijk heeft Raphael zich inmiddels aangesloten bij de groepjes jonge zwarte mannen die bij drukke kruispunten staan. Sommigen met een verfroller, anderen met een waterpas, om te laten zien waar hun specifieke kwaliteiten liggen. Soms stopt er een bakkie en gebaart de chauffeur hoeveel man hij vandaag nodig heeft. Drie, vier, vijf mannen sprinten naar de auto en springen in de laadbak, verzekerd van werk voor een dag.
Een vaste baan is iets exotisch geworden in Zuid-Afrika. Niet alleen in de zwarte en gekleurde townships, waar gebrek aan scholing samengaat met hoge werkloosheid, maar ook in witte kringen. Veel van mijn vrienden en kennissen knopen de eindjes aan elkaar door verschillende bronnen van inkomsten met elkaar te combineren: kopen en verkopen, wat freelancewerk, wat lenen en vooral plannen bedenken om online geld te maken. Zo sleep je je van de ene maand naar de andere.
Zuid-Afrika verkeert in een crisis. Deels heeft dat te maken met de wereldconjunctuur, waar het land als grondstoffenproducent nauw mee verbonden is. Deels heeft het te maken met negen jaar Jacob Zuma die er als president in slaagde om het land akelig dicht bij het predikaat ‘mislukte staat’ te krijgen. In het tweede kwartaal van dit jaar bedroeg de werkloosheid 27,2 procent. Als je hen die zijn opgehouden met zoeken naar werk ook meerekent is dat cijfer 37,2 procent. Maar er is ook goed nieuws. Met de komst van president Cyril Ramaphosa eind vorig jaar lijkt de privésector weer bereid stevig in het land te investeren. Er is hoop voor Raphael.