Eigen schuld, zou je kunnen zeggen. Moet je maar geen film over vervelende mensen maken, maar dat is te makkelijk gedacht. Cholodenko gaat met verve het milieu van New Yorkse kunstsmaakmakers te lijf, een milieu dat al te vaak en al te makkelijk in clichés is voorgesteld. Ze is zich daar zeer bewust van, maar toch koos ze voor een route die rakelings langs de clichés scheert. Dat is zeker niet de makkelijkste weg. Het is eigenlijk vragen om misverstanden. Of dat al niet riskant genoeg was, koos Cholodenko voor een fraaie en zeer stijlvolle fotografie van haar film. De mooie en serieuze buitenkant maken het nog moeilijker om te zien waar en hoe ze afstand neemt van de holle schoonheid van haar onderwerp.
Cholodenko voert ons een verveelde en vervallen wereld binnen via de jonge, levenslustige pas afgestudeerde studente Sid. Sid werkte als stagiaire bij een modieus kunstzinnig fototijdschrift. Binnen dit wereldje van elkaar naar de mond pratende trendsetters wist ze zich door ijveren en slijmen zo goed te handhaven dat ze als aankomend redacteur mocht blijven. Nu moet ze zich waarmaken. Door stom toeval komt haar grote kans als vanzelf op haar weg. Je zou kunnen zeggen dat ze er eerst over struikelde voordat ze hem zag. Je zou ook kunnen zeggen dat ze onmiddellijk haar kans rook en alleen voor de vorm op haar bek ging. Het pleit voor de film van Cholodenko dat beide interpretaties tot het einde aan toe mogelijk blijven.
Sid blijkt een ooit spraakmakende fotografe als bovenbuurvrouw te hebben. Lucy Berliner leverde tien jaar daarvoor reportages en omslagen voor de meest toonaangevende bladen, maar verdween ineens in het niets. Ze zou ergens in Berlijn zitten. Ze zou niet meer fotograferen. De wereld draaide verder en vergat Berliner. Niemand merkte het dan ook op dat ze weer terug was in New York. Ze leeft op de zak van haar rijke joodse moeder. Een zak die groot genoeg is om er een royaal drugsdieet op na te houden en een reeks parasiterende vrienden mee te laten snuiven. De grootste verbruikster is Lucy’s vriendin Greta. Greta is een hopeloos verslaafde Duitse actrice die al gebruikt sinds de tijd van Fassbinder. Greta is zo'n figuur in High Art die je makkelijk van het etiket cliché zou kunnen voorzien. De verloederde gewezen diva. Greta speelt haar verloedering met verve. Zo veel verve dat een satirisch element het clichématige uitwist. Zodra Sid binnenstapt in de wereld van Lucy is het Greta die in de zogenaamd onschuldige buurvrouw het gevaar van de concurrente herkent. En wellicht ook de brandende ambitie doorziet. Sid wil Lucy verleiden tot het leveren van een bijdrage aan haar tijdschrift. Het zou een spectaculaire comeback en herontdekking betekenen waarvan de glans op Sid zou afstralen. Maar iedereen profiteert hiervan, en je zou ook kunnen zeggen dat Lucy haar fotosessie gebruikt voor een erotisch verzetje met de volslanke Sid.
Typerend voor de aanpak van Cholodenko is dat de foto’s die Lucy van Sid maakt, echt sterke foto’s zijn. Dat de kwaliteit van die foto’s toch maar door die papegaaiende kunstpausjes van het trendy tijdschrift wordt erkend en Sid al of niet berekend uitkomt waar ze wilde wezen. Even typerend is dat Cholodenko alle moeite heeft gedaan om de vele door drugs benevelde bijeenkomsten zo vorm te geven dat de beneveling bezit van de film lijkt te nemen. Ze blijft niet op een afstandje staan gluren naar al die irritante mensen, maar ze mengt zich er midden in. Ja, dat is de kunst. Hoog of niet.
- Tom Tykwer geldt als het grote talent van het huidige Duitse filmen. Zijn derde film Lola Rennt is binnen en buiten Duitsland een groot succes. De debuutfilm Die tödliche Maria was een originele en beklemmende proeve van bekwaamheid. Winterschläfer is Tykwers tweede en wordt nu hier uitgebracht. In deze film demonstreert Tykwer zijn technische vaardigheden op zo'n uitsloverige manier dat de tamelijk onbenullige personages grotesk en belachelijk worden. Je kunt ook te veel je best doen op een film.