Abidjan – De bioscoopzaal van de economische hoofdstad van Ivoorkust stroomt vol. Naast een dozijn Europese expats nemen tientallen Ivorianen plaats in de luie stoelen van het Institut Français. De documentaire van Nederlands chocoladeweldoener Tony’s Chocolonely wordt vanavond op groot scherm vertoond. Geen slechte keuze van de programmeur, want cacao is exportproduct nummer één in Ivoorkust en het land is ’s werelds hofleverancier van het belangrijkste ingrediënt voor chocolade.

De film vertelt het verhaal van een jolig stel journalisten, dat onderzoek doet naar slavernij in de Afrikaanse cacaosector. Tussen de grappen en grollen door wordt met een serieuze blik aan het publiek duidelijk gemaakt dat slavernij nog steeds bestaat, en dat veel kinderen gedwongen op cacaoplantages werken. Of kinderen die hun ouders een handje helpen gedurende de schoolvakantie, ook onder de noemer ‘slavernij’ vallen, blijft echter gissen. Desalniettemin leidde deze constatering uiteindelijk tot de oprichting van Tony’s Chocolonely, de slaafvrije chocoladereep.

De goed bedoelde ‘witte’ chocoladefilm zorgt regelmatig voor gefronste wenkbrauwen in het Ivoriaanse theater. Zeker als de journalist, Teun van de Keuken, voor het eerst voet op Afrikaanse bodem zet en rept over het zooitje ongeregeld dat hij er aantreft. Zelfs een enkele expat bekruipt een gevoel van plaatsvervangende schaamte. Want terwijl de jonge journalist zich in Burkina Faso bevindt, spreekt hij enkel over ‘Afrika’, alsof het een klein en uniform land is, dat in constante chaos verkeert. Dit beeld wordt gedurende Tony’s lofzang regelmatig onderstreept, terwijl de Hollandse heren de naïviteit van de cacaosector in Afrikaanse landen onder de loep leggen.

Maar die naïviteit druipt volgens de toeschouwers ook van de journalisten zelf af, omdat ze volgens hen weinig kennis over het Afrikaanse continent hebben. ‘Het beeld dat ze scheppen ligt ver van de Afrikaanse realiteit af’, legt een man uit die liever anoniem blijft. ‘Er is natuurlijk veel veranderd in Afrika sinds de opnamen uit 2005, maar het beeld dat de journalisten scheppen bevestigt wel de Europese stereotypering van het Afrikaanse continent’.

Hij voelt zich niet beledigd door de Nederlandse generalisatie van Afrikanen die er een rommeltje van maken. ‘Dit is nou eenmaal het westerse beeld van Afrika, ik weet hoe het echt zit.’

Toch heeft de kritische Ivoriaan wat geleerd van Tony’s film: ‘Als een stel journalisten met gebrekkige kennis van Afrika, Ivoorkust of cacao een chocoladebedrijf kunnen starten, kunnen jonge Ivorianen dit ook, beter zelfs!’