Wat maar weinig mensen weten, is dat het prentenbezit van de meeste Nederlandse musea permanent tentoongesteld wordt aan wie dat wil. Alle grote prentenkabinetten bieden geïnteresseerden de mogelijkheid om werk uit de collectie op aanvraag te bekijken. Ik ken een paar kunstenaars en kunsthistorici die daar wel eens gebruik van maken, maar de meeste mensen doen het niet zo gauw en wachten – net als ikzelf – tot de conservatoren een bepaalde keuze uit de tekeningen en grafiek op zaal hangen. In Museum Boijmans Van Beuningen kan onze soort zich nu verlustigen aan de prenten van drie achttiende-eeuwse Venetiaanse kunstenaars: Piranesi, Tiepolo en Canaletto.

Ik ging erheen om Piranesi’s Carceri eens in het echt te bekijken, zijn beroemde reeks etsen van raadselachtige ruimtes met dikke stenen muren, boogvormige doorgangen, balken en dwarsbalken, trappen en loopbruggen tussen de verschillende niveaus. Je bent geneigd om net als in de prenten van Escher te zoeken naar optische grapjes, naar trappen die niet uitkomen of hoeken die op twee manieren te lezen zijn, maar Piranesi maakt geen grapjes. Zijn kerkers zijn serieuze, nachtmerrieachtige plekken met hier en daar zelfs een geketende gevangene. Toch blijf je je afvragen waar het heen moet met die trappen en doorgangen, wat voor doel het allemaal dient. De kerkers bestonden niet echt: Piranesi verzon ze al tekenend. De functie ervan lijkt dan ook vooral te zijn dat hij zijn verbeelding er lekker in kon laten rondwandelen. En die raakte niet gauw uitgewandeld.

Omdat in Rotterdam van bijna alle Carceri twee verschillende staten geëxposeerd worden, zie je ze in de loop der jaren dramatischer en ingewikkelder worden. In de eerste staten, uit 1749, zijn de ruimtes opgetrokken in een gelijkmatig spinnenweb van perspectieflijnen. In de tweede, uit 1761, heeft Piranesi de constructies tot leven gewekt, vooral door de tegenstelling tussen licht en schaduw op te voeren. Hoeken en gaten worden donkerder, dus mysterieuzer, en de lichtkant van muren en trappen lijkt daardoor meteen een stuk feller. Maar stel je bij dat licht niet te veel voor. Het blijft koel en vochtig in Piranesi’s kerkers.

De meeste ruimtes werden door hem in twaalf jaar tijd niet alleen theatraler aangelicht maar ook ingrijpend verbouwd – een enkele keer zelfs zo grondig dat je het schetsmatige skelet uit de eerste versie er nauwelijks meer in herkent. Dat staat de fantaserende tekenaar natuurlijk vrij: hij mag naar believen muurtjes optrekken of doorbreken en extra loopbruggen aanleggen of juist verwijderen.

Een dergelijke vrijheid kon Piranesi zich niet permitteren in zijn andere grote reeks, de Veduti di Roma. De antieke Romeinse bouwwerken – het Colosseum van alle kanten, een tempel bij Tivoli van alle kanten – zijn met een studieuze, gravure-achtige precisie geëtst, boeiend en knap maar toch een heel stuk stijver dan de fantasiebouwsels. We zijn weer bovengronds in de achttiende eeuw, en we kunnen nog een trap hoger, want het mooie nieuwe prentenkabinet van Boijmans heeft twee verdiepingen. Boven had ik het al gauw gehad met de etsen van Tiepolo, die als een etaleur satyrs en faunen, magiërs en pulchinelli drapeerde in decors met zuiltjes, kruiken, zwaarden, bazuinen en fakkels. Maar om het goed te maken hangt en ligt er ook grafiek van Canaletto. Ik kende natuurlijk diens schilderijen, de gezichten op Venetië waarin het krioelt van de figuurtjes die druppeltjes wit licht vangen. Zoveel vocht werd maar zelden met verf gemaakt, of het zou in de schilderijen van Vermeer moeten zijn (in Gezicht op Delft, maar ook in de interieurs).

In Boijmans blijkt dat Canaletto ook een klein grafisch oeuvre heeft nagelaten en dat zijn geëtste stadsgezichten net zo tintelen als zijn schilderijen. De weerspiegelingen van boten en gebouwen in het water zijn gearceerd in kringelende lijnen. Verbogen paperclips, zoiets. Mensen en gebouwen zijn vloeiend en vet getekend. Maar al die lijnen raken elkaar nergens. Er ontstaat geen onontwarbare kluwen, geen modder: net als in goede striptekeningen blijft alles subtiel en helder. Helder als water, inderdaad.

Piranesi, Canaletto, Tiepolo: Prenten uit de collectie Bierens de Haan: De keuze van oud-museumdirecteur J.C. Ebbinge Wubben. Museum Boijmans Van Beuningen, Rotterdam, tot en met 24 september.