Eind vorige week werd duidelijk dat de VVD en het CDA in Noord-Brabant samen met Forum voor Democratie (FvD) een coalitie willen vormen om de provincie te besturen. De hoofdreden: het is gemakkelijker besturen met een partij die het stikstofprobleem ontkent. Andere kenmerken van FvD lijken van secundair belang bij dit besluit. Bovendien: in Limburg doen ze het al heel wat maanden. Wat blijkt? FvD levert er bestuurders die dingen voor elkaar willen en durven krijgen, en van zakendoen weten.

Mannen van ‘gezond verstand’, zoals Sjuul Paradijs, voormalig hoofdredacteur van De Telegraaf, dat ook wel noemt. Want bijkomend voordeel van dit alles is dat er zo kan worden meegesurft op de baren van de hedendaagse democratie, die intussen immers ruimschoots te woelig zijn voor de kwetsbare dammen van een cordon sanitaire. Meebewegen is dan wellicht beter. ‘Rotmaatregelen’ voor de eigen achterban hoeven daardoor in ieder geval minder.

Dit speelt niet alleen in de Nederlandse provincie, maar in heel Europa. Zelfs in Duitsland. In de Oost-Duitse deelstaat Thüringen dachten de gerespecteerde zusterpartijen van VVD en CDA, de FDP en de CDU, na veel vijven en zessen ook dat het misschien een goed idee was om met de Duitse geestverwanten van FvD, de Alternative für Deutschland (AfD), in zee te gaan om een bestuur te vormen. Het riep in heel het land herinneringen op. Herinneringen aan een democratische zegetocht in het Duitsland van ooit. Die begon ook in Thüringen, in 1930. Het zorgde voor een beving in de Duitse politiek die voorlopig nog niet voorbij is.

Bondskanselier Merkel noemde de gang van zaken ‘onvergeeflijk’. De minister-president van de FDP die met steun van de AfD aangetreden was, trad een dag later alweer af. In Berlijn ontsloeg Merkel de verantwoordelijke staatssecretaris. Maar hoe het nu verder moet met het bestuur in Thüringen weet eigenlijk niemand. Wel duidelijk zijn twee andere zaken. Eén: de AfD viert haar politieke onmisbaarheid, die nu bewezen is. Twee: de deelstaatverkiezingen in Sachsen-Anhalt zijn aanstaande (bij de laatste peiling scoorde de AfD daar 21 procent).

De beving in de Duitse politiek is voorlopig nog niet voorbij

In het Thüringse parlement sprak men vorige week van ‘een dambreuk’. Ook volgens Die Zeit was de toestand in Thüringen een politieke waterscheiding: ‘Tot nu toe bestond er geen beeld van samenwerking van FDP en CDU met AfD, maar nu hebben we gezien hoe het eruitziet, de handdruk van Björn Höcke (de openlijk racistische en extreem-rechtse leider van de Thüringse AfD) en een FDP-man.’ Volgens het weekblad ging het om een fundamentele normalisering van iets wat niet normaal zou mogen worden. Dit kon niet zomaar ‘herzien’ worden. Elders in Europa is men dat punt al een poosje voorbij, en wordt er helemaal niets meer herzien, wel meebewogen.

De tektonische platen van de Europese geschiedenis zijn in beweging, enigszins vergelijkbaar met de negentiende eeuw. Ook toen bewogen twee majeure krachten langzaam maar zeker tegen elkaar in. Aan de ene kant de drang naar en verwezenlijking van individuele vrijheid, die zich manifesteerde in liberalisering, internationalisering en dadendrang van humanisme en burgerrechten. Aan de andere kant het verlangen te behoren tot een groep, die zich beschermd kon weten in een natiestaat. De beving die volgde werkte zo verwoestend dat zij het ‘oude Europa’ deed verdwijnen.

Toch herrees dat oude Europa na 1945 weer, in een nieuwe vorm, in het Westen. Die herrijzenis was verankerd in de les van de ramp: de kracht van individuele vrijheid en de kracht van groepsidentiteit dienden in harmonie gebracht te worden, elke dag opnieuw. Tijdens de Europese wederopbouw – na 1945, en opnieuw na 1989 – was dat uiteindelijk misschien minder moeilijk dan het leek. Al het geweld had staten gecreëerd die etnisch uitzonderlijk homogeen waren. De Eerste Wereldoorlog veranderde de Europese grenzen, de Tweede de Europese bevolkingen daarbinnen.

In de homogene naoorlogse natiestaten ging niet alleen wederopbouwen voorspoedig. Dat gold ook voor collectief en sociaal verzekeren. Het leverde ongekend veel op. De echte test van die nieuwe oude orde komt nu pas. Nu de krachten van de Europese geschiedenis weer tegen elkaar in lijken te bewegen, nu de sensatie van goed en fout de politiek weer in de greep krijgt. Nu dogma’s en vooroordelen, ook langs etnische lijnen, weer verleidelijk mogen zijn, net als de ‘appeasers’ die ze laten woekeren.