Zijn Hamlet uit 2000 bevat bijvoorbeeld een onvergetelijke verschijning van de geest van Hamlets vader, die eerst op televisieschermen in beeld is waarna hij uit een cola-machine te voorschijn komt. Sindsdien is het een beetje stil geworden rond Almereyda, maar met zijn nieuwe film Experimenter zet hij bestaande conventies opnieuw op z’n kop, ditmaal die van de biopic.

De film gaat over leven en werk van de sociaal-psycholoog Stanley Milgram, die in de jaren zestig en zeventig controversiële experimenten uitvoerde waarin mensen onder bepaalde omstandigheden bevelen bleken uit te voeren zonder na te denken over de consequenties. Dat ging als volgt: twee menselijke proefkonijnen werden naar een ruimte gebracht bestaande uit hokjes met apparatuur. Een man in een laboratoriumjas legde uit dat een van hen ‘leraar’ was, de ander ‘leerling’. Afgezonderd van elkaar moest de leraar zijn leerling wat stof bijbrengen. Bij ieder fout antwoord kreeg de leerling een stroomstoot toegediend door de leraar, die hiermee doorging ongeacht de gillen van pijn uit het kamertje waar de leerling zat. Natuurlijk, het was allemaal schijn; het experiment ging niet om het leren; er was helemaal geen leerling, slechts een acteur die deed alsof hij pijn leed.

In Experimenter interviewt Milgram (een uitstekende Peter Sarsgaard) de ‘leraren’. Zijn vraag: ‘Waarom luisterde jij naar deze man (in laboratoriumjas) en niet naar de man die het uitschreeuwde van de pijn?’ De proefpersonen blijven Milgram een antwoord schuldig.

Milgrams werk, uitgevoerd in de tijd van het Eichmann-proces, begin jaren zestig, is onverminderd mysterieus en actueel. Zo blijkt in een artikel deze week in The Times dat onderzoekers nog geen stap dichterbij zijn gekomen in hun speurtocht naar de echte motieven van zelfmoordterroristen. Hierbij gaat het niet alleen om het radicaliseren, maar ook om de vraag waarom mensen bevelen van een ‘kwaadwillige autoriteit’ (een term in de film) slaafs navolgen. In Almereyda’s film komt er iets van een antwoord wanneer een respondent weigert de stroomstoten aan het ‘slachtoffer’ toe te dienen. Gevraagd waarom hij dat deed zegt hij: ik dacht opeens, wat als ik in zijn schoenen zou staan?

Kritiek op het werk van Milgram ging om het feit dat de experimenten fictie waren. Maar bij Almereyda is fictie het hele punt. Mensen zijn blijkbaar bereid in álles te geloven. Dit komt prachtig naar voren wanneer Milgram de kijker direct toespreekt over zijn proeven terwijl er in de gang achter hem een olifant rondloopt. Totaal onduidelijk waarom die er is. Maar het grappige is: terwijl je naar de film kijkt wordt dit nooit een issue. Er is een olifant in beeld, oké. Vervolgens zetten we ook geen vraagtekens bij andere, artificiële stijlelementen in Almereyda’s film, zoals rear projection en geschilderde, toneelachtige sets. ‘Illusie is nodig om dichter bij de waarheid te komen’, zegt Milgram. Almereyda neemt dat ter harte. Als cineast is hij inderdaad ‘onrustig origineel’, maar hij is vooral ook ‘experimenteerder’. En dat maakt ons weer tot proefpersonen.


Te zien vanaf 31 maart

Beeld: Jim Ga gan als James McDonough in Experi- menter van Michael Almereyda (Amstelfilm)