
De Griekse helden blonken uit in moord, doodslag en Trojanenhaat. ‘Machers’, maar uiteindelijk machteloos tegen Noodlot en dat deel van de goden dat zich (om kleinmenselijke redenen) tegen hen keerde. Prachtige teksten, dat wel: kunst verfraait de gruwel. In In Europa leren we een heel ander soort Griekse held kennen: windsurfer Nikolaos Kaklamanakis, olympisch goud en zilver, die in Athene 2004 de olympische vlam mocht ontsteken. Hij had al in 1988 zijn olympisch debuut gemaakt, als niet minister Akis Tsochatzopoulos de negentienjarige had vervangen door de zoon van een politiek vrindje. Dankzij zijn volhardend verzet tegen corruptie in de Griekse sport is Nikos een van de hoofdpersonen in de komende aflevering van die al in 2007 begonnen reeks. Eerst 35 afleveringen naar aanleiding van Geert Maks boek over de periode tot 2000, en nu al weer toe aan nummer 15 van de tweede reeks, over de 21ste eeuw. Jubileum dus: aflevering 50 van een onvolprezen Instituut. Daarom hier aandacht.
Kaklamanakis is een held omdat zijn strijd tegen de sportbonden gevaarlijk is (van fysieke bedreiging tot juridische aanklacht wegens smaad, met gigantisch smartengeld plus onbetaalbaar procederen). Ook is hij een held omdat hij in de sport meteen het allesomvattende Griekse corruptie- en nepotismesysteem aanvalt. Van ‘fakelaki’ (envelopjes met inhoud) zonder welke een dienst (medisch, rijbewijs) niet of slecht wordt verleend, tot ‘miza’ (‘onder tafel’, oftewel het grotere omkoopwerk). Een vlogger ontlokt op straat aan jongeren hun ervaringen met envelopjes (bijna iedereen heeft ze). We zien, hoogst uitzonderlijk, diezelfde Tsochatzopoulos voor twintig jaar de bak in gaan voor steekpenningen en witwassen als minister van Defensie. Een grote boef dus. Maar toen de verbijsterde, kersverse minister van Financiën Papakonstantinou, na inventarisatie op het departement, in 2009 in Brussel moest melden dat het Griekse begrotingskort geen 2 procent (zoals voorgespiegeld), geen 6 procent (zoals gecorrigeerd), maar 15 procent bedroeg, toen barstten de bommen: in en onder de EU; en in Griekenland onder de politieke kaste van zowel regering als oppositie, die zichzelf en coterie extreem goed bedeelde. Razend, niet omdat het onwaar was, maar omdat de minister gepraat had. Voorwaar een verrot systeem. Moet er niet iemand achter de tralies, had Wouter Bos nog tegen Papakonstantinou gezegd. Vond hij ook.
Schrik niet: de Grieken als slachtoffers van bikkelhard Europees beleid, dat krijgt wel degelijk aandacht. Mak zelf kaart het, vanuit onze polder, aan. Maar dat er ‘something rotten in the state of Greece’ is, en dat dat bepaald nog niet is gerepareerd, dat heeft de overhand. Een jonge vrouw die zelf een website opzette om corruptie te melden, twijfelt of Nikos het gaat winnen. Door de kwade goden van sportbonden die wel Grieks Noodlot lijken. Een woedende oncoloog schreef een toneelmonoloog: zowel tegen een perfide Griekse mentaliteit van hoog tot laag, als tegen Europa. De naam Dijsselbloem valt. De dramaturgische opbouw van In Europa is altijd doordacht, soms misschien zelfs wat te geconstrueerd. Maar het is en blijft buitengewoon informatieve kwaliteitstelevisie. Contemporaine geschiedenis aan de hand van exempelen.
Roel van Broekhoven, Stefanie de Brouwer, In Europa, tweede reeks, aflevering 15: Zwijgen en goud, VPRO, NPO 2, zondag 22 november, 22.10 uur