
Dit weekend won het zingende, dansende, lachende, huilende La La Land zeven golden Globes – een record. Emma Stone won voor Beste Actrice in een Komedie/Musical, Ryan Gosling voor Beste Acteur, Damien Chazelle voor Beste Regie en verder graaide de film nog Beste Komedie/Musical, Beste Script, Beste Soundtrack en Beste Original Song voor het monter melancholische City of Stars. Dat belooft wat voor de Oscars.
Ik zag La La Land vorige week, downloadde meteen toen ik de zaal uit kwam de soundtrack en werd sindsdien door collega’s vriendelijk doch dringend erop gewezen dat ik niet kan tapdansen, en het ook liever niet zou moeten proberen, op weg naar het koffiezetapparaat.
La La Land is het verhaal van jazzpianist Sebastian, die op zoek is naar een soort verdwenen romantiek van het oude Hollywood, en van koffiejuffrouw Mia, die ervan droomt door te breken als actrice. Boy meets girl, maar past de liefde bij hun ambities? Het liefst zou ik het hier over het einde van La La Land hebben, maar voor het goede fatsoen zal ik hier geen spoilers bezigen.
Dat La La Land een daverend succes bij recensenten is mag evident zijn, ik kan hier weinig lof op de film zingen die niet al gezongen is. Sterker nog, de receptie is zo enthousiast geweest dat je op je vingers kon uittellen dat er een backlash komt. Zelf had ik verwacht dat de film zou worden verweten dat hij te cute is. De pastelkleurige jurken, de parelwitte glimlachen, het zilveren maanlicht. Bij de scène waarin Emma Stone in haar eentje danst in een café, terwijl Ryan Gosling piano speelt, zat ik mezelf met twee handen op mijn hoofd te slaan.
Te cute! Te cute! Te cute! Kan. Niet. Ademen.

Voorzover er ondertussen een backlash te bekennen is, richt die zich vooral op het zingen en dansen van Stone en Gosling. De gerenommeerde criticus Daniel Mendelsohn twitterde dit weekend: ‘LaLaLand utterly charming (except for pointless and amateurish singing/dancing)’. De beschouwing van Morgan Leigh Davies in de Los Angeles Review of Books ging over veel meer dan alleen het zingen en dansen (namelijk de masculiene opvatting van wat het artistieke leven is) Maar ook zij was over dat zingen en dansen opvallend streng: ‘La La Land still feels like an amateur affair. Emma Stone and Ryan Gosling are charming presences, but they are not accomplished singers, and Stone can’t dance.’
Nu heb ik zelf geen Idols-jury-achtig talent voor het aanvoelen van net-zuiver of net-niet-zuiver zingen (ik kan wel keigoed dansen), maar voor mij was juist het feit dat Stone en Gosling niet loepzuiver zingen en moeiteloos dansen doorslaggevend voor de film. Het zorgde ervoor dat de film niet te gelikt overkwam. Want stel je voor: regisseur Chazelle zorgde al voor beeldschone decors, voor mierzoete kostuums, voor een Los Angeles dat roze oplicht in het maanlicht, een Los Angeles ontdaan van smog, vuilnis langs de weg en daklozen – kortom, een behoorlijk gephotoshopt Los Angeles. Als de acteurs dan ook nog eens zouden dansen als Fred & Ginger, en zouden zingen als Frank Sinatra en Whitney Houston, zouden ze zich in niets nog onderscheiden van het decor en de illusie.
Juist het soms haperende zingen maakt de optredens van Stone en Gosling echt. Het maakt mensen van ze, in een wereld die zo duidelijk een decor is. Het geeft de film zijn gewicht.
Daar komt nog iets persoonlijks bij. Op een of andere manier vind ik niets zo pijnlijk als iemand die heel mooi kan zingen, en vervolgens heel mooi gaat zingen. Ik heb altijd het gevoel dat het tussen de zanger en het lied in komt te staan, je luistert naar het optreden, naar de kunde, het talent, de training, niet meer naar wat het lied zou kunnen uitdrukken.
Het is nogal een sprong van La La Land naar de Duitse succeskomedie Toni Erdmann, maar wat dat zingen betreft zit er een fijn voorbeeld in. Kijk even naar dit filmpje. De film gaat over een vader die zijn dochter in Roemenië bezoekt en besluit zich voor te doen als iemand anders, om zo haar saaie, corporate leventje op te schudden. Uiteindelijk dwingt hij haar de jaren-tachtigballad The Greatest Love of All van Whitney Houston te zingen. Op het eerste gezicht is de scène alleen maar pijnlijk, gênant, et cetera. Maar als je oplet merk je ook dat de tekst van het zoete nummer met de vader-dochter-relatie op het oog een extra betekenis krijgt die hij vanuit Houston niet bepaald had.