
De Britse variété valt voor blote meiden. En komediant Archie Rice raakt binnen zijn vak en binnen zijn familie in een vrije val naar het vroegtijdig einde van een niet florissante loopbaan. De grote greep van de angry young man Osborne op het complexe materiaal is tevens de brille van dit bijna vergeten stuk. De tekst werd overigens geschreven voor acteergigant Laurence Olivier, die bij de wereldpremière net vijftig werd en die in de herfst van zijn loopbaan was beland.
Eric de Vroedt heeft het stuk, in samenwerking met Floris Boddendijk en titelrolvertolker Gijs Scholten van Aschat, bewerkt en geregisseerd bij Toneelgroep Amsterdam. Er zijn wat rollen geschrapt, de grappen en grollen zijn min of meer naar onze tijd gehaald. Maze de Boer ontwierp een mooie pijpenla als fuikwoning, met ver achterin de suggestie van knusheid en op het voortoneel een afgetrapte huiskamer. Het proscenium is gereserveerd voor de show. Inclusief een hoerig voorgordijn.
De keuze van De Vroedt om de ontbinding van de familie Rice te regisseren als front-zaal gespeelde vaudeville is gedurfd, eist aan beide zijden van het voetlicht uiterste concentratie en werkt door de perfecte uitwerking als een trein. De harde stijl creëert als het ware een kijkfilter om het stuitende karakter van deze vrije val te kunnen incasseren. Want laten we wel wezen, je weet in The Entertainer van pijnlijkheid regelmatig niet waar je moet kijken. Het stuk is meedogenloos. Door de kitchen sink-treurigheden binnen de familie in te kleuren met de vette schmink van de variété en door aan de andere kant de podiumscènes op te dirken met een bedrieglijk soort huiselijkheid, ontstaat de perfecte compositie van een onafwendbare ondergang. Waarbinnen theatraal ook weer álles kan. Van de snottebellende lelijkheid bij echtgenote Phoebe Rice (‘lacht aber weint’ zou de Russische regie-maestro Sjarov zeggen, wát een overweldigend mooie rol van Janni Goslinga!) tot en met de boosaardige observaties van dochter Jean (sterke creatie van Mariana Aparicio Torres) en de stille tragiek in aartsvader Billy (Fred Goessens).
Het is een hecht team dat hier de sterren van de hemel staat te spelen. Aangevoerd door de regelmatig afgekafferde (mij schiet zo gauw geen beter woord te binnen) zoon Frank: Alwin Pulinckx, die briljant toneel én piano speelt en ogenschijnlijk nonchalant ook nog een nummertje goochelen doet. Gijs Scholten van Aschat speelt Archie Rice. Hij trekt in The Entertainer met een ongeëvenaard speelplezier een stel registers open die we niet, of nog niet zó, van hem kenden.
Een min of meer door veel goden bezielde toneelavond dus. Vonden enkele dagbladcritici overigens helemaal niet. Een van hen schrok van een verwijzing naar het toneelevenement Anne (waar Rice een goeie grap over maakt) en piepte: ‘In welke tijd zitten we nu eigenlijk?’ Hallootjes – het is tonee-heel! En trouwens, een Nederlandse Archie Rice had in 1956 heel goed auditie kunnen doen voor iets met Anne Frank. In dat jaar was namelijk de Nederlandse oer-première van Het dagboek van Anne Frank. Een andere criticus miste ‘doorvoelde wanhoop’, zag ‘afstandelijke, kille marionetten’ en ‘het schrijnde niet’. Vast per ongeluk een andere voorstelling gezien. Of modder in de ogen. Ik zou zeggen: vergeet de azijnzeikers, verpak ze als bedorven vissen in hun eigen couranten van eergisteren. Ga kijken en oordeel zelf. Hoe dan ook: mis deze wereldvoorstelling vooral niet!
The Entertainer is deze maand nog te zien in Groningen, Tilburg, Den Haag, Gouda, Delft, Arnhem, Utrecht, Rotterdam, Leeuwarden en van 13 t/m 23 augustus in de Stadsschouwburg Amsterdam; Toneelgroep Amsterdam.
Beeld: Mariana Aparicio Torres, Janni Goslinga, Alwin Pulinckx, Fred Goessens en Gijs Scholten van Aschat in The Entertainer (Jan Versweyveld).