Jaren lang heb ik minister en parlement vergeefs proberen te overtuigen van het nut van heffingen op deze middelen. Uit het oogpunt van korte-termijneconomie was het standpunt van de parlementair-politieke meerderheid niet onlogisch. De zogenaamde agribusiness had vooral belang bij bulkproduktie. Op aanjagen van Nederland en Frankrijk zorgde de EEG voor prijs- en andere garanties. Gevolg: een overproduktie van 70 miljard gulden per jaar, massale uitstoot van arbeid en gif waarvoor de rekeningen nog moet worden geschreven.
In de bijdrage van Remmers ontbreekt een verwijzing naar de toegenomen afhankelijkheid van importvoedsel in dichtbevolkte delen van de wereld. De Noordafrikaanse landen bijvoorbeeld zijn verslaafd geraakt aan de lage prijzen waartegen landbouwoverschotten worden gedumpt. Een onheilspellend teken zijn de sterk gestegen wereldmarktprijzen voor granen: gevolg van een slechte zomer en de explosieve vraag in de rijkere landen van Azie. Het terugdringen van de overschotten kan in het Post-Koude-Oorlogtijdperk tot gruwelijke onrust in Noord-Afrika leiden. Daarmee komt de roep om de landbouw te ecologiseren als instrument tegen de overschotcrisis twintig jaar en twee miljard extra monden te laat.
Het is niet voor niets dat ‘het nationale landbouwdebat’ wordt georganiseerd door de grootste profiteurs van het gevoerde landbouwbeleid. Het is meer dan een aflaat voor dit beleid. De publieke opinie moet worden gemasseerd naar nieuwe subsidiestromen om beleggersbelangen veilig te stellen. Natuur zal dan ook duur moeten worden betaald.
Hurwenen, DICK HOLLANDER, ecologisch tuinder