Na deze geestig bedoelde introductie komt een wit scherm voor de vergadertafel naar beneden, waarop beelden uit de rijke koloniale geschiedenis van Nederland worden geprojecteerd. Een acteur opent de gordijnen voor een van de vensters van deze prachtige vergaderzaal. Er valt getoverd zonlicht naar binnen. Het witte diascherm gaat weer omhoog. De vergadering van De Heeren Zeventien kan beginnen. Ab Gietelink (initiatiefnemer, scenarist, regisseur, acteur), Hans Daalder en Eva van Heyningen verbeelden gedrieën de bijeenkomst van de heren Brandaris & Bootsman van Hooydonck en van Mevrouw Swellengrebel - ik verzin deze namen niet, ze zijn onderdeel van deze historische bijeenkomst die leidde tot de beslissing om via Kaap de Goede Hoop naar Mocha te varen, om daar de basis te leggen voor de Javaanse koffiecultuur.
Dan verplaatst de voorstelling zich naar de vloer voor de publiekstribune. Daar wordt de lange reis gereconstrueerd. Er zijn enkele verrijdbare tableautjes gebouwd. Er wordt veel gezongen en met zakken gesjouwd. We horen het geluid van de zee - de reis duurt lang, zeer lang. De rijkelijk bepruikte heren en de ook rijkelijk van hoeden en maskers voorziene dame doen hun best om ons door de vertelling heen te loodsen. Aan het eind bidden ze rug zaal voor een goede afloop het onzevader. Donkerslag. Duisternis. Fine.
De voorstellingen van Ab Gietelink hebben de ambitie theatrale documentaires te zijn die ons iets vertellen over cruciale momenten en golfbewegingen in de geschiedenis. Dat is een riskante ambitie. Om twee redenen. Film en televisie doen dat meestal beter. Toneel struikelt voorts vaak over zijn eigen lulligheid. Dat film en televisie de geschiedenis beter documenteren kun je als feit negeren. Maar struikelen over het knullige van het medium theater is een ingewikkelder hobbel. Daarvoor moet je over talent beschikken. Bijvoorbeeld het talent om een anekdote op te tillen tot een boeiend verhaal, een serie beelden die meer betekent dan de som der delen, in ieder geval méér dan het gekluns en het gewriemel van acteurs op dat ene moment. En het spijt me zeer, Ab Gietelink, Hans Daalder en Eva van Heyningen missen dat talent. Ze komen op momenten een heel eind in de richting. Bijvoorbeeld tijdens hun reconstructie van de vergadering van De Heeren Zeventien, een aardig cabaretnummer. De Japanse Geisha (?) met het neutrale (witte) masker (Eva van Heyningen) in haar verleidingsscène met de Hollandse handelaar is ook mooi. Het subtiele spel met de stokpoppen op het tafeltje voor aan het speelvlak is zelfs briljant. Maar waar het allemaal naartoé gaat - vraag het me niet. Ik raakte in de loop van de anderhalf uur durende voorstelling De Heeren Zeventien het spoor totaal bijster.
Ab Gietelink heeft volgens mij iemand nodig die hem toeroept: waar gaat dit nou eigenlijk over, wat willen jullie melden, wat is de zin van dit alles? Zullen we eens wat schoffelen door het materiaal, het onkruid eruit halen, de vertoning een half uur korter maken, en dan misschien opnieuw beginnen? Maar zo iemand heeft Ab Gietelink niet. Sterker: hij staat iemand die zorgt voor die ijzeren wet die kill your darlings heet, niet toe. Hij wil het allemaal zelf in de hand houden. En dan veroorzaak je bedrijfsongevallen. De Heeren Zeventien is én de reconstructie van een bedrijf, én een theatraal bedrijfsongeval. Maar die locatie vergeet ik niet meer.