Borden met ‘Heroes work Here’ hangen bij de ingang van een Eerste Hulp in New York, op 25 april, 2020. © Jamie McCarthy / Getty

Werknemers zijn zoveel meer dan ‘middelen’. Dit is een van de centrale lessen van de huidige crisis. De zorg voor zieken; de aanvoer van voedsel en medicijnen; de afvalophaal; het werk in supermarkten - de mensen die het leven in stand houden gedurende de Covid-19-pandemie zijn het levende bewijs dat arbeid geen koopwaar is. De menselijke gezondheid en de zorg voor de meest kwetsbaren kan niet alleen door de marktkrachten worden geregeld, omdat we dan het risico lopen dat er nog meer doden vallen.

Hoe kunnen we deze onaanvaardbare situatie voorkomen? Door werknemers te betrekken bij beslissingen over hun leven en hun toekomst op het werk - door bedrijven te democratiseren. Door werk te ontmarkten, dit wil zeggen: het niet langer als koopwaar te beschouwen, en iedereen nuttige banen te garanderen. Nu we geconfronteerd worden met de vreselijke risico’s van een pandemie en de ineenstorting van het milieu, zou het doorvoeren van deze strategische veranderingen ons in staat stellen de waardigheid van alle burgers te beschermen en tegelijkertijd de inspanningen te bundelen die we nodig hebben om ons leven op deze planeet te waarborgen.

Waarom democratiseren? Elke ochtend staan mannen en vrouwen op en werken ten dienste van wie in quarantaine kan blijven. De waardigheid van hun arbeid blijkt uit de term ‘essentiële werker’. Die term onthult ook een belangrijk feit dat het kapitalisme altijd heeft geprobeerd onzichtbaar te maken door hen ‘human resources’ te noemen. Maar de mens is niet één van de vele middelen. Zonder arbeidsinvesteerders zou er geen productie zijn, geen diensten, geen bedrijven.

Elke ochtend staan mannen en vrouwen in quarantaine op om vanuit huis te werken voor hun organisaties. Ze werken vaak tot diep in de nacht. Voor degenen die denken dat werknemers toezicht en externe discipline nodig hebben, bewijzen ze het tegendeel. Zij tonen dag en nacht aan dat werknemers niet net als andere stakeholders zijn: zij hebben de sleutels in handen tot het succes van hun werkgever. Zij vormen de kern van het bedrijf, maar zijn desondanks meestal uitgesloten van deelname aan het besturen van hun werk - een recht dat door kapitaalinvesteerders wordt gemonopoliseerd.

Op de vraag hoe bedrijven en de samenleving de bijdragen van werknemers in tijden van crisis kan erkennen, is democratie het antwoord. We moeten de gapende kloof van de inkomensongelijkheid dichten en de laagste inkomens verhogen - maar dat alleen is niet genoeg.

Na de twee wereldoorlogen heeft de onmiskenbare bijdrage van vrouwen aan de samenleving ertoe bijgedragen dat ze in veel landen stemrecht hebben verkregen. Op dezelfde wijze is het nu tijd om werknemers dergelijke rechten te geven.

De vertegenwoordiging van arbeidsinvesteerders op het werk bestaat in Europa al sinds het einde van de Tweede Wereldoorlog, via ondernemingsraden. Toch hebben deze vertegenwoordigende organen in het beste geval beperkte inspraak en zijn ze ondergeschikt aan de keuzes van het management dat door de aandeelhouders wordt aangesteld. Ze zijn niet in staat geweest om de niet aflatende dynamiek van de zelfbedruipende kapitaalaccumulatie, die steeds krachtiger wordt in de vernietiging van ons milieu, tegen te houden of zelfs maar af te remmen. Deze organen zouden nu soortgelijke rechten moeten krijgen als die welke door de raden van bestuur worden uitgeoefend. Om dit te doen, zouden bedrijfsregeringen (dat wil zeggen het topmanagement) verplicht kunnen worden om een dubbele meerderheid te verkrijgen, zowel van de kamers die de werknemers als de aandeelhouders vertegenwoordigen.

In Duitsland, Nederland en Scandinavië waren de verschillende vormen van medezeggenschap, die na de Tweede Wereldoorlog geleidelijk aan werden ingevoerd, een cruciale stap in deze richting - maar ze zijn nog steeds onvoldoende om daadwerkelijke democratie in bedrijven te creëren. Zelfs in de Verenigde Staten, waar de organisatie- en vakbondsrechten van werknemers aanzienlijk zijn onderdrukt is er nu een groeiende roep om arbeidsinvesteerders het recht te geven om vertegenwoordigers te kiezen met een supermeerderheid binnen raden van bestuur. Kwesties als de keuze van een ceo, het bepalen van belangrijke strategieën en de verdeling van de winst zijn te belangrijk om aan de aandeelhouders alleen over te laten. Een persoonlijke investering van arbeid - dat wil zeggen, van je geest en je lichaam, je gezondheid, je eigen leven - vergt het collectieve recht om deze beslissingen te steunen of een veto te stellen.

Waarom ontmarkten? Deze crisis toont ook aan dat arbeid niet als koopwaar mag worden behandeld, dat marktmechanismen niet alleen mogen beslissen over keuzes die ons het hardst treffen. Jarenlang zijn banen in de gezondheidssector onderworpen geweest aan het leidende beginsel van rentabiliteit; vandaag de dag laat de pandemie zien hoezeer dit beginsel ons blind heeft gemaakt. Bepaalde strategische en collectieve behoeften moeten gewoonweg immuun worden gemaakt voor dergelijke overwegingen. Het stijgende aantal doden is een vreselijke herinnering aan het feit dat sommige dingen nooit als koopwaar mogen worden behandeld. Degenen die het tegendeel blijven beweren, brengen ons in gevaar met hun gevaarlijke ideologie.

Winstgevendheid is een ondraaglijke maatstaf als het gaat om onze gezondheid en ons leven op deze planeet. Het ontmarkten van werk betekent dat bepaalde sectoren niet volgens het markprincipe georganiseerd worden, en dat we ervoor moeten zorgen dat alle mensen toegang hebben tot waardige arbeid. Dat kan door een werkgelegenheidsgarantie. Artikel 23 van de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens herinnert ons eraan dat iedereen het recht heeft om te werken. Een baangarantie zou niet alleen elke burger toegang bieden tot werk dat hem of haar in staat stelt een waardig leven te leiden, maar zou ook collectief beter in staat stellen het hoofd te bieden aan de vele sociale en milieu-uitdagingen.

Gegarandeerde werkgelegenheid zou regeringen in staat stellen om, via de lokale gemeenschappen, waardige banen te garanderen en tegelijkertijd bij te dragen aan milieubehoud. Baangarantieprogramma’s kunnen een cruciale rol spelen bij het waarborgen van de sociale, economische en ecologische stabiliteit van onze democratische samenlevingen. De Europese Unie moet een dergelijk project in haar Green Deal opnemen. Een herziening van de missie van de Europese Centrale Bank, zodat zij dit programma kan financieren, zou het een legitieme plaats geven in het leven van elke burger van de EU. Dit programma, dat een anticyclische oplossing biedt voor de grote werkloosheid die op komst is, zou een belangrijke bijdrage leveren aan de welvaart in de EU.

Milieuherstel. We moeten nu niet met dezelfde onschuld reageren als in 2008, toen we op de economische crisis reageerden met onvoorwaardelijke reddingsoperaties die de overheidsschuld deden oplopen en waarbij vaak geen tegenprestaties verlangd werden. Als onze overheden in de huidige crisis ingrijpen om bedrijven te redden, dan moeten bedrijven ook ingrijpen en voldoen aan de algemene basisvoorwaarden van de democratie. In naam van de democratische samenlevingen die zij dienen en die hen vormen, in naam van hun verantwoordelijkheid om ons voortbestaan op deze planeet te verzekeren, moeten onze regeringen hun hulp aan bedrijven afhankelijk maken van veranderingen.

Naast de strenge milieunormen moeten bedrijven ook aan bepaalde voorwaarden van intern democratisch bestuur voldoen. Een succesvolle overgang van milieuvernietiging naar milieuherstel zal het best worden geleid door democratisch bestuurde bedrijven, waarbij de stemmen van degenen die hun arbeid investeren hetzelfde gewicht dragen als degenen die hun kapitaal investeren als het gaat om strategische beslissingen. We hebben meer dan genoeg tijd gehad om te zien wat er gebeurt als arbeid, de planeet en kapitaalwinsten in het huidige systeem tegen elkaar worden afgewogen: arbeid en de planeet verliezen altijd.

Sociale of coöperatieve bedrijven streven hybride doelen na die rekening houden met financiële, sociale en milieuoverwegingen, en ontwikkelen democratisch intern bestuur: zijlaten het potentieel van dergelijke veranderingen al zien. Laten we onszelf niet langer voor de gek houden: de meeste kapitaalinvesteerders zullen zich niet bekommeren om de waardigheid van de arbeidsinvesteerders, noch zullen zij de strijd tegen de milieuramp leiden. Een andere optie is mogelijk. Democratisering van de bedrijven; werk ontmarkten; en ophouden om mensen als hulpbronnen te behandelen, zodat we ons samen kunnen richten op het beschermen van het leven op deze planeet.

Namens meer dan drieduizend professoren en wetenschappers wereldwijd, Julie Battilana (Harvard University), Isabelle Ferreras (UC Louvain), Dominique Méda (Université de Paris Dauphine), Ingrid Robeyns (Universiteit Utrecht), Lisa Herzog (Universiteit Groningen), Elizabeth Anderson (Universiteit van Michigan) Rainer Forst (Goethe Universität Frankfurt), Tim Jackson (University of Surrey), Jan-Werner Müller (Princeton University), Susan Neiman (Einstein Forum), Thomas Piketty (EHESS Paris), Katharina Pistor (Columbia University), Dani Rodrik (Harvard University), en Debra Satz (Stanford University).


Dit is een vertaalde versie van het manifest dat vandaag verschijnt in Le Monde en op DemocratizingWork, waar ook de lijst van alle ondertekenaars te raadplegen is.