De kredietcrisis is jarig. Het was ergens begin augustus 2007 dat voor het eerst het besef doordrong dat wat in eerste instantie een lokaal Amerikaans hypotheekprobleem had geleken, de financiële stabiliteit in de hele wereld bedreigde. Een jaar later is dat besef allerminst verdwenen. Nog dagelijks rollen er lijken uit de bankkluizen. Met een beetje pech belanden de VS en Europa dit jaar nog in een recessie, vrezen veel economen.
Dat is een beroerd vooruitzicht. Maar er zijn mensen die met nauwelijks verholen leedvermaak naar de ellende kijken. ‘Dat krijg je van al die neoliberale experimenten’, zeggen ze. ‘Marktwerkingoperaties, privatiseringen, een terugtredende overheid, dit is het resultaat.’
Voormalig Volkskrant-journalist Olav Velthuis is er zo een. Vlak voordat hij de economieredactie van de krant verruilde voor de sociologiefaculteit van de UvA kreeg hij een volle pagina de ruimte om ‘het einde van dertig jaar neoliberalisme’ af te kondigen. De kredietcrisis heeft bewezen, stelt Velthuis, dat de veronderstelling van Ronald Reagan en Margaret Thatcher dat het nastreven van eigenbelang altijd leidt tot meer maatschappelijke welvaart aan ingrijpende herziening toe is. Alleen met streng toezicht zijn ongelukken als de kredietcrisis te voorkomen. De sterke overheid moet terug op de kaart.
De bijval was groot. Marcel van Dam deed er in zijn column in dezelfde krant nog een schepje bovenop. ‘De kredietcrisis heeft duidelijk gemaakt dat de vrije markt op wereldniveau totaal is ontspoord’, beweerde de voormalige PvdA’er.
Larie. De kredietcrisis toont niet de ontsporing van de vrije markt aan, maar juist die van de overheid. Dat bankiers domme investeringen doen en miljarden verspelen op de roulettetafel van de vrije financiële markt is niet het probleem. Er mag af en toe best een bank grandioos in de fout gaan. Dat houdt de andere banken scherp.
De domme bankier wordt pas een echt probleem als hij de rest van de economie met zich meesleept, zoals in de huidige crisis dreigt te gebeuren. Precies daarom krijgen banken in iedere markteconomie een speciale behandeling. Ze hebben eigen regels en een eigen toezichthouder. De bankensector heeft altijd de speciale aandacht van de overheid. Het is dan ook de overheid die gefaald heeft. Bankiers deden domme dingen op een grandioze schaal, maar de overheid deed niets.
Lees ze maar eens terug, die achteloze opmerkingen van toezichthouders vlak voor de kredietcrisis ontbrandde. Ze maakten zich zorgen over de kwaliteit van de bankbalansen, en zagen bovengemiddelde risico’s, maar bleven op hun handen zitten. Hadden ze te weinig strenge regels of te weinig macht? Welnee, ze durfden niet in te grijpen omdat op financiële markten de scheidslijn tussen briljant en oliedom uiterst dun is. Zelfs de kredietcrisis begon met het prachtige idee om kredietrisico’s efficiënter over de wereld te verspreiden. Rijke pensioenfondsen die wel tegen een stootje konden, kregen zo de kans op hoge rendementen, kleine geldverstrekkers werden financieel stabieler, en arme Amerikanen konden tegen voordelige voorwaarden een hypotheek afsluiten. Prima idee, dat later tot in het absurde werd opgerekt en uiteindelijk voor de huidige problemen zorgde.
Het is een illusie te denken dat een strenge overheid precies op het goede moment ‘stop’ had kunnen roepen. Wanneer precies de nuttige handel in kredietrisico’s veranderde in een absurd pokerspel valt zelfs met terugwerkende kracht niet vast te stellen. Toezicht op banken is prima. Niemand wil criminele banken die er met het spaargeld vandoor gaan. Maar streng toezicht zal de volgende crisis niet voorkomen.
De overheid doet er momenteel zelfs alles aan om die kans op zo’n volgende crisis te vergroten. In de VS redt de overheid banken die door de kredietcrisis dreigen om te vallen. Een faillissement van een grote bank zou paniek veroorzaken en de hele economie meeslepen, is de redenering. Maar op termijn maakt dit overheidsingrijpen de problemen alleen maar groter. De ultieme straf van de vrije markt, faillissement, wordt niet uitgedeeld. Alle bankiers weten het dan zeker: domheid wordt niet bestraft. De volgende keer kunnen ze de zaak nog grandiozer uit de hand laten lopen. Met dank aan die actieve en bemoeizuchtige overheid van Velthuis en Van Dam.