De helmen en regenkleding waarmee de Duitse revolutionaire jongeren in 1968 de knuppels en waterkannonen van de politie tegemoet traden, kwamen deels van de overkant van de Muur. Een ‘solidariteitsgeschenk’. Afkomstig van enkele jongeren uit Oost-Berlijn die geld hadden ingezameld voor de West-Berlijnse ‘APO’, de Auβerparlementarische Opposition.

Het bleef in dat veelbesproken jaar niet bij praktische solidariteit. Meermalen ontmoetten vertegenwoordigers van de APO, waaronder studentenleider Rudi Dutschke, de oppositie aan de andere zijde van het IJzeren Gordijn. Het ging behalve om bekende dissidenten als de kritische marxist Robert Havemann, zanger Wolf Biermann en theatermaker Heiner Müller om de zogenoemde kinderen van de rode adel, de politieke elite.

De geheime dienst heeft keurig aantekening gemaakt van hun discussies. Ze staan beschreven in een artikel in het maandblad Analyse & Kritik. ‘De AK’ – in haar maoïstische periode een afkorting voor Arbeiterkampf – is een van de betere bladen binnen de in Duitsland nog steeds omvangrijke linkse buitenparlementaire scene. Het ‘tijdschrift voor linkse debatten en praktijk’ is qua vormgeving niet om aan te zien, soms erg houterig geschreven, maar het heeft inhoudelijk altijd wel wat te bieden.

Zo is de kritiek die de West- en Oost-Europese ’68’ers op elkaar hadden interessant om terug te lezen. De West-Berlijnse jongeren vonden hun collega’s in het oosten te intellectualistisch, te passief en met te weinig oog voor andere misstanden dan sociaal-economische. De dissidenten uit Oost-Berlijn vonden daarentegen dat het de jongeren in de Bondsrepubliek ontbrak aan een serieuze revolutionaire theorie en aansluiting bij de gewone Duitsers.

De West-Berlijnse revolutionairen moesten zich ook duidelijker uitspreken tegen de Russische inval in Praag. Hun afkeer van alles wat ‘kleinburgerlijk’ was, deed de socialistische dissidenten bovendien net iets te veel denken aan het favoriete scheldwoord van de dictaturen in het Oostblok. En een wijze les, ook voor de hedendaagse student: de rebellerende jongeren moesten volgens Havemann blij zijn dat ze überhaupt onderwijs en iets van kritische intellectuele vorming konden krijgen, in plaats van er louter op af te geven.

Lees het artikel ‘Von Schaukelpferden und Autos’ in Analyse & Kritik’