In de Filippijnse jungle kampte Francis Ford Coppola midden jaren zeventig tijdens de verfilming van Apocalypse Now met twijfel, wanhoop en klinische depressie. Dus stortte hij zich op vrouwen op de set. Zijn echtgenote, Ellie, zag de affaires met lede ogen aan. Tegenover vrienden beklaagde hij zich dat zij geen kinderen meer wilde. Dan maar minnaressen, dacht Coppola. Een porno-actrice, een Playmate van het Jaar, het maakte niet uit wie. Ze boden hem respijt van zijn getroebleerde ziel én van de hel van de productie waarin hij zich bevond. Ook legde hij het aan met productie-assistente Melissa Mathison. Ze adoreerde hem, ze voedde z’n ego. ‘Ze was als een studente die verliefd werd op haar professor’, vertelde Coppola jaren later. ‘Dankzij haar vertrouwen in mij voelde ik weer zelfvertrouwen. En dat was belangrijk, omdat iedereen om me heen tegen me zei dat ik ging falen. Door haar voelde ik me alsof de wereld aan mijn voeten lag.’
Zo staat het in ieder geval opgetekend in Peter Biskinds boek Easy Riders, Raging Bulls (1998), over de generatie van seks, drugs en rock-’n-roll die Hollywood in de jaren zeventig zijn laatste gouden tijdperk bezorgde. Het was een tijd van mannen met ego’s en mannen met geld. En van de vrouwen die om hen heen draaiden. Maar Mathison was niet zomaar een vrouw. Zoals Coppola haar beschrijft klinkt het alsof ze een leeghoofd was, een gebruiksvoorwerp voor een man in een crisis. Misschien is dat de reden waarom bijna niemand voor haar overlijden wist dat ze scenariste was van het fabuleuze, ondergewaardeerde The Black Stallion (1979) en een paar jaar later van Spielbergs klassieker E.T. the Extra-Terrestrial (1982). Zelfs Biskind besteedt er weinig aandacht aan. Toch kwamen iconische teksten zoals ‘E.T. phone home’ en ‘I’ll be right here’ uit háár pen.
Mathisons dood vestigt de aandacht opnieuw op het debat over de status van vrouwen in Hollywood. Vrouwen krijgen minder betaald dan mannen; hun verhalen worden niet verteld; ze hebben minder kansen in de filmindustrie. Typerend zijn krantenkoppen als: ‘Keira Knightley krijgt lager salaris om interessante vrouwelijke rol te vertolken’, en: ‘Sharon Stone: na Basic Instinct werd ik minder betaald dan mannen’.
Mathisons carrière laat zich lezen als een casus in deze discussie. Terugkijkend is het duidelijk dat ze minder kansen kreeg. Dat ze enorm getalenteerd was, staat vast, evenals het gegeven dat ze de gelegenheid had om eerst als assistente en later als scenariste samen te werken met twee van de grootste regisseurs van de twintigste eeuw. En toch, in de literatuur komt ze over als het tijdelijke liefje van Coppola, op hetzelfde niveau als de Playmate en de pornoster, en later als bedrogen echtgenote van filmster Harrison Ford, die na zijn huwelijk met Mathison van pakweg twintig jaar ervandoor ging met een jonge televisieactrice.
Maar Mathisons nalatenschap bestaat uit veel meer dan roddel en stereotypen. In welke mate ze het script voor The Black Stallion herschreef is onbekend, maar het moet aanzienlijk zijn geweest. Sterker, deze film was een voorloper van E.T. Een bepaalde stijl is evident in beide films. Ze gaan over de magische leefwereld van het kind, maar dan op zo’n wijze vorm gegeven dat intelligentie en inlevingsvermogen bepalende eigenschappen zijn. Gemene deler: een kind komt in contact met een bijzonder wezen – een paard, een alien – dat bestaat buiten de kaders van de moderne wereld van volwassenen, waar gevaarlijke mannen de macht hebben.
In Stallion belandt een jongen samen met een zwart, Arabisch paard op een onbewoond eiland doordat het schip waarin ze allebei onderweg waren, vergaat. Op het eiland is het alsof de jongen, Alec, niet doorheeft dat hij zich in een penibele situatie bevindt. Instinctmatig buigt hij de werkelijkheid om tot een mythisch verhaal: rotsformaties die op monsters lijken, het strand en de zee als idyllische locaties van dromen, niet als plekken waar de dood wacht. En het paard: een magnifiek dier in een wonderlijke omgeving waar volwassenen geen zeggenschap hebben.
Het verhaal wordt via beelden verteld. In het eerste deel zijn er haast geen teksten. Dit is een droomwereld gecreëerd door het perspectief van een kind. Grote mensen (mannen) snappen dat niet. Dat blijkt wanneer volwassenen Alec en het paard, Black, ‘redden’ – weg van het eiland willen ze eigenlijk niet – en naar de bewoonde wereld brengen. Daar wordt Alec met zijn moeder herenigd. Aangezien zijn vader overleed bij de scheepsramp zijn ze met z’n tweeën. Veel heeft de moeder Alec niet te bieden. Ze denkt rationeel, deel van Alecs wereld kan ze niet zijn. Dat kan Henry wél, een oude jockey gespeeld door Mickey Rooney die eruitziet als een kabouter. Hij traint Alec en Black en schrijft ze in als ‘Mystery Horse’ voor een race die de jongen en het paard uiteindelijk winnen.
Na E.T., waarvoor ze een Oscar-nominatie kreeg, schreef Mathison weinig films van substantie meer. Ze was lang ‘mevrouw Harrison Ford’. Ook was ze ene ‘Josh Rogan’, het pseudoniem dat ze om onduidelijke redenen gebruikte voor haar script voor Spielbergs deel van het door vier regisseurs gedraaide Twilight Zone: The Movie (1983). Zelf had Mathison er nooit een punt van gemaakt dat ze minder kansen kreeg als vrouw. Wanneer ze over de movie brats van de jaren zeventig sprak, dan was het alsof ze ervan uitging dat deze mannen, zo geteisterd door onzekerheid, zo behept met succes, destijds haar gelijken waren. Maar de bordjes zijn verhangen – Coppola kan al jaren geen film meer maken. En volgend jaar komt The BFG uit, naar Roald Dahls beroemde kinderboek De GVR. Op de titelsequentie zal staan: ‘Written by Melissa Mathison’.
Beeld: Jesse Grant / Getty Images